Voortplanting bij hyena’s

Terwijl ik bij ‘uitzending gemist’ me vooral onledig houd met series als vechtershart, nieuwe buren, celblok H en Utopia kijkt Ahmad bij voorkeur documentaires over dieren op Netflix.
Bovendien leest hij in één van alle kranten die hij bijhoudt ook dagelijks een stukje over de natuur. Daar vertelt hij dan wel eens wat over aan mij.
Vanmorgen trakteerde hij me tijdens het ontbijt op feiten over de voortplanting bij hyena’s. Van deze diersoort heeft zowel het mannetje als het vrouwtje een penis. Daarom dacht men in vroegere tijden dat de dieren tweeslachtig waren en dat man en vrouw jaarlijks van rol wisselden. Dus dat er beurtelings gepenetreerd en gebaard werd. Dat blijkt uiteraard niet waar te zijn. De mannetjes zijn en blijven mannetjes en de vrouwtjes eveneens, maar ze hebben uiterlijk dezelfde kenmerken, omdat de clitoris van het vrouwtje de omvang van een penis heeft. Het vrouwtje heeft daarnaast echter wel een gat, waaruit zij zowel plast als gepenetreerd kan worden. De baring geschiedt echter via de clitoris en dit is voor moeder en kind een ware martelgang. In veel gevallen overlijdt zowel moeder als jong tijdens de bevalling, met name als het een eerste nest is.
Ik ben echt in shock als ik dit verhaal aanhoor. Wat een ellende voor het hyenavrouwtje en haar jongen. Het roept bij mij ook vragen op. Waarom zoveel lijden tijdens de bevalling voor deze diersoort?
Mensen die diverse godsdiensten aanhangen geloven in de zondeval van Adam en Eva door het eten van de appel van de boom der kennis in het paradijs. Men beweert ook dat de pijn die vrouwen nu ervaren bij de bevalling een gevolg is van deze zondeval. Het zou een straf zijn voor de zonde die Eva lang geleden beging. Maar waarom is er dan bij dieren ook sprake van pijnlijke bevallingen en met name bij de hyena? Dat vraag ik me dan direct af.
En waarvoor dient de clitoris van de hyena die de grootte  heeft van een penis, als het deze alleen maar tijdens de bevalling door haar (zijn?) lengte en nauwheid de bevalling nog meer bemoeilijkt?

Het belang van lekker eten

Ahmad en ik houden van lekker eten. We eten niet veel, maar wat we eten is altijd lekker en met liefde bereid. Ik ben goed in de Pakistaanse keuken en kan verder ook lekkere spaghetti, bami en nasi maken. Mijn kip uit de oven is ook niet te versmaden. Ahmad is de soepspecialist en hij maakt Andalusische gerechten heerlijk klaar met kruiden als tijm, laurier, kruidnagel, kaneel, koriander, gember en een beetje droge rode peper. Zo vullen wij elkaar mooi aan en er gaat geen dag voorbij dat we niet heerlijk zitten te smikkelen van onze drie hoofdmaaltijden.
Dat hebben we gemist in het hotel, zoals ons eerder ook al opviel in andere hotels. Bij een buffet mag je nemen wat je wil en zoveel als je wil, maar geen van de gerechten is lekker bereid. Ik heb ook niets geroken uit een eventuele keuken en ik denk dan ook dat de gerechten niet in het hotel bereid worden, maar op een andere plaats en dat ze vervolgens verdeeld worden over de massahotels en daar in grote schalen worden opgewarmd in magnetrons. Ik vind dat intriest. Het was nota bene een viersterrenhotel. Hoe kunnen ze mensen dan zulk fantasieloos voedsel zonder kreuk of smaak voorzetten. Ik vind het eigenlijk harteloos en zielig voor alle toeristen die hun spaargeld uitgeven aan zo een reisje naar een hotel.
Hetzelfde gebeurt nu in Nederland in verzorgingshuizen en ziekenhuizen. In die tehuizen wordt al jaren geen voedsel meer bereid, maar het komt uit gaarkeukens, die het laten ronddelen, waarna het verzorgende personeel de maaltijden kan opwarmen in magnetrons.
Ik kan mij nog een tijd herinneren dat de schoonvader van mijn ex in  het verzorgingstehuis ‘Om en Bij’ verbleef in Den Haag. Daar was toen nog wel een keuken en rond een uur of twaalf in de middag rook je de heerlijke geur van voedsel dat daar werd bereid. Er waren daar Nederlandse en Surinaamse bejaarden en de mensen konden dagelijks kiezen uit Surinaams of Nederlands eten. Het eten was daar toen nog heerlijk.
Op een goed moment hebben ze de keukens in de ziekenhuizen en verzorgingshuizen gesloten onder het mom van brandgevaar of iets dergelijks. Toen begon het gedoe met de centrale gaarkeuken die alle tehuizen van voedsel moest voorzien. Eenheidshappen voor het volk.
Ik vind het heel erg voor de mensen dat dit nu zo gaat. Voor iemand die ziek is of niet meer valide vormt vaak het eetmoment een hoogtepuntje van de dag. Als het eten dan smakeloos is en eentonig, dan kan dit mensen depressief maken. Er zijn heel wat bejaarden die zich om die reden vrijwillig uithongeren. Ze hebben gewoon geen zin meer om te leven met dit saaie voer, dag in dag uit.
Ik ben iemand die van nature nooit veel om eten heeft gegeven. Als ik met iets bezig ben, kan ik gemakkelijk vergeten te eten. Dankzij Ahmad heb ik nu wel een ritme in mijn leven en merk ik dat lekker eten maar in bescheiden porties voor mij heel belangrijk is geworden. Dat merk ik vooral als echt lekker eten een tijd ontbreekt, zoals de afgelopen week.
Het is goed om weer thuis te zijn en zelf te koken.

Puinhoop op mijn bord

Iedere keer speel ik het weer klaar om de ‘verkeerde’ dingen uit te zoeken bij het opscheppen van voedsel aan het buffet hier in het hotel. Er is zoveel keuze dat ik het overzicht verlies. Tot drie keer toe trapte ik erin om een salade op mijn bord te scheppen die, toen ik die eenmaal begon te eten, stukjes varkensvlees bleek te bevatten. Dan pik ik die stukjes vlees eruit, maar alsnog smaakt de salade me dan niet meer en meestal ligt de ‘besmette’ sla dan ook nog over het andere eten heen, zodat ik mijn hele bord niet meer met smaak eet. Intussen zie ik dan Ahmad met een keurig bord zorgvuldig bij elkaar gezocht eten. Ik ben echt niet goed in buffeteten.
Standaard krijg je bij het eten hier een fles wijn en een fles water. Wij, als geheelonthouders, raken de wijn niet aan. We drinken wel overvloedig van het water. De rest van de literfles nam ik tot voor gisteren altijd mee naar onze hotelkamer. Dat kon toch geen probleem zijn, dacht ik. Er werd ook niets van gezegd. Tot gisteren Ahmad de fles meenam. Onmiddellijk werd hij ‘aangehouden’ door een jong personeelslid bij de uitgang. Hier met die fles! ‘Het is niet geoorloofd water mee te nemen uit het restaurant.’ Gewillig stond Ahmad zijn fles af. En dat nadat ik de hele week probleemloos het restaurant was uitgelopen met een waterfles losjes in mijn hand.
Vandaag was onze laatste warme maaltijd. Ik had voor de zoveelste keer de verkeerde sla op mijn bord geschept, die mijn visjes eronder ook had ‘besmet’. Toch braaf mijn bordje leeggegeten, nadat ik de sla opzij geschoven had. Voelde me daarna niet echt voldaan, maar wilde ook niet nog eens het buffet langs met een schoon bordje. Bij het pakken van het toetje pakte ik een banaan en een zoet gerechtje. En ook een mandarijn, waarmee ik snode plannen had.
Eenmaal aan tafel gezeten stopte ik de mandarijn in de diepe zak van mijn vest. Ik keek nog even schuin naar beneden of de mandarijn niet te zien was. Dat bleek niet het geval. Toch voelde ik wat angst, toen de obers inspecterend langs liepen. Ik ginnegapte erover met Ahmad. Voelde me weer net als toen ik klein was en we appeltjes gingen stelen uit de boomgaard.
We dronken flink van het water. ‘Dit keer kunnen we geen water meenemen voor vannacht,’ zeiden we tegen elkaar. ‘We moeten veel vooruit drinken, net als kamelen.’
Bij het naar buiten lopen hield ik mijn handen nonchalant in de zakken van mijn vest. Ik voelde daar de gestolen mandarijn branden. Eenmaal buiten giechelde ik opgelucht naar Ahmad. ‘Gelukkig vroegen ze me niet om mijn zakken te legen.’

Toch wel hard gewerkt hier

Daarvan mag deze drogerij van gewassen schelpen en schelpjes getuigen. Dit was de tweede lichting van vandaag. In de zak zit een flink gewicht aan voorgaande gewassen en gedroogde schelpenvangsten. Het betekende bij elkaar een flink aantal uren blootsvoets over het strand heen en weer struinen en me telkens laten verrassen door verschillende pareltjes der natuur. Voor elk bijzonder genoeg schelpje moest ik natuurlijk wel bukken. Gymnastiek in de zeewind…..Meestal hielp Ahmad mee en zocht mooie exemplaren voor me uit.
Dit moet genoeg zijn voor een groot schelpenschilderij!
Deze kans zal ik niet snel weer krijgen. In ieder geval niet in Torremolinos of Benalmadena. Het was al met al toch een mooie vakantie. Morgen terug naar huis.

We maken er wat van

Vandaag was slechter weer voorspeld. De dag begon inderdaad vrij koud, maar in de loop van de ochtend werd het toch aangenaam warm bij vrijwel geen wind.
We bezochten het vissersdorp Cabo de Palos aan het andere einde van Manga del Mar Menor en daar was het goed toeven.
Ik heb het niet kunnen nalaten om toch weer twee filmpies te maken. Een van de voorgaande dagen en ons boottochtje en de ander van ons uitstapje naar Cabo de Palos van vandaag.
Het zijn eigenlijk meer fotoslides met een muziekje. Hier komen ze:

Nog drie nachtjes slapen

Dan rijden we weer terug naar ons vertrouwde stekkie in ons dakhuisje. Natuurlijk mogen we ook eerder weg. Het is hier geen gevangenis. Maar dat doen we niet, omdat we nu eenmaal deze vakantie geboekt hebben. We zitten hem uit.
Doet me denken aan een incident in de speeltuin in Vught, toen ik heel klein was. Ik was met mijn broer aan het spelen in een speeltuin. Het regende en alle speeltoestellen waren nat. Maar Hansje vermaakte zich wel. Hij was aan het spelen in een speeltoestel dat de vorm had van een helikopter, waarin je droog kon zitten. Hij fantaseerde daar wat bij en had het op die manier naar zijn zin, maar ik dwaalde wat verloren rond in de druilerige speeltuin. Er was ook een moeder met een jongetje. ‘Ga dan op de glijbaan,’ drong de moeder aan. ‘Nee, ik wil niet, want die is nat,’ dreinde het jong. ‘Ge hêt betaold en ge zult oewen lol hebben,’ snauwde de moeder. Leuk of niet, het jongetje moest er nu maar van genieten.
Zoiets geldt ook voor ons. We hebben betaald voor 7 dagen en we zullen ze uitzitten!
De trekpleister hier voor het toerisme moet wel het strand zijn. Want aan weerszijden van de ene weg die Manga de Mar Menor telt ligt een mooi strand met fijn geel zand en schelpen. Heel anders dan de meeste stranden in Spanje die uit grove kiezels bestaan of uit zwart zand. De natuur hier is niet bijzonder mooi of interessant en steden of dorpen zijn ver weg. Dit oord is uitsluitend ingericht voor toeristen. Misschien woont er hier en daar een enkele inboorling die leeft van landbouw of visserij.
Vandaag overviel me even een voor mij helaas vrij bekend gevoel, toen ik zat te eten in de enorme restauratie van dit hotel. Rond een buffet in het midden waarlangs constant de gasten schuifelden met hun bordjes, waren de tafels in de zaal rondom vrijwel alle bezet. Gezeten aan één van de talrijke tafeltjes, vlak naast een andere tafel, zag ik de kauwende monden van alle mensen rondom mij en die aanblik vervulde me met een oneindig gevoel van triestheid. Kan niet zeggen waarom. Een soort verlatenheid nam bezit van me. Gelukkig zag ik Ahmad lekker smikkelen van zijn vis en vlees en salade. ‘Vandaag heb ik echt trek,’ zegt hij. Daar ben ik blij om. Naast mij hoor ik staccato een vrouw van alles verkondigen. Overal geroezemoes. Ik ben geen massamens. Ahmad ook niet. Na het eten gaan we lekker even wandelen. Als twee nomaden in de ‘deserto de concreto’. We houden elkaar stevig vast…..

'Lief voor ouderen'

Het lijkt erop dat Spanje relatief goed voor zijn ouderen zorgt. Er is hier net zoiets als de AOW in Nederland voor mensen die de pensioengerechtigde leeftijd bereikt hebben. Maar het bedrag daarvan is een stuk lager dan dat van de AOW in Nederland. Daarbovenop hebben ook hier mensen recht op een pensioen, naar gelang men daarvoor premie heeft betaald tijdens werkzaamheden voor een baas of als zelfstandige. Medicijnen voor ouderen zijn vrijwel gratis (een gering percentage van de kosten van het medicijn).
Maar schijn bedriegt. Er is hier nauwelijks zorg voor hulpbehoevende ouderen. Of demente ouderen. Die zijn afhankelijk van de zorg van familie. In de praktijk komt het er vaak op neer dat een werkeloos familielid deze zorg op zich neemt. Maar daarmee profiteert deze dan ook vaak van het schamele pensioentje van deze oudere, want werklozen krijgen in de regel niet langer dan 6 maanden een kleine uitkering en indien ze na die tijd nog geen werk gevonden hebben, dan houdt de betaling op. Er is hier geen ‘sociale dienst’. Wel krijgen hulpbehoevende gezinnen soms hulp van charitatieve instanties zoals de kerk.
Gepensioneerden hebben hier, vergeleken met de jongere generatie, voordeel. Zij kunnen zich in ‘centra de mayores’ gratis aanmelden voor allerlei activiteiten zoals schilderles, gymnastiek, dans, muziek, zang, spelletjes, enzovoort. Verder kunnen zij buiten het hoogseizoen tegen een gereduceerd tarief reizen boeken, hetzij georganiseerde reizen met een gids, hetzij hotelarrangementen waarheen zij kunnen gaan met hun eigen vervoer. Dat lijkt allemaal heel lief en altruïstisch van de Spaanse staat, maar er zit natuurlijk een commercieel belang achter. Want die oudjes zorgen voor werkgelegenheid in toeristische plaatsen die anders door niemand bezocht zouden worden. Zij zorgen ervoor dat de grote hotels kunnen blijven draaien en niet failliet gaan. En zij worden erin geluisd om peperdure excursies af te nemen.
Wij hebben ons ook tot zo een uitstapje laten verleiden. Wij telden 24 euro neer per persoon voor een boottochtje op de Mar Menor. Een boottochtje dat normaal 10 euro p.p. kost, maar waarvoor in deze tijd van het jaar geen individuele plaatsbewijzen te verkrijgen zijn.
We verzamelden vanmorgen om 9.15 uur. Tot onze verrassing zaten we in een tjokvolle bus (met allemaal ouderen). Buiten senioren uit ons hotel waren er ook oudjes uit een ander hotel geronseld. Tot onze verrassing reden we niet direct naar het water. De gids vertelde ons dat we eerst langs een gebied zouden gaan waar de allerarmsten wonen, een gebied waar je normaal nooit komt. Het bleek een grapje te zijn. We werden gereden naar een golfresort, een soort privéclub van heel rijke mensen, die allemaal wonen op een heuvel in huizen van gemiddeld een miljoen euro. Deze eliteclub heeft zijn eigen tennisbanen, drie golfterreinen en zijn privéstrand, zijn banken en restaurants. Ongevraagd werden we tot een uurtje of 11 rondgereden langs de kasteeltjes van deze rijkaards en werd door de gids met een nogal schelle stem uit de doeken gedaan hoe rijk die mensen wel niet waren. Daarna reden we het eliteterritorium weer uit en werd er geparkeerd bij een supermarkt annex bar, waar wij even tijd kregen voor koffie en een plasje. Dat betekende 10 minuten in de rij staan voor de dames-WC. Daarna werd eindelijk doorgereden naar de boot. Het bleek een schuit te zijn die we al hadden zien liggen, toen we gisteren op onze strandstoelen zaten.
Een volle bus ouderen, waarvan een deel niet al te goed ter been, werd in het schamele scheepje geholpen. Er waren niet genoeg zitplaatsen op het dek voor iedereen. Daarna tufte de stuurman de binnenzee op en zagen we een vijftal eilanden, waarvan er vier slechts bewoond worden door meeuwen en een speciale soort zwarte zee-eend en één eiland het privébezit blijkt zijn van een baron. De bootreis duurde een uur en een kwartier en daarna sjokte het volk weer naar de bus, die ons afzette bij ons hotel op zo een 200 meter afstand van de schuit.
Het was inmiddels 13.45 en tijd voor het middageten. Na het eten hebben Ahmad en ik op het strand van de Mar Mayor rondgeslenterd en nog wat schelpjes gezocht voor mijn volgende schelpenschilderijtje. ‘The best things in life are free’ besefte ik weer eens, toen ik de heerlijke zon voelde op mijn winterruggetje terwijl ik het heldere zeewater over mijn voeten liet stromen.

Mundo Senior

In deze wereld bevinden wij ons nu. Mundo Senior is een organisatie die reizen organiseert voor Spanjaarden van 65 jaar en ouder tegen een gereduceerd tarief. Wij, als 65 plussers, hebben van de gelegenheid om zo een reis te boeken gebruik gemaakt. We hebben een 4 sterrenhotel geboekt voor 7 nachten in la Manga del Mar Menor.
Na een reis langs een helaas wat mistige kust komen we om 14.30 aan in ons hotel. Een bejaarde receptionist neemt onze koffertjes en onze camera’s in bewaring en maant ons eerst naar de eetzaal te gaan, omdat het eten maar tot 15.00 uur geserveerd wordt. We eten wat van het een ietsje koud geworden buffet. Tot mijn verrassing zie ik om ons heen uitsluitend bejaarden. Kennelijk zijn er in deze tijd geen andere toeristen die dit hotel bezoeken. Ik giechel er wat om, maar besef ook dat wij natuurlijk net zo goed tot deze groep behoren.
Na het eten gaan we even de buurt wat verkennen en zien dat we omringd zijn door uit beton opgetrokken hotels en appartementen, die grotendeels leeg zijn. Voor ons hotel loopt een weg en daarachter is een strand aan de Mar Mayor (zeg maar de ‘buitenzee’). Het water is opvallend helder en er liggen schelpen. Aan de achterzijde van ons hotel bevindt zich de Mar Menor (de binnenzee), met talrijke boten en bootjes. De temperatuur voelt aangenaam warm en bij één van de weinige winkeltjes die open zijn koopt Ahmad een korte broek.
Ach ja, en wat zal ik verder vertellen. Gisteren hebben wij schelpjes geraapt voor het eventueel weer vervaardigen van nieuwe schelpenschilderijtjes. In de middag wakkerde er een fris windje aan, dat we dapper nog even trotseerden, gezeten op onze strandstoelen die we hebben meegenomen in onze auto.
Vandaag reden we de kust langs de binnenzee langs. Volgens een toeristische voorlichtster in het hotel zouden we langs heel pittoreske dorpjes komen. Wat we slechts zagen waren ‘urbanizaciones’. Meer beton en wat golfterreinen. Alles oogde desolaat, want we zitten duidelijk niet in het hoogseizoen.
Toch heeft het wel iets, deze eenzaamheid in een wat kille omgeving. We hebben het samen best tof, we houden van elkaar en we hebben veel tijd voor elkaar. Vooral nu Ahmad zijn telefoon onklaar heeft gemaakt. (Hij had een nieuwe simkaart, was dit vergeten en bij het opnieuw aanzetten van zijn telefoon was hij de pincode vergeten van de nieuwe simkaart). We doen nu samen met mijn minilaptopje, dat ook al niet goed functioneert hier en mijn oude phone. Verder is er veel tijd voor overpeinzingen, meditatie en gevoelens. Dat is niet verkeerd.
Maar wat wij allebei nu heel goed beseffen is dat er niet veel plaatsen zijn die zo mooi zijn als de plek waar het lot (of Allah of God) ons gebracht heeft: Alhaurin de la Torre en omgeving. Zaterdag mogen we terug naar huis. Morgenochtend hebben we een boottocht gereserveerd. We gaan er het beste van maken hier. Onze zoveelste ‘luna de miel’ 😉

Spijt

Het is nacht en ik word even wakker om te plassen. ‘Hoe laat is het?’ vraagt mijn ega. ‘3.45 Uur, hoezo?’ ‘Omdat ik al een tijdje wakker lig?’ ‘Is er iets wat je hindert?’ Ja, hij heeft spijt van zijn inkopen van de dag ervoor. ‘Dat geeft toch niks. Ik heb ook weleens per ongeluk iets verkeerds gekocht, zoals die olijven met ansjovis in plaats van normale,’ antwoord ik slaperig. Ik denk dat hij er spijt van heeft dat hij gisteren niet goed had gekeken en per ongeluk een niet draadloos toetsenbord kocht dat we moesten ruilen. Echt iets voor hem om daarover door te piekeren.
Maar het blijkt iets anders. Hij heeft spijt van alles wat hij gekocht heeft. Een minicomputer inpluggen in een smart-tv die al internet heeft leek mij gisteren al ‘dubbel op’, maar ik heb verder niet doorgevraagd. Ik ging ervan uit dat Ahmad daarvoor wel een speciale reden zou hebben. Niet dus. Hij is ‘gevallen’ voor You Tube filmpjes, die de voordelen van de mini-pc uitlegden en ging daarbij voorbij aan het feit dat hij al internet heeft op zijn tv. Dat vindt hij nu ontzettend stom van zichzelf. Hij weet dat hij het gewoon kan terugbrengen en zijn geld terug zal krijgen, maar het gevoel over zijn ‘domheid’ blijft aan hem knagen. Terwijl ik sliep heeft hij alles alweer netjes in de verpakking gedaan. Ik stel hem gerust. iedereen doet weleens iets stoms en koopt dingen waar hij/ zij later spijt van heeft. En dan praten we even door over de snelle ontwikkeling van allerlei elektronica en allerlei apps die je hebberig kunnen maken. ‘Ik ben erin getrapt,’ zegt hij spijtig. Dat overkomt ons allemaal toch wel. En dan praten we nog verder door over het feit dat alle digitale communicatie in het algemeen het leven van de mens enorm veranderd heeft.
‘Misschien verliest de mens langzaam zijn vermogen om momenten te onthouden,’ zucht ik. ‘Neem mij nou. Hoe gek ben ik een tijd niet geweest met het filmen van alles wat ik meemaakte. Het leek wel of ik de hele dag door een filmcamera keek. Als ik een mooi of interessant momentje niet had vastgelegd baalde ik. En waarvoor eigenlijk? In hoeverre kunnen we nog gewoon genieten en een moment simpelweg in ons geheugen opslaan, in plaats van er snel een foto of filmpje van te maken. Het is bijna obsessief, zoals je bij elke ‘event’ mensen ziet met een gestrekte arm met in hun hand een mobiel die alles moet ‘vastleggen’. Soort digitale hitlergroet.
Er zijn tal van media met nepnieuws en leuterblogs en idiote filmpjes die door het kuddevolk een miljoen keer bekeken worden. Soms verlang ik naar vroegere tijden, nog niet eens zo lang geleden, waarin het kunnen praten via een mobieltje al heel futuristisch was en waarin nog niemand het internet in zijn zak meedroeg.
Hebben we nog tijd voor reflectie in dit digitale doolhof? Overdag bijna niet, maar in de nacht gelukkig wel. Als we even wakker schrikken omdat we ons hebben laten verleiden iets te kopen dat overbodig was. Dan kunnen we even over dat soort zaken doormijmeren…..