Nogmaals hoofddoek

http://religie.blog.nl/columns/2007/07/23/mohammed-geeft-uitleg-over-islamitische-kleding-column
Ik vind dat hier goed uitleg wordt gegeven van wat nu werkelijk islamitsche kleding is en wat niet. De oplettende lezer zal hierin ook lezen dat de burka dus niet behoort tot de islamitische voorschriften. Immers de vrouw mag haar gezicht en handen wel laten zien. Een mooi voorbeeld om precies te weten hoe de moslim en moslima gekleed horen te gaan kun je vinden als je kijkt naar wat in de islam is voorgeschreven als lijkgewaad. Man en vrouw worden na de dood met volgens voorschriften geknipte witte katoen precies gekleed zoals het hoort. Om zo voor Allah te verschijnen bij de dag der opstanding.
Vaak wordt beweerd dat vrouwen een hoofddoek dragen omdat zij dat zouden moeten van hun vader, broer of echtgenoot. Ze zouden onder druk worden gezet om de hoofddoek te dragen. Natuurlijk is dit waar in veel gevallen, maar het is lang niet altijd het geval.
Weinig mensen realiseren zich of  praten erover dat de druk “van de andere kant”, de druk dus om de hoofddoek níet te dragen, in onze westerse maatschappij veel groter is. Ik heb dat zelf ervaren en ik hoor het ook van anderen. Ik merk wel dat andere vrouwen hierin vaak dapperder zijn en zeggen: “Je moet je van de mensen niets aantrekken. Alleen denken aan wat Allah wil.”
Ik ken veel voorbeelden van vrouwen en meisjes die komen uit een gezin waarin niemand een hoofddoek draagt, die er vervolgens dan zelf voor kiezen om de hoofddoek wel te gaan dragen. Komen zij uit een islamitische familie en cultuur, dan hebben zij nog het voordeel dat zij wellicht steun krijgen uit andere takken van hun familie of hun culturele omgeving. Voor meisjes en vrouwen die komen uit een niet-islamitsche familie is het nog moeilijker.
Het al dan niet dragen van de hoofddoek is in veel gevallen een beslissing die genomen wordt door de vrouw of het meisje zelf. Ikzelf ben daar een voorbeeld van. De momenten dat ik besloot een hoofddoek te gaan dragen had ik helemaal geen man. Het was op een moment dat ik juist alleen leefde met mijn kinderen. Het heeft bij mij nooit te maken gehad met wat een man wilde of wat mijn familie me voorschreef. Integendeel, mijn ouders haatten alles wat met islam te maken had en met name de hoofddoek.

Ook nu weer voel ik in mijn hart een diep verlangen om me te gaan kleden zoals het hoort in de islam en daarbij gewoon weer de hoofddoek te dragen. En wat houdt mij tegen? De druk van mijn omgeving. De blikken en opinies van de mensen om mij heen, die ik ook “te vriend wil houden en niet wil afschrikken”. Enerzijds wil ik mij kleden zoals mijn hart mij zegt, maar anderzijds wil ik geen afstand scheppen tussen mij en mijn medemensen. Ik heb geen familie van moslims, die mij steunen en die zich ook als moslima kleden. Ik heb niemand dan mijn man en kinderen en zijn familie is katholiek. Ik denk me in dat ik bijvoorbeeld weer eens zou moeten gaan naar een Andalusische bruiloft en dat ik dan in vol ornaat zou verschijnen met mijn hoofddoek en wijdvallende kleding tussen de drinkende en dansende neven en nichten in minirok. Ik wil niemand shockeren met mijn uiterlijk en zou dat wel doen met deze kleding.
Dit soort argumenten en het idee dat ik niet te zeer wil opvallen in mijn omgeving en me zeker niet wil voorstaan op mijn geloof houden mij tegen om te gaan zijn wie ik eigenlijk wil zijn en me te kleden zoals ik me zou willen kleden.
Moge Allah me vergeven en me oordelen naar mijn daden en niet naar mijn momenteel niet-islamitsche uiterlijk. Mijn hart huilt een beetje en ik voel me een beetje laf. Wanneer kom ik hier uit.

Mijn relatie met de hoofddoek

Die is er één geweest van niet dragen, dragen, niet dragen, dragen en weer niet dragen. In 1996 kwam ik in aanraking met de naqhsbandi sufiweg. Ik kreeg toen enkele dromen, die heel veel met me hebben gedaan. Ineens kreeg ik een heel sterk verlangen om mijn hoofd en nek te bedekken met een hoofddoek, ook als ik me te slapen legde. Eigenlijk wilde ik gewoon voortaan altijd een hoofddoek gaan dragen, binnen- en buitenshuis. Maar schaamte voor mijn kinderen hield me tegen. Wat zouden mijn kinderen ervan vinden als hun “moderne en hippe” moeder ineens een hoofdoek ging dragen? Stiekem droeg ik de doek, als zij naar school waren. Ik werkte toen nog niet.
Op een gegeven moment kon het me niet meer schelen wat wie dan ook ervan zou vinden en ik droeg de doek gewoon de hele dag. De doek gaf mij een heel geborgen en beschermd gevoel, speciaal in mijn nek en oren. Het was alsof ik met de doek minder ontvankelijk was voor “gefluister en gepraat om me heen” dat niet voor mijn oren bestemd was. Ook leek het alsof ik minder de behoefte had om mijn hoofd links en rechts te draaien om niets te missen van wat er om heen gebeurde. Het gaf me een soort rust. Dit had voor mij allemaal niets te maken met het al dan niet laten zien van mijn haar aan de mensen. Ik voelde me wel “gekleder”, minder naakt, minder weerloos. Na enkele schampere opmerkingen van mijn oudste dochter gingen al mijn kinderen mij accepteren met de doek. Ik probeerde het er ook attractief te laten uitzien door steeds doeken te kiezen in kleuren die pasten bij mijn kleding.
Ik heb de hoofddoek gedragen tot  september 1999. In dat jaar ging ik ook naar Mecca voor de hadj (bedevaart). Terwijl andere moslima’s meestal na de bedevaart een hoofddoek gaan dragen en deze vervolgens nooit meer afdoen, legde ik juist de hoofddoek af na mijn bedevaart. Ik had betaald werk gevonden en in het werk dat ik kreeg werd de voorwaarde gesteld dat ik buiten de hoofddoek kon blijven dragen, maar dat ik hem binnen zou moeten afdoen. Dat vond ik op een gegeven moment zo onlogisch en raar, dat ik besloot de hoofddoek maar even helemaal te vergeten. Einde hoofddoek.
In 2008 bekroop me weer sterk het gevoel dat ik een hoofddoek wilde dragen. Ik had toen ander werk en begeleidde mensen met uiteenlopende problematiek. Er zaten exgedetineerden en prostituees bij. Ik wilde voor iedereen toegankelijk zijn en niet al te vroom overkomen, dus besloot ik een doekje te gaan dragen dat wel mijn haar bedekte, maar niet mijn nek en schouders. Als een soort bandana. Mooi compromis, dacht ik. En dat was het ook, een compromis. Want de bandana gaf mij niet hetzelfde gevoel als de doek die mijn schouders, oren en nek bedekte, dat veilige, geborgen gevoel. Helemaal niet. Bovendien bleef ik er toch mee spelen door er iets modieus van te maken. Ik stak er bloemen in om het eikelkoppie wat op te fleuren. Ook droeg ik kleding erbij die weliswaar alles bedekte, maar toch ook niet echt islamitsch genoemd kon worden. Het was “vlees nog vis”. Na drie jaar zo gelopen te hebben zag ik het zinloze ervan in en wist ik dat ik moest kiezen. Of helemaal als moslima of gewoon modern als ieder ander in het straatbeeld. Ik koos voor het laatste, omdat ik toen nog steeds werkte en helemaal niet wilde opvallen en ook zeker niet vromer dan vroom wilde overkomen. Mijn collega’s toonden zich opgelucht, toen ze me weer zagen verschijnen met mijn haar gewoon om mij heen wapperend. Dat was toevallig net voor de ramadan van 2011. Sommigen dachten dat ik daarmee het vasten ook wilde ontlopen, maar dat was niet zo.
Mijn gebeden en vasten zijn nooit positief of negatief beïnvloed door het al dan niet dragen van een hoofddoek. Dat is altijd gewoon doorgegaan.
En nu…..we zitten in de laatste 10 dagen van de ramadan, de meest gezegende dagen. In deze dagen wordt de moslim aangeraden zijn aanbidding voo Allah zo mogelijk nog meer te versterken. Sommigen zonderen zich af door 10 dagen en nachten te verblijven in de moskee, waar men dan alleen uitkomt om te eten, zich te ontlasten en ritueel te reinigen. De rest van de tijd is men alleen bezig met bidden en Allah gedenken, koran lezen, meditatie, kortom aanbidding naar keuze. Dat heet itikaf. Ik de laatste 10 dagen is ook de heilige nacht verborgen, lailat ul qadr. Niemand weet welke nacht dat is, maar hij zou verborgen zijn in de oneven nachten van de laatste tien dagen van de ramadan.
Ik doe geen itikaf, ik ben gewoon thuis, maar ik voel wel de zegening van dit laatste derde deel van de maand ramadan. Is het daarom dat ik ineens weer het verlangen voel naar het dragen van de hoofddoek? Ahmads zegen heb ik. Hij ziet me heel graag met mijn hoofddoek en noemt me dan zijn engel. Ik werk niet meer en ik hoef geen rekening te houden met collega’s en cliënten. Mijn zoons vinden het ok met doek of zonder doek, weet ik. Maar mijn dochters! Die willen er niets van weten.
Ik weet nog niet of ik het echt ga doen. Oefen alvast thuis en loop binnen lekker met mijn doek. En dat is niet omdat mijn haar niet goed zit……..

De schoonheid van islam

Hoe ik het ook probeer, ik kan niet uitleggen wat de islam doet met mijn hart. Waarom ik soms moet huilen als ik bid of koran lees. Het is een persoonlijk iets en toch wil ik het zo graag delen. Ik gun iedereen dit gevoel dat Allah nabij is en verweven met alles wat in en om ons gebeurt. In ons lichaam, in onze verbondenheid met andere mensen en de wereld om ons heen. De natuur, de geluiden van de vogels en andere dieren, de wind, de zee. Alles in ons en om ons heen zingt Allah’s lof.
Mijn woorden schieten te kort en ik kan het ook niet tekenen of uiten met muziek. Ik kan alleen maar voelen en laten zien wat mij diep raakt.
Dat is bijvoorbeeld deze Iraanse film:
http://youtu.be/NbkERFQpUE0
Het is een prachtige fim. Deze film laat, vind ik, zien wat islam (overgave) is. En ook wat er gebeurt als je Allah’s wetten met voeten treedt, omdat je meer waarde hecht aan “wat mensen vinden”. Voor wie het geduld heeft en veel van de natuur houdt, bekijk de film. Als je onderaan op de rode toets met cc erop klikt kan je ondertiteling kiezen in een taal der keuze.
Iraanse films zijn vaak prachtig en dit vind ik een juweel.

Het leven is geen sprookje

Dat weet iedereen. Elke dag gebeuren er dingen die je minder leuk vind, naast de dingen die je wel leuk vind. Mijn sheikh noemt dat “unliked events”. Nu gaat het erom hoe je daarmee omgaat. Laat je direct je hoofd hangen en krijg je een zuur gezicht of probeer je gebeurtenissen te accepteren zoals ze komen of indien mogelijk ten goede te keren. Dat wil zeggen problemen het hoofd bieden en zo mogelijk oplossen en als je ze niet kan oplossen de situatie met geduld aanvaarden. Dat is niet altijd gemakkelijk, want de mens is, anders dan het dier, in staat tot reflectie, terugdenken en vooruitdenken. We zijn reuze plannenmakers en als onze plannen niet verwezenlijkt worden, dat wil zeggen als de dingen anders lopen dan wij gedacht of gehoopt hadden, is dat moeilijk te verteren.
Ik ben geen plannenmaker. Nooit geweest. Ik laat me nogal leiden door de loop der gebeurtenissen. Dat heeft zijn voor en zijn tegen. Ik ben niet gauw teleurgesteld als iets anders dan normaal verloopt en ik kan me gemakkelijk aan nieuwe en onverwachte situaties aanpassen. Nadeel is dat ik totaal niet strategisch denk en vrij impulsief dingen besluit. Dat pakt meestal goed uit, maar niet altijd. Het pakt niet goed uit als ik te snel ben in beslissingen of reacties.
Wat ik merk in de ramadan is dat het snel reageren en veel praten geremd wordt door het vasten. Als iemand iets tegen me zegt kan ik beter luisteren en beter overwegen wat ik terugzeg en wat niet, terwijl ik anders soms geneigd ben te praten voordat ik goed heb nagedacht.
Als ik een ergernis voel opkomen of een gevoel van onbehagen, kan ik daar rustig naar kijken en mezelf afvragen waar het vandaan komt. In plaats van vanuit het diffuse gevoel van onbehagen te reageren, zoals ik vaak genoeg wel doe als ik niet vast, blijf ik nu even stil. Ik onderzoek bij mezelf wat er aan de hand is en beredeneer dan of ik gelijk heb of niet met mijn negatieve gevoel. Meestal niet. Dan kan ik mezelf corrigeren en hoef ik geen onnodige brokken te maken.
Normaal gesproken eet een mens best veel, waardoor het tankje altijd goed gevuld is. Energie te over, die goed gebruikt kan worden, maar die ook vaak omslaat in iets negatiefs, als we te onbesuist reageren. Tijdens het vasten is mijn tankje naarmate de dag vordert steeds leger en ik word daardoor kwetsbaarder en gevoeliger. Als ik dat kan gebruiken voor een blik naar binnen, kan ik veel over mezelf leren.
Dat was even wat psychologisch geneuzel. Beroepsdeformatie die ik al had voordat ik ooit aan de psychologiestudie begon. Genetische afwijking…
Even wat leuke gebeurtenissen. Voor mijn huis is een leuke groene speelweide. Vanuit mijn keukenraampje heb ik daar een goed zicht op. Er staan ook wat speeltoestellen en vroeger werd er heel intensief gespeeld door de kinderen uit de buurt. Dat was leuk om naar te kijken. Tegenwoordig zijn er minder kinderen, die spelen voor mijn huis. Misschien omdat alle kinderen uit de omringende huizen nu groot zijn, mijn kinderen inkluis. Nu is het een weide die beheerst wordt door de kat van de buren die vrijwel dag en nacht buiten zit, wachtend op hapjes, die lieve oudjes uit de portiekwoningen vanaf hun balkons hem af en toe toewerpen. Vaak is de kat geflankeerd door een reiger, die regelmatig wordt getrakteerd op vis.
Gisteren zag ik tijdens het koken ineens een bruin wezentje over het gras schuifelen. Ik zag van verre niet direct wat het was, maar hij liep niet als een rat, maar meer als een soort mini bruine beer. Misschien een egel, dacht ik opgewonden. En ja, dat was zo. Het diertje bleef rustig even poseren voor de foto. Eén van de oudjes in de tegenover liggende portiekwoning maakt haar raam open.
“Die moet eigenlijk naar de egelopvang, hoor” liet ze me weten.
Naar de egelopvang? Ahmad en ik waren het daarmee niet eens. Misschien heeft het dier wel een nestje of jongen. Je haalt zo een diertje toch niet zonder reden uit zijn omgeving? Hij zag er helemaal niet ziek uit. Even later zag ik het diertje weer rustig terugsjokken naar een plekje aan de zijkant van het veld achter de bosjes. Het dier werd ook nagegluurd door de buurvrouw.
Hoop niet dat zij alarm gaat slaan bij de dierenambulance.

Jaloezie is de wortel van het kwaad

Gisteren keken Ahmad en ik weer naar een dvd “El violin”. Aangrijpende film over de onderdrukking van de boerenbevolking, en met name de Indianen, in Latijns Amerika. In de hoofdrol de 80-jarige violist, die o.a met zijn viool de kost verdient samen met zoon en kleinzoon.
Op een goed moment vraagt de kleinzoon aan zijn opa waarom de militairen zo wreed zijn tegen de mensen van hun dorp. Dan vertelt de opa het volgende verhaal (in mijn woorden):
Lang geleden schiepen de goden de wereld en vervolgens daarin de dieren en daarna de mens, man en vrouw en hun nakomelingen. Er waren rechtvaardige, oprechte goden maar er waren ook jaloerse en hebberige goden. De rechtvaardige goden schopten de jaloerse goden eruit, maar er bleven er toch nog een paar over. En deze lelijke goden vermenigvuldigden zich en werden steeds talrijker. En zo kon het dat deze kwade goden ook mensen beïnvloedden, die ook lelijk, jaloers en hebberig gedrag gingen vertonen. Ze pakten het land af van de hardwerkende, rechtvaardige mensen en gingen die mensen onderdrukken en dat duurt nog steeds voort en wordt alsmaar erger. Maar er zal een nieuwe tijd komen dat de rechtvaardigen de jaloersen zullen verslaan.
Indianen zijn geen moslims, joden of christenen of hindoes. Frappant is wel dat in alle religies jaloezie wordt gezien als een wortel van het kwaad.
In de islam is dat als volgt: Allah had de wereld geschapen en aanvankelijk bestonden alleen dieren, engelen en djinns. De engelen waren gemaakt van licht en de djinns van vuur. De engelen konden niet zondigen, aten niet en sliepen niet. Het enige dat zij deden en nog doen is Allah aanbidden en dienen. Op een dag schiep Allah Adam uit klei, blies Zijn heilige adem in Adam en gaf hiermee de mens de eervolle positie van vertegenwoordiger van Allah op aarde. Hij vroeg de engelen allen te buigen (in sajda de gaan, dat is de houding dat de moslim zijn hoofd op de grond laat rusten) voor Adam. Alle engelen deden dit onmiddellijk, ook al zagen zij al dat de mens in de toekomst veel bloed zou gaan vergieten. Er was er echter één die niet wilde buigen, Iblis. Hij wilde niet buigen, omdat hij zich beter voelde dan Adam. Hij was van vuur gemaakt, terwijl Adam slechts van klei was gemaakt. Hieruit blijkt dat Iblis al geen echte engel was (van licht gemaakt en niet in staat tot zonde), maar een djinn (van vuur gemaakt). Hij was echter wel degene die tot op dat moment het meest Allah had aanbeden. Er was bijna geen plekje waar Iblis niet met zijn hoofd de aarde had geraakt in aanbidding voor Allah. Daarom dacht hij ook dat hij de uitverkorene zou zijn. Toen hij hoorde dat Adam dat was werd hij jaloers. Daarom was hij ongehoorzaam en weigerde te buigen. Met die weigering trok hij dus ook het oordeel van Allah swta in twijfel. Hij dacht dat hij het beter wist dat Allah.
Allah verjaagde hem daarom en hij zou vervloekt zijn tot de dag des oordeels. Sindsdien heeft Iblis zich erop toegelegd de mens te verleiden tot kwaad en hij krijgt daarvoor de kans tot de dag des oordeels. Alleen mensen die werkelijk met Allah (God)zijn kan hij niet meekrijgen. Iblis is onze vijand. En dat begon allemaal met jaloezie, een gevaarlijke emotie, die je bloed doet koken en veel onheil aanricht.

Dag 11, ramadan 2012

Ik heb het eerder gezegd. Als ik wil schrijven in mijn weblog kan ik dat het beste in de ochtend doen. Dan kan ik nog babbelen, maar naarmate de vastend doorgebrachte dag vordert kan ik nog wel boodschappen ontvangen, maar zenden wordt dan steeds moeilijker. Dus vandaag heb ik me voorgenomen om in de ochtend toch te proberen iets op te schrijven. Als de ramadan dan zoveel van je vergt, dat het naarmate de dag vordert je prestaties negatief beïnvloedt, waarom is het dan toch goed voor je? Daarop kan ik geen antwoord geven. Het is iets dat ik niet kan beredeneren. Maar het is een voorschrift van Allah swta en aangezien ik vertrouw op Allah neem ik gewoon aan dat het goed is.
Hoe zwak ik me ook soms ga voelen (dit is ook niet elke dag het zelfde) naarmate de dag vordert, aan het eind van een dag vasten, als ik mijn vasten breek met 5 dadels, dan voel ik verbazend snel mijn kracht terugkomen. De natuurlijke suiker en mineralen die in die dadels zitten doen kennelijk heel goed hun werk. Zit er dan een kostbaar geheim in het vasten breken met dadels en water of een glas melk?
Het is net als bij een bevalling. Als het kindje er eenmaal is, ben je de pijn en het leed van de weeën snel vergeten. Zo ook bij vasten. Na het vasten breken voel je je weer helemaal nieuw en ook in de ochtend, als je net begonnen bent met vasten voel je je nog helemaal fris. Er zit een heel duidelijk ritme in de dag van het vasten. Je gaat door diverse stadia van energieniveau heen. En tijdens die verschillende stadia heb je ook de energie, de emoties en de inspiratie of het gebrek eraan dat bij elk stadium hoort.
Weet je eenmaal dat het zo in elkaar zit, dan kun je je dag erop aanpassen. De ochtend is dan voor zeg maar “intellectuele arbeid” en in de middag kun je wat meer bezig zijn met praktische bezigheden. Want ook al wordt het denken wat zwakker, het handelen gaat nog wel, zeker als het routinehandelingen betreft.
Natuurlijk begrijp ik dat ik vanuit een luxe positie spreek. Ik kan mijn dag indelen zoals ik wil. Dat geldt niet voor mensen met een drukke baan of de sporters van de olympische spelen. Ook geld het niet voor de vastenden in Syrië, dat momenteel in brand staat.
Voor degene die het geduld en de interesse heeft om ook nog een link aan te klikken.  Hier is een kort filmpje met een medische verklaring in het Engels aangaande de gunstige werking van de ramadan op het menselijk lichaam.
http://www.youtube.com/watch?v=h2CT4Y13kaU

Hoe wordt een niet-moslim moslim

Ik ken er veel voorbeelden van en ik ben er zelf één, een bekeerde moslim. Hoe dat bij mij is gegaan heb ik al eens eerder beschreven in mijn weblog.  Daarnaast ken ik genoeg andere voorbeelden. Na een flinke tijd me alleen gevoeld te hebben als bekeerde moslim (18 jaar) kwam ik in 1996 in aanraking met de naqhsbandi sufi tariqat (NB tariqat=weg). Daar waren heel veel bekeerde moslims. Ik ontmoette Duitse, Italiaanse, Spaanse, Argentijnse, Zuidafrikaanse, Engelse, Nederlandse, Amerikaanse en nog meer mensen die zich allen tot de islam hadden bekeerd via het contact dat ze hadden gekregen met deze sufiweg. Het voelde voor mij alsof ik ineens werd opgenomen in een familie na jarenlang een “lonesome hobo” te zijn geweest. Ieder heeft zijn eigen verhaal en zijn eigen reden om voor de islam te kiezen.
Twee keer was ik gehuwd met een geboren moslim en nu ben ik getrouwd met Ahmad, net als ik een bekeerde moslim. Hoe verschillend onze levens ook zijn, op één punt lopen onze levens parallel: we waren beiden ons hele leven op zoek naar rechtvaardigheid.
Ahmad is geboren in een katholieke familie in een dorp in Andalusië. Bijna alle Andalusiërs zijn katholiek of ongelovig. Daar heeft de inquisitie voor gezorgd. Alle christenen, joden en moslims moesten zich tot het katholieke geloof bekeren of werden verjaagd of vermoord. Velen zijn gevlucht, naar Afrika, Zuid-Amerika en ook wel naar het noorden van Europa. Anderen bekeerden zich wel zogenaamd, maar bleven in het geheim hun rituelen als moslim, jood of christen behouden, met gevaar voor hun leven.
Ahmad is een nakomeling van de deze generaties Andalusiërs. Hij groeide op in Arahal, een dorp in de buurt van Sevilla. Vanaf zijn 14e jaar moest hij van school om te gaan werken op het land, helpen in het onderhoud van zijn ouders en broer en zussen. Hij was altijd al een beetje anders dan de boerenjongens van Arahal, die bekend stonden om hun lompheid en primitieve taalgebruik en die niet veel anders in hun hoofd hadden dan na werktijd te gaan drinken. Ahmad zat graag met zijn neus in boeken en bestudeerde al vanaf jonge leeftijd de geschiedenis van Al Andalus. Hij was zich bewust van de onrechtvaardige situatie van de landarbeiders tijdens Franco en werd acrtief in de marxistische jeugdbeweging van plattelandsjongeren. Het was in die tijd al moeilijk werk te vinden in Andalusië en als jongeman moest hij een tijdlang helemaal naar Barcelona voor werk. Alles wat hij maar kon doen pakte hij aan. Ook in Barcelona was hij actief in de anti-Francobeweging en daar is hij tenslotte opgepakt en in de gevangenis gezet. Hij had het geluk dat Franco na een maand overleed, zodat hij zijn straf niet verder hoefde uit te zitten. In de marxistische beweging heeft hij ook zijn eerste vrouw ontmoet.
Ahmad was altijd al met name geïnteresseerd in het land van Andalusië en hoe dit verdeeld was en werd. Via die interesse stuitte hij erop dat de verdeling en de bewerking van het land, zoals dat van oudsher was gedaan moest berusten op een heel solide systeem.
De grootgrondbezitters (de adel) in de tijd van de inquisitie hadden daar een einde aan gemaakt. De adel pikte grote stukken grond in, waar nauwelijks meer iets mee werd gedaan (werken was voor de dommen). Ze vernietigden de bestaande irrigatiesystemen en de boerenbevolking verpauperde steeds meer. Zij werden gedegradeerd tot bedienden van de grondbezitters. In die tijd bloeide ook de flamenco op: de trieste, temperamentvolle en rauwe muziek en dans ter vermaak van de “edelen”.
Ahmad bestudeerde de geschiedenis van Andalusië en stuitte op de islam, die Andalusië indertijd tot zo grote bloei had gebracht. Wat was het geheim van dit systeem? Hij ontdekte verder dat zijn eigen roots in de islam lagen. Herinnerde zich bijvoorbeeld dat zijn oma zich altijd ritueel waste zoals een moslima. Meer als een politieke statement dan uit innerlijke overtuiging deed aanvankelijk shahada (de geloofsbelijdenis) en sloot zich aan bij een Andalusische moslimbeweging, die zich vooral politiek manifesteerde als moslim, maar weinig of niet de islam praktiseerde. Ahmad ging zich verder verdiepen in de islam en las sufi-litteratuur zoals van Ibn Arabi. Toen werd zijn hart echt geraakt en werd hij een innerlijk overtuigd moslim.
Helaas kon zijn eerste vrouw hierin niet zo goed meegaan. Zij heeft zeven jaar met hem meegedaan als het ging om bijeenkomsten met andere moslims, maar na die zeven jaar stelde zij hem voor de keus: niet meer zijn geloof praktiseren of scheiden. Dat was voor Ahmad een moeilijke keus. Hij had inmiddels twee kinderen en er was er één op komst. Hij wilde zijn kinderen niet verlaten. Daarom is hij bij haar gebleven en heeft hij zijn geloof in huis niet meer openlijk gepraktiseerd. Daarbij had hij wel het voornemen om zodra zijn jongste zoon 18 jaar was op zoek te gaan naar een leven met een vrouw die hem wel zou toestaan de islam te praktiseren.
Hij zegt dat hij ondanks dat hij al die jaren niet kon bidden of vasten, dat hij altijd heeft gevoeld dat Allah hem nabij was. Allah heeft zijn engelengeduld beloond, want hij ontmoette mij precies op het moment dat zijn zoon bijna 18 zou worden en hij kwam bij mij in de maand dat zijn zoon 18 jaar werd. Hoe wonderlijk zijn de wegen die Allah voor ons uitstippelt.

Vierde / vijfde dag ramadan

Het vasten breken is voor de vastende een heel mooi moment. Het is voor een niet vastende niet te beschrijven hoe dat voelt. Evenmin als de gevoelens van geluk en totaal in het moment zijn die je gedurende een dag vasten vaak mag meemaken. Als vastende voel je echt dat Allah met je is, omdat gevoelens van honger en dorst meestal uitblijven of ver op de achtergrond blijven. Andere vastenden voelen dat (denk ik) ook en hierdoor ontstaat een sterk gevoel van saamhorigheid. Ook de mensen die niet vasten genieten mee van dit geluk, omdat in het algemeen de vastende zich zachter, vriendelijker en opener gaat gedragen. Het is een heilige maand met zegeningen voor iedereen die te maken heeft met vastenden.
Ahmad en ik breken onze vasten met vijf dadels en een groot glas water en we gaan dan eerst bidden. Daarna aten we gisteren een bord harira soep met brood en een gebakken ei met brood. Vervolgens een schijf watermeloen en daarna een kopje Pakistaanse thee (melkthee). Toen we dit op hadden en eigenlijk al tijdens het eten voelden we ons ineens totaal uitgeput. Het leek wel of er een slaapmiddel in het eten had gezeten. Die ervaring heb ik wel eens vaker gehad. Dat ik na het eten plotseling heel moe werd en niets anders wilde dan slapen.
Gelukkig hadden we geen groep gasten op bezoek, die we aangenaam moesten onthalen. We waren maar met zijn tweetjes. Ahmad besloot voor een dag de tarawie gebeden in de moskee over te slaan. We deden vervroegd ons laatste gebed (NB dat mag in gevallen dat je werkelijk doodmoe bent of bijvoorbeeld voor mensen die de volgende dag in alle vroegte weer moeten werken) en gingen direct naar bed. We hebben heerlijk vier uurtjes geslapen. Tot 3.30 uur, toen het weer tijd was om te eten.
Mensen hebben het vaak over de gezelligheid die gedeeld wordt bij de iftar (het gezamenlijk met anderen delen van een maaltijd bij het vasten breken). Ik heb in de jaren dat ik moslim ben een flink aantal van dit soort maaltijden mogen meemaken. Maar het gevoel van saamhorigheid dat ik heb gevoeld bij het ontbijt in het laatste derde deel van de nacht, dat ik vroeger had met mijn kinderen en nu met Ahmad, dat is voor mij veel sterker. Ik denk dat het zit in het tijdstip, het meest heilige deel van de nacht. Aanvankelijk kom je wat slaperig en onwillig uit je bed, maar als je eenmaal wakker bent, dan krijg je dat speciale gevoel. De beste momenten met Allah en de beste gesprekken met anderen heb ik gehad op dit moment van de nacht.
Vroeger vertelde ik mijn kinderen verhalen over islam. Ik heb gemerkt dat zij daar vooral bij het ontbijt tijdens de ramadan erg ontvankelijk voor waren. Het is een stil moment, voor mij het meest spirituele moment. Er zijn ook (veel!) dagen geweest tijdens de ramadan dat ik alleen mijn ontbijtje moest eten, omdat de kinderen die vastten van mijn kinderen niet meer thuis woonden of omdat zij het onbijt oversloegen (NB zoals helaas  veel moslims doen; ze eten zoveel mogelijk tot diep in de nacht en gaan dan slapen tot zij moeten opstaan voor werk of studie).
Ook in mijn eentje had ik een goed gevoel, alsof ik omringd was door engelen.

Sociale controle

In veel media wordt aandacht besteed aan de ramadan, die vandaag is begonnen en dat verrast me best. Ik dacht dat het dit jaar een beetje verzwegen zou worden, vanwege de geringe populariteit die de moslim nu geniet bij veel Nederlanders, maar gelukkig blijkt dit niet bij alle Nederlanders zo te zijn.
In de Volkskrant is gisteren geschreven over de sociale druk die moslims vaak onderling op elkaar uitoefenen om “mee te vasten”. De druk is zo groot dat het voor sommige moslims moeilijk is om aan hun naasten of buurtbewoners te laten zien dat ze niet meevasten. Sommigen eten en roken overdag dan noodgedwongen in het verborgene. Gelukkig zijn er al mensen die “uit de kast” durven komen met het feit dat ze niet vasten. Het is goed dat dit onderwerp eens belicht wordt en het is een heikel punt. Dat moslims elkaar controleren of de ander al dan niet vast. Hoe heeft het toch zover kunnen komen? Door het jaar heen controleert toch ook geen moslim een ander of deze wel vijf keer per dag bidt? Dat is net zo goed als het vasten een “zuil” van de islam. Ook controleert niemand de ander of deze wel zakat geeft (armenbelasting) of naar Mekka gaat. Nee, dit verschijnsel zien we alleen bij het vasten. En in mindere mate ook bij sommigen wat betreft te hoofddoek. Zet een hoofddoek op je hoofd en je wordt door sommige moslims direct gezien als een devote moslima, terwijl je zonder hoofddoek in de ogen van die mensen eigenlijk niet bij de kudde hoort.
Het verschijnsel zal niet helemaal vreemd zijn. Want ook bij christenen waren en zijn er vast wel mensen die elkaar controleren, bijvoorbeeld op hun kerkbezoek of hun activiteiten op zondag, de dag des heren.
Ik laat mijn ramadan er niet door bederven. Godsdienst kent geen dwang. Mijn kinderen hebben vandaag dit jaar geen van vieren gevast. Morgen is er een nieuwe kans. Voor iedereen. En wie niet wil vasten hoeft het voor mij niet te doen. Het is iets tussen de dienaar en Allah en daar kan en hoeft niemand tussen te komen.