Love is the answer

Misschien vinden jullie me naïef. Maar als ik lees over aanslagen in Nieuw Zeeland, Utrecht, de Filippijnen en Oslo, dan dan denk ik: je beschermen kan niet. Niet tegen ziekte, niet tegen natuurrampen en niet tegen agressie van onbekende medeburgers. Ik lees reacties op facebook van mensen die menen te weten waar het  aan zou liggen en wat we eraan zouden moeten doen.
Ik weet het niet. Maar me begeven in de welles nietes dynamica is zeker niet het antwoord. Het gaat hier niet om wie en wat en waarom. Het gaat erom dat liefde de enige uitweg is. We zijn allemaal mensen met een hartje. Heb elkaar lief. Hier, daar en overal. Onepeople…….

Hard gewerkt……

In mijn droom…..
Ik ben bij een vriendin op bezoek en ga nu naar huis. Ik realiseer me dat ik niet met de auto ben en dat ik met het OV terug naar huis zal moeten. ´Ik heb geen strippenkaart´, zeg ik hardop. ´En ook geen geld.´ Maar dan realiseer ik me dat strippenkaarten niet meer bestaan. Ik heb wel een OV-kaart. ´De bushalte is vlakbij,´ zegt mijn vriendin.
Ik ben op weg. Ik bevind me op vrij onbegaanbaar bergachtig terrein. In moet een steile heuvel op. Ik klim en ik klim op zanderige grond. In mijn droom weet ik ook dat mijn rechterbeen nog niet zo sterk is als mijn linkerbeen. Ik gebruik dan ook mijn linkerbeen vooral om te klimmen. Als ik boven ben zie ik om mij heen alleen maar heuvels, ongerepte natuur en geen pad of weg te bekennen. Dan begrijp ik dat ik fout ben gelopen. Zo zal ik ongetwijfeld niet bij een bushalte komen.
Dus ik ga terug. Maar als ik beneden de berg ben aangekomen bevind ik me plotseling in water dat bijna tot mijn middel reikt. Dat water was er nog niet voordat ik de berg beklom. Er staat een sterke stroom. Het water wil me naar achteren meesleuren. Ik vecht uit alle macht om lopend vooruit te komen door die stroom die me naar achter trekt. Het is bijna verleidelijk om het op te geven en me ruggelings te laten meevoeren door de stroom, maar ik doe dat niet. Ik besef dat als ik het opgeef, dat ik dan verloren ben en niet meer zal terugkeren op vaste grond. Dus ik vecht tegen het water om  vooruit te komen. Intussen moet ik ook opletten dat mijn mapje met pasjes (en de OV-kaart) in mijn zak niet nat wordt. Ik heb daarnaast ook nog een plastic zak in mijn hand met spullen die ik ook droog moet houden. Ik blijf worstelen tegen de stroom in.
Dan ben ik plotseling bij de bushalte. Kennelijk is het me gelukt uit het water te komen. Mijn broek is nog nat van het water. Ik ben heel moe en ga languit op het bankje in het bushokje liggen. Onder mijn hoofd is een kussen. Ik lig heel lekker. Dan besef ik dat het ´kussen´ de plastic zak is, die ik bij me heb. Er staan veel mensen om me heen. Ik besef dat ik niet in slaap moet vallen, omdat dan mijn spullen gejat kunnen worden.
Een dakloze jongen vraagt me geld voor onderdak. Ik denk dat ik geen geld heb, maar als ik in mijn zak voel vind ik een mooi klein zacht portemonneetje met allemaal 1euro en 2euro munten. Ik geef hem twee euro en wil hem de weg vragen, maar ik doe dat niet, omdat het anders zal lijken of ik hem alleen maar geld heb gegeven omdat ik iets van hem wil weten. Ik zie dat de jongeman tranen in zijn ogen heeft.
Ik vraag aan iemand anders welke bus ik moet hebben naar het station. Niemand weet het. Dan ga ik naar een bushalte aan de overkant en daar staat een bordje met NS. Maar ik zie ook dat deze halte alleen bestemd is voor mensen van de Shell. Ik ben niet van de Shell. Deze halte is bovendien erg verlaten. Alsof er nooit een bus zal komen.
Een jonge vrouw staat plotseling naast me en zegt me dat ik ook kan gaan lopen naar het station. Dat is maar een half uur lopen. ´Dan doe ik dat,´ zeg ik.
Ik ben op weg. Ik moet langs een rivier blijven lopen. Ik vraag me toch af of ik dit keer wel in de goede richting loop. Een jonge man wijst me op een muur. Er hangen allerlei geknutselde poppetjes en andere snuisterijen aan. ´Je moet hier een beschermengeltje zoeken,´ zegt hij. Hij geeft me een engeltje van knutselmateriaal en daaronder is een klein kistje bevestigd, waarin je een klein dingetje kan stoppen. Het engeltje verpulvert in mijn hand. Maar het bewaardoosje blijft heel en ik besluit dat mee te nemen op mijn weg.
Dan word ik wakker en het is tijd om op te staan. Ik heb eigenlijk geen zin om de droom niet ´af te maken´. Ik ben benieuwd of ik het station nog ga bereiken en ik voel me heel erg lekker in mijn droom. Maar ja, het is tijd om op te staan.
De hele dag voel ik me wel fijn. Het gevoel van de droom blijft bij me. Al ben ik nu op mijn oude dag iemand die er graag haar gemak van neemt, ik besef dat ik nog niet lui ben geworden. Als het moet kan ik me nog best inspannen. En ik laat me niet zomaar meesleuren door tegenstroom. Ik blijf doorzetten, ook al vind ik de weg niet. Daar ben ik best trots op. 😉

Zon

In tegenstelling tot het weer in Nederland is het hier de afgelopen tijd schitterend weer geweest. We hebben heel wat dagen op het terras kunnen eten en rummikubben. Ik zag in de weersvoorspeller van mijn telefoon dat het weer hier vanaf morgen gaat veranderen. In ieder geval zal het een stuk koeler worden. Maar vandaag beloofde het maar liefst 25 graden te worden in Torremolinos. ´Laten we zondag een paar uurtjes naar het strand gaan,´ stel ik voor. Want eerlijk is eerlijk, we zijn de afgelopen tijd vrij veel thuis gebleven, met af en toe een trip naar de supermarkt of de dokter als uitzondering. Huismussen zijn we geworden.
Na de tweede koffie gaan we naar het stille strand van Torremolinos, gelegen in de uithoek dichtbij de Guadalhorce rivier. Als we de palmbomen zien buigen en wapperen, weten we het al. Er staat vandaag een enorme wind. We zijn er een beetje op voorbereid. We hebben van tevoren afgesproken dat als het hard zou waaien, dat we dan de stoeltjes in de auto zouden laten en een eind zouden gaan lopen. Dat doen we dan ook. Langs de boulevard, zodat we onze schoenen aan kunnen houden en niet op blote voeten langs de kustlijn met haar talloze keitjes hoeven te lopen.
Er zijn anderen die wel de wind trotseren en op het strand zijn gaan zitten. Ik heb mijn camera weer eens niet bij me. Ik vraag Ahmad foto´s te maken van de strandgasten, met op de achtergrond Malaga en de besneeuwde bergtoppen van de Sierra Nevada. Het zijn geen prijsfoto´s.

Elektronische sigaret vs gewone sigaret

Ik zie het eigenlijk weinig tot nooit, mensen die elektronische sigaretten roken. Maar ik ken ook niet zoveel rokers en degenen die ik zie roken doen dat met ´gewone´ sigaretten. Elektronische sigaretten bestaan al een tijdje. Er wordt beweerd dat deze veel minder schadelijk zijn dan de gewone. Anderen bestrijden dit. Maar achter deze discussie schuilen natuurlijk enorme commerciële belangen.
Ik moet bekennen dat ik ook gerookt heb, van mijn 20e tot mijn 36e levensjaar. En nu maak ik me zorgen over met name één van mijn kinderen, toevallig degene die mij als kleine jongen zei: ´Ma, ik ga nooit roken´. Mooi wel dus en dat al vanaf jonge leeftijd, eerst stiekem en later openlijk, recht voor mijn neus. Niemand ziet graag dat haar kind zijn gezondheid schaadt.
Maar gelukkig. Deze inmiddels jonge man heeft een eerste gezondere stap gezet. Hij heeft via internet een setje besteld om elektronisch te gaan roken. Ik hoop dat hem dit gaat bevallen en dat dit ´dampen´ om de nicotine binnen te krijgen het veel schadelijker ´roken over de longen´ definitief gaat vervangen. Dat het elektronische dampen werkelijk minder schadelijk is dan ´gewoon´ roken toont het volgende filmpje voor mij overtuigend aan:

 

Hellofresh

Mijn beide dochters maken gebruik van de service van Hellofresh. Ze zijn er allebei heel enthousiast over. Voor elke warme maaltijd voor een van tevoren opgegeven aantal personen wordt een doos thuis bezorgd met daarin precies afgepast de ingrediënten voor een heerlijke verse maaltijd. Je moet wel zelf koken, maar de ingrediënten en het recept heb je bij de hand. De maaltijden zijn gezond, gevarieerd en niet duur. Omdat Hellofresh geen winkel heeft maar de ingrediënten direct kan betrekken van de groothandel kan de prijs laag blijven. Aangezien je elke maaltijd afgepaste hoeveelheden hebt van elk ingrediënt wordt er niets weg gegooid. Het is ideaal voor de werkende mens die bij thuiskomst direct kan gaan koken en daarvoor geen boodschappen hoeft te doen. Ook voor mensen die slecht ter been zijn of om een andere reden aan huis gebonden zijn lijkt het mij ideaal.
Ik vind het een fantastische uitvinding. Telkens als mijn dochters me vertellen wat ze hebben gegeten en hoe lekker het was, denk ik: ´Zo, dat is helemaal niet gek´.
Zelf heb ik er nog geen behoefte aan, omdat ik vaak kook voor een paar dagen en wij genoeg tijd hebben om boodschappen te doen. Maar misschien is er een lezer van dit weblog die deze vorm van maaltijden bestellen ook wat lijkt.

De media als ´fluisteraar´

Vandaag las ik digitaal een artikel in het AD, dat ik hier niet met jullie kan delen, omdat het een ´premium´artikeltje was, dat je alleen kan lezen als betalende abonnee. Of zoals ik doe door het te kopiëren en te plakken en te openen in een anonieme browser.
Het kwam erop neer dat het voor een gepensioneerde verstandig zou zijn om na het pensioen te blijven werken. Want anders zou je geestelijk afstompen. Ik weet niet of deze bewering gebaseerd is op wetenschappelijk onderzoek (hoe twijfelachtig ik het resultaat van dergelijke onderzoeken sowieso al vind) of dat het een bewering is die ´uit de losse pols´ wordt geuit. Het zou volgens dit artikel goed zijn om je geest telkens opnieuw uit de dagen. Dat wil ik best geloven, maar moet dat in de vorm van werk? En is dat dan niet een enorme generalisatie, want je hebt vele soorten werk, waarvan sommig werk helemaal niet uitdagend genoemd kan worden, maar eerder geestdodend.
De behoefte aan werk zou zowel bij hoog opgeleiden met een voldoende banksaldo als bij lager opgeleiden, die een extra centje kunnen gebruiken naast hun pensioen en AOW, bestaan.Bij de hoger opgeleiden ging het om de uitdaging en bij de wat lagere beroepen meer om dat extra centje. O.k. daar heb je het verschil al! Er worden drie voorbeelden gegeven van ouderen die nog met plezier werken na hun pensioen. Twee doen dat in behoorlijk uitdagende en op het oog interessante beroepen en één vrouw heeft haar draai gevonden in kampioenschappen gewichtheffen. Bij dat laatste vraag ik me af in hoeverre het werken met spierballen haar hersenpan stimuleert.
Mensen kiezen niet meer voor het ´Zwitserleven gevoel´ lees ik gedrukt. Ze willen geen fietstochten en reizen meer. Golfen heeft ook geen waarde volgens de schrijver, ´tenzij je het golfkarretje op je rug zou dragen´. O.k., dus hier gaat het evenmin om hersengymnastiek die belangrijk zou zijn maar om lichamelijke inspanning.
Ik kom tot de conclusie dat dit artikel mij niet overtuigt van het belang van werken voor ons ouderen. Ik begrijp wel waar deze plotselinge aanbeveling vandaan komt. Er is momenteel een overvloed aan betaald werk en daarom zijn wij oudjes ook weer welkom op de arbeidsmarkt. We worden gemotiveerd met de dreiging dat we anders mogelijk geestelijk zouden afstompen.
Ik trap daar mooi niet in.

Carrihuela

Dat is een buurt in Torremolinos, waaraan Ahmad en ik goede herinneringen hebben. In die buurt hebben wij twee keer gelogeerd in een appartementencomplex, genaamd la Baranda. Dat was toen Ahmad nog zocht naar een  woning hier. Het appartementencomplex (gebouwd in Andalusische stijl) heeft een sfeer die ons heel erg is bevallen. Het is er heel rustig en ook de buurt ademt een heerlijke rust. Veel mooie panden met mooie tuinen met bloemetjes en vogelgefluit.
Vandaag is Ahmad iets hersteld van zijn operatie en we besluiten erheen te gaan, om oude herinneringen op te halen en de sfeer weer even te proeven. Maar ook omdat we op internet gezien hebben dat daar in de buurt een winkel moet zijn met Nederlandse producten, ´het Kruideniertje´. Ik ben benieuwd wat er te koop is in dat winkeltje en hoop Peijnenburg ontbijtkoek te vinden. Dat is een van de weinige dingen die ik hier mis.
We lopen wat rond in het ons vertrouwde buurtje. Verschil is dat we voorheen meestal richting strand en boulevard liepen en dat we nu een andere brede laan aflopen, op zoek naar dat winkeltje. Ik zie tot mijn verrassing een Nederlands telemarketing bureau, dat met grote letters uitnodigt om gerust binnen te stappen. Verder een Nederlandse huisartsen- en tandartspraktijk. Het kruideniertje vinden we ook, maar Peijnenburg is er nu niet. Die komt volgende week weer binnen. Ik kijk wat rond en koop alleen een potje sambal badjak.
Ahmad zoekt voor mij het Nederlandse consulaat. Hij kan het niet vinden. Ik zeg tegen hem dat ik dat niet erg vind. Ik heb het gelukkig niet nodig en als en dat ooit wel zo mocht zijn, dan zoek ik het wel op. Er zijn tal van uitgaansgelegenheden. Ik zie een nachtclub voor swingers, geflankeerd door een nachtclub voor gentlemen en aan de andere kant een ´welkom Nederland´ nachtclub. Op de stoep lopen andere echtparen, veelal op leeftijd zoals wij (normaal in deze tijd van het jaar). De meeste kijken sacherijnig. Waarom, vraag ik me af. Het is schitterend weer. Maar…..het is nog vroeg op de dag. Misschien nog geen tijd voor hun dagelijkse borrel.
Lelijk van mij om dit te zeggen. Weet ik veel wat voor verdriet zij mogelijk meedragen. Maar één ding is zeker. Waar je ook bent en wat voor weer het ook is, je hebt jezelf altijd bij je. Geluk kan je alleen uit jezelf halen. Ik prijs mezelf heel gelukkig. Geen pijn, voldoende te eten, een dak boven mijn hoofd en de zon op mijn bol. Met een hoop wind erbij vandaag, dat wel.

Levensechte droom

In mijn droom hoor ik een klein kind huilen. Daarna hoor ik klappen, alsof dat kind geslagen wordt, en een boze mannenstem. Het is donker en ik sta buiten te kijken naar een huis. Het beeld is zo helder en duidelijk alsof ik daar echt sta. Het is een mooi pand, waar ik schuin voor sta. Ik zie dus een  stuk van de zijkant en de voorkant, maar vooral de zijkant van het huis. Het bestaat uit drie verdiepingen. Achter de ramen mooie verlichting. Het is duidelijk een huis in een dure wijk.
Ik hoor meer klappen en meer gehuil en ik maak me zorgen om dit hulpeloze kind. Dan schrik ik wakker met het sterke gevoel dat ik wat moet doen. De politie bellen bijvoorbeeld, maar dan besef ik dat ik gedroomd heb.
Ik blijf hierna een tijd wakker liggen met ellendige herinneringen en een daarbij behorend naar gevoel. De volgende ochtend vraag ik me af of wat ik heb gedroomd misschien echt gebeurd is vannacht. Ergens op de wereld. Ik zou het huis zo kunnen uittekenen.

Onze fotograaf

Ik ben er een beetje mee gestopt, met foto´s en filmpjes maken. Maar Ahmad verrast mij nu vaak met een mooie foto uit zijn camera. Hij fotografeerde vandaag de maan vanaf het terras.

Sister Florence

Ahmad en ik zijn beiden met pensioen, zoals veel andere mensen. Van sommige pensionado´s hoorde ik laatst dat zij er moeite mee hadden niet langer een ´positie te bekleden´ in de maatschappij. Dat men zich voelde alsof men er niet meer toe deed. Waarop ik dan weer zei dat zo een positie van ´niets meer hoeven´ ook voordelen heeft voor jouzelf en je omgeving. Hoeveel jonge mensen rennen niet noodgedwongen rond, van verplichting naar verplichting. Hun leven is een race, die af en toe meer weg heeft van overleven dan leven. Een pensionado daarentegen kan te midden van al deze stress een baken van rust zijn voor zijn of haar omgeving. De pensionado heeft tijd om stil te staan bij veel zaken. Heeft ook tijd om een helpende hand uit te steken naar zijn omgeving waar nodig. De oudere man of vrouw die aan de zijlijn staat van het jachtige leven kan dus zeker nog wel wat betekenen voor zijn of haar omgeving, zij het dat dit meestal wel is in een dienstverlenende en onbetaalde rol. Misschien is het daarom zo dat mannen meer moeite hebben met de overgang van werken naar niet meer werken buitenshuis dan vrouwen. Vrouwen zijn van nature (niet boos worden, feministen!) toch meer geneigd ook vervulling te vinden in verzorgende en dienende taken naast misschien een fantastische carrière buitenshuis. Vrouwen kunnen beter dan mannen veel ballen in de lucht houden. Als de carrière dan ineens wegvalt, zijn er nog genoeg ballen over om in de lucht te houden. Ik ben me ervan bewust dat ik hier generaliseer.
Wat mijzelf betreft, ik kan natuurlijk het beste voor mezelf spreken, voor mij geldt het volgende: Ik was altijd een erg dienstverlenend schepsel. Met mij kon je alle kanten op. Ambities had ik nauwelijks, behalve een enorme nieuwsgierigheid. Ik wilde veel van de wereld zien en met name hoe de mens in elkaar stak had mijn interesse. Later kwam ik terecht in een huwelijk met een veeleisende en weinig gevende echtgenoot. Ik bleef dienstverlenend me opstellen, omdat dit in mijn natuur zat. Ik kreeg kinderen. Ik ging leven voor mijn kinderen. Ik deed allerlei soorten werk, waarvan het laatste werk dat ik deed het beste bij me paste. Het was dienstverlenend. De cliënt was koning.
En nu ben ik vrij! Mijn kinderen zijn groot en nemen hun eigen beslissingen. Waar ik kan en wanneer zij daarom vragen help ik hen. Dat is tegenwoordig lang geen dagtaak meer. En ik heb een lieve echtgenoot. Hij vraagt niet veel. Zorgen doen we voor elkaar. De afgelopen jaren hij meer voor mij dan ik voor hem, omdat ik vaker ziek of geblesseerd was dan hij. En nu eindelijk kan ik een beetje meer voor hem zorgen, want nu is hij herstellende van een operatie. En verder?
Verder heb ik ontdekt dat ´iets betekenen´, zij het voor jezelf of voor een ander, niet zo belangrijk is. Ik mag nu van mezelf ook gewoon genieten van het simpelweg ´er zijn´, zonder stress en ingewikkelde problemen. Genieten van het moment, zon op mijn bolletje, een vogel die fluit en een glimlach van een voorbijganger. Ik zoek de dienstbaarheid niet op. Maar als iemand mijn hulp nodig heeft en ik kan wat doen, dan doe ik dat graag. Ik heb alle tijd.