In het zielenrijk zijn geen grenzen, maar op de wereld maken mensen die.

In het voorgaande stukje laat Ahmad een video zien over een aspect van de geschiedenis van zijn geboortegrond. Hij is iemand, die erg geïnteresseerd is in geschiedenis in het algemeen en vooral die van zijn eigen geboortegrond.

In dat opzicht lijk ik helemaal niet op hem. Ik heb op school altijd een hekel gehad aan het vak geschiedenis. Misschien komt dat wel, omdat ik toevallig een leraar voor geschiedenis had, die de stof op een heel saaie manier vertelde. De mensen in de geschiedenisboeken gingen daardoor voor mij niet echt leven en voor mij betekende een geschiedenisproefwerk alleen maar het uit mijn hoofd leren van droge feiten en jaartallen. Ik was nooit trots op de geschiedenis van mijn land en die van het westen in het algemeen. Ik had eerder een afkeer voor wat ik moest leren over de daden van onze voorvaderen. De verre en oude beschavingen boeiden me meer.

Maar wat me eigenlijk het meeste boeide vanaf mijn kindertijd is het gedrag van mens en dier als uniek individu. In dat opzicht zijn Ahmad en ik dus heel verschillend. Terwijl hij het liefst grotere groepen mensen en hun gedrag bestudeert en met name door de geschiedenis heen, houd ik me het liefst bezig met het bestuderen van individuen. Daarom schilder ik misschien ook zo graag portretten van mensen.

Waarschijnlijk mede omdat ik niet trots ben op mijn geboortegrond, zoals Ahmad dat wél is, voel ik me ook niet echt een Nederlander. Ik heb me altijd een vreemdeling gevoeld, zelfs in het gezin waarin ik opgroeide. Ik dacht meerdere malen in mijn leven dat ik een vondeling was, maar dat niemand me dat wilde vertellen. Het feit dat we om de haverklap moesten verhuizen, vanwege het beroep van mijn stiefvader, werkte ook niet mee om me ‘geworteld’ te gaan voelen in een bepaald gebied. Tot op heden droom ik meestal dat ik ergens ben op voor mij onbekend terrein. Zelden of nooit ben ik in mijn dromen op een plek die ik ken, laat staan met mensen die ik ken. Af en toe duikt er wel een bekende op in mijn dromen. Ik voel me dus een vreemdeling of, wat net zo goed geldt, verbonden met iedereen. Ik kan me druk maken om het leed van een ander mens, die ik niet ken, alsof het familie van me is. Voor mij zijn we eigenlijk één grote familie. Ik merk weleens dat dit niet door iedereen begrepen wordt. De meeste mensen zetten toch hun eigen familie op de eerste plaats.

Ik vind het niet belangrijk op welke plek van de wereld ik geboren ben en opgegroeid. Ik geloof dat ik kom uit het zielenrijk en ook zal terugkeren naar het zielenrijk.

In het zielenrijk zijn geen landsgrenzen en er is geen onderscheid in uiterlijke kenmerken, zoals op de aarde (zoals huidskleur, enz). Ik denk ook dat we er niet voor kiezen om op een bepaalde plek en als kind van bepaalde ouders ter wereld te komen. Zodra we op de aarde komen begint het leven hier en ik zie dat als een test. We komen hindernissen tegen en hebben goede en slechte ervaringen in de wereld. Het enige dat belangrijk is (in mijn ogen) is hoe we daarmee omgaan. En dat doet ieder op zijn/haar eigen manier. Op elk moment maakt de mens keuzes (en dat is het verschil met een dier. Een dier maakt geen keuzes, maar handelt op basis van instinct en leerervaringen). De mens heeft het vermogen na te denken en te kiezen voor gedrag op elk moment. De keuzes die je maakt hebben gevolgen voor het verloop van je leven. Andere mensen, die je tegenkomt op je pad, maken ook keuzes op elk moment en zo ontstaat interactie en reactie. Dat vind ik mateloos interessant.

Met die interesse lees ik boeken, kijk ik naar mensen en bekijk ik ook films en series. Wat voor keuzes maken mensen op elk moment en wat hebben die voor gevolgen? Toen ik in Pakistan woonde en mijn leven deelde met mijn toenmalige schoonfamilie, die leefde onder totaal andere omstandigheden dan ik, op een berg, in een huis van klei, zonder WC, elektriciteit en water, toen merkte ik het volgende. Dat zij niet anders voelden en dachten dan ik. Toen besefte ik dat we allemaal verbonden zijn, waar en hoe we ook wonen. Gewoonten en gebruiken kunnen per land verschillen, maar we hebben allemaal een vel en daaronder zit bloed. We kunnen pijn en vreugde voelen en iedereen heeft een hart. Dat is in deze wereld. Voor mij zijn er geen grenzen tussen mensen en de grond waarop we lopen is een tijdelijk en geleend goed. Over honderd jaar lopen hier weer andere mensen en zijn wij weer terug in het zielenrijk.

Hoe voor ons de coronatijd begon in maart 2020

Gisteren was het Valentijnsdag, een dag waarop mensen hun liefde voor of vriendschap met een ander laten blijken. Door attenties, cadeautjes, kaartjes, bloemen, enzovoort.

Ik heb daarvan weinig gemerkt. Het was voor mij een dag als elke andere. Wel kwam de herinnering bij me boven van hoe Valentijnsdag voor ons vorig jaar is verlopen. We waren toen in Alhaurin de la Torre en gingen toevallig op 14 februari naar Malaga, naar het Cortes Ingles (te vergelijken met de Beijenkorf in Nederland). Daar boekten we een reisje naar de Algarve in Portugal voor een dag of acht.

Begin maart (ik meen 8 maart) reden we erheen. We hadden het daar heerlijk en we boften enorm met het weer, dat verrassend zonnig en warm was voor de tijd van het jaar. We genoten van wandelingen in de mooie omgeving en lagen zelfs een keer even languit te zonnen op het strand. In het hotel was er nog weinig te merken van het virus, dat toen al rondwaarde in het noorden van Spanje, in Madrid en heel Catalonië. Er was een groep oudjes uit het noorden van Spanje, die gewoon met ons aansloot bij het buffet. Er was nog geen sprake van mondkapjes en een 1.5 meter samenleving. Hoewel we in het nieuws al hoorden over het virus, dat al lang niet meer alleen in China voorkwam, leek men op onze vakantiebestemming te doen of er helemaal geen virus bestond. We stonden met onbekenden samen in de lift en aten tijdens een excursie gezellig samen een lunch met toeristen uit Engeland, Ierland en Canada. De Amerikaan was een gepensioneerde man, die voor het eerst van zijn leven in Europa was en vol enthousiasme vertelde naar welke plaatsen in Europa hij nog meer wilde afreizen. Niemand leek een vermoeden te hebben van de tijd, die ons te wachten stond.

een voorlopig laatste onbezorgde vakantiereis ?

Op 15 maart was onze vakantie in Portugal afgelopen. We stapten ’s morgens in de auto om terug te gaan naar Alhaurin. Toen we de grens tussen Portugal en Spanje passeerden, verbaasden we ons over de Gardia Civil, die op het tegenliggende wegdeel autopassagiers controleerde en terugstuurde naar Spanje. Je kon Portugal niet meer in, als je daarvoor niet een geldige reden had!

Bij een benzinestation annex ‘servicio’ wilden we, zoals we gewend waren, koffie drinken en wat eten. Maar daar bleek dat je alleen nog kon tanken. De WC en het restaurant waren gesloten. Je moest je behoeften maar ergens doen aan de kant van de weg. Er stonden wat vrachtwagens geparkeerd, waarvan de chauffeurs dezelfde verrassing als wij te verwerken kregen. Ik had met ze te doen. Zij moesten hun werk die dag doen zonder WC, eten en drinken. De overgang was erg plotseling en niemand leek erop voorbereid te zijn.

Later hoorden we dat er in de loop der tijd talloze initiatieven voor de vrachtchauffeurs ontstonden vanuit de bevolking. Rijdende snackbars met drinken en maaltijden om de vrachtwagenchauffeurs alsnog van eten en drinken te voorzien tijdens hun werk.

Eenmaal thuis kwamen we erachter dat sinds precies de dag dat onze vakantie in Portugal beëindigd was, Spanje in een totale lockdown terechtgekomen was. Wat dat voor ons en andere mensen in Andalusië betekende is te lezen in eerdere stukjes in dit weblog (vanaf maart 2020).

Maar wat ik me gisteren wel realiseerde is wat een geluksvogels wij eigenlijk zijn geweest met deze laatste heerlijke vakantie op het nippertje. Hoe precies kwam dat uit! ? Dat hadden we zelf nooit zo kunnen ‘plannen’.

Leven als toeschouwer in de herfst van je leven

foto is maakt door Ahmad, onze topfotograaf

Mijn maat en ik zijn al een aantal jaren met pensioen. Dat betekent voor ons dat we niet meer hoeven te werken. (NB. Ik weet dat dit niet voor iedereen en overal op de wereld zo is. Niet op elke plek van de wereld zijn de pensioenen toereikend om verder te leven in een niet werkend bestaan). Maar wij hoeven dus niet te werken en alles wat we doen voor onszelf of voor anderen is op vrijwillige basis.

Wat een vrijheid geeft dat! Sommigen zijn daar niet blij mee en voelen zich alsof ze in een leegte zijn beland. Dat kan ik me ook best voorstellen. Het dagelijkse ritme valt weg en je bent nu aangewezen op je eigen ideeën om je dag te vullen. Dat is niet voor iedereen makkelijk en voor sommigen ligt verveling op de loer of nog erger eenzaamheid.

Ik vind het heerlijk, deze herfst van mijn leven. In de ochtend opstaan en weten dat de dag open voor je ligt, in te vullen naar eigen zin. Ook open voor wie of wat zich maar aandient op je pad. Je hebt alle tijd en geen verplichtingen en wie een beroep op je doet voor hulp of raad hoef je niet teleur te stellen, want je hebt verder niets te doen dat zo dringend is dat het niet wachten kan. Ik vind dat een groot cadeau.

Het brengt me terug naar de tijd dat ik nog heel klein was, zelfs te jong om naar school te gaan. Mijn broer moest al naar school, maar ik bleef lekker thuis bij mijn moeder. Ik kan me herinneren dat ik zielsgelukkig en tevreden uit het raam keek, terwijl mijn moeder in de woonkamer bezig was met iets in het huishouden, onder begeleiding van ‘de arbeidsvitaminen’, een verzoekprogramma voor muziek op de radio. Dat waren geluksmomentjes. Dat leven zonder veel verantwoording nog was heerlijk.

En nu komt dat weer terug als een cadeau met een grote strik na een leven van ploeteren en er vooral zijn voor de ander, in mijn geval de kinderen. Ik mag doen waar ik zin in heb. En mijn grote hobby, toeschouwer zijn, kan ik nu naar hartenlust uitleven.

Als ik nu terugkijk op mijn leven, dan besef ik dat ik het beroep dat het meest bij mij past (en wat ook ooit uit een beroepskeuzetest kwam, toen ik als jongmens getest werd) nooit heb uitgeoefend. Maar ik werd wel vaak zo getypeerd door de mensen om mij heen. ‘Jij neemt nooit echt deel aan groepen,’ kreeg ik vaak te horen. ‘Je zit overal bij als een journalist.’

Dat klopt.

‘Let it snow let it snow let it snow ?’

Vanmorgen stond ik op en rende, net als veel anderen denk ik, naar een raam om te zien of de wereld in Den Haag al wit was En ja hoor, dat wassie. Er plakte ook wat sneeuw aan het raam en dat vond ik prachtig. Net als met kerstmis, wanneer mensen kunstsneeuw op de ramen spuiten, maar dan was deze sneeuw echt.

uitzicht vanuit een besneeuwd bovenraam op het verlichte keukentje van de lieve buurvrouw voor wie ik boodschappen doe.

Terwijl we het ontbijt maakten bleef het kerstlied ‘let it snow’ in mijn hoofd zitten. Al die witheid om ons heen maakte wel blij. Vooral als dat mooie dekentje nog door niemand betreden is. En als je weet dat je niet naar buiten hoeft.

Uitzicht vanaf de ontbijttafel

Een teken van leven

Ik ben er nog, maar ik heb niets te schrijven. Of het moet zijn: Stay well. Be happy. Pas op met gladheid en breek je nek niet bij het schaatsen.

Ik snap de opwinding niet zo van de Nederlanders die helemaal opgewonden en blij worden van sneeuw en het ijs dat eraan zit te komen. ‘Dan hebben we tenminste weer iets wat we mogen doen,’ hoorde ik iemand op ‘op1’ zeggen (een flutprogramma, waarvan ik soms flarden terugkijk op YouTube). ‘Ja,’ kirde een ander. ‘Ik zie ons al allemaal heerlijk op de grachten schaatsen met sopie en….’.

Zij liever dan ik. De tijd van stoerdoenerij op mijn botte kunstschaatsen is nu echt definitief voorbij. Ik ben veel te bang om te vallen. Mijn evenwichtsorgaan is niet meer wat het geweest is. Laatst viel ik zelfs even voorover, toen ik wat onhandig uit ons hoge bed stapte om een nachtelijk plasje te doen. Ik kon me nog net behoeden voor een complete val en moest in mezelf een beetje grinniken om het koddige van de situatie. Wat een geklungel.

Nee, liever verschans ik me gedurende de koude-periode in mijn huis, met alle boodschappen voor een week. Kijkend naar de vogeltjes die komen eten van wat er voor ze hangt. Af en toe even wat ontdooid water voor ze neerzetten, maar verder moet niemand me naar buiten jagen. Sporten doe ik op mijn stationaire fiets. Ja, dat durft deze bejaarde wel. Ik moet trouwens zeggen dat het resultaat van nu al ruim twee jaar dagelijks 10 km flink doortrappen zijn vruchten begint af te dragen. Dames, het is een aanrader. Je krijgt het figuur van een jonge meid. Maar wel volhouden, hè.

Verder bedenk ik alvast wat ik ga stemmen in maart. En twijfel ik eraan of ik me wel wil laten vaccineren. Ik hoor enge verhalen van nog betrekkelijk jonge mensen (in de zorg) die hondsberoerd worden van de tweede prik. Mijn ervaring is dat mijn lichaam niet goed reageert op lichaamsvreemde stoffen. Ben eigenlijk wel benieuwd hoe anderen daarover denken. Mijn hart breekt als ik die oudjes zie, die zonder mopperen en zonder enige weerstand zich vol vertrouwen laten prikken in hun oude, rimpelige lijf. Maar ook als ik lees dat volgens een krantenbericht 80 % (!) van de jongeren tegen een burn-out of depressie, of hoe je het maar noemen wilt, aanzit. Dat is toch wel heel schrijnend, als dat getal tenminste klopt. Ik vraag me namelijk altijd af hoe ze aan zo een precies percentage komen, wantrouwend als ik ben voor de exactheid van de resultaten van sociale ‘wetenschappen’. Maar dat terzijde.

En hoe is het met de lezer? Jammer dat ik daarop nooit antwoord krijg.

Sentimenteel worden van troostlied en troosttaart

Gisteren keek ik weer naar the Crown, met de nieuwe vertolking van de hoofdpersonages, waaraan ik nog wat moet wennen. Maar ik ga ermee door, omdat ik de historische feiten uit de serie van wat in die tijd allemaal plaatsvond interessant vind.

Zoals de ramp in Aberfan in 1966, toen een school die vol was met leerlingen werd bedolven onder een ineenzakkende afvalberg van een mijn. Er stierven 116 kinderen. Toen de ouders die kinderen gingen begraven, de kindertjes allemaal op een lange rij in hun grafjes, zongen ze met elkaar een lied. Later in de serie zie je de koningin, die (tot haar grote spijt achteraf) aanvankelijk weigerde naar de rampplek toe te gaan om troost te bieden, op een grammofoonplaat het lied beluisteren. En dan wordt ook een gedeelte van de gezongen tekst weergegeven in de Nederlandse vertaling. Ik vond die tekst zo mooi, dat ik hem hier wil delen:

‘Jezus, die mijn ziel bemint

Laat me schuilen aan uw hart,

als de golven woedend slaan

tegen de rotsen op en neer.

Laat mijn aan uw zijde staan

tot de storm voorbij is, heer.

Laat, o laat mij niet alleen,

steun en sterk gestadig mij…..’

En vandaag keek ik naar het mooie programma ‘taarten van Abel‘ en moest ik daarbij weer even huilen van ontroering. De liefde van dat vroegwijze jongetje, dat een mooie taart maakt voor zijn doodzieke en stervende vader. ?

Tegenvallers, teleurstellingen en sombere gedachten.

Om te beginnen met het laatste, de sombere gedachten. Die overvielen me gisteren. Soms komt er op een dag te veel negatieve input in mijn kleine hoofd en overvalt me een onbestemde neerslachtigheid. De twee boeken van Ammaniti, die ik gelezen heb maken me niet volijker. Hij schrijft veel over marginale en vrij trieste figuren. En hun perikelen keren dan vaak terug in mijn dromen.

De twee YouTube filmpjes, die ik even terloops heb bekeken voor het slapengaan met als thema ‘je zal het maar hebben’ maakten mijn toch al droevige stemming niet vrolijker. Je zal het maar hebben of je zal het maar zijn, waar dan ook op de wereld, waar grote drama’s plaatsvinden. Kindermishandeling, mensen die creperen in ijskoude kampementen, ziekte, rampen van allerlei soort. Soms kan ik het niet van me afzetten. Alleen kan ik bidden voor de weerlozen, de onderdrukten, de geslagenen, de zieken en de mensen in de kou. En hopen dat wie een ander pijn doet, daarmee stopt en dat we allemaal ons best gaan doen om lief te zijn voor elkaar.

Toen ik op de hometrainer stapte om afleiding te vinden in de serie the Crown, wachtte mij nog een teleurstelling. In het derde seizoen van the Crown blijkt een groot deel van de belangrijke rollen in de serie vertolkt te worden door andere acteurs dan in de eerste twee seizoenen. De zo mooi gespeelde, bewonderenswaardige queen Elizabeth, van wie ik een beetje was gaan houden, werd in seizoen drie ineens gespeeld door een oudere dame met een heel zuur gezicht. En de levendige Philip uit seizoen 1 en 2 wordt in seizoen 3 ineens gespeeld door een droogkloot. Ook Margaret wordt in seizoen 3 gespeeld door een andere actrice met een hoerige uitstraling, maar lang niet zo innemend en sexy als de eerdere Margriet. Wat een teleurstelling. Hebben andere kijkers daarover dan niet geklaagd?

Dit zijn slechts de kleine dingetjes. Maar het is het geheel dat zo droevig maakt. Neem bijvoorbeeld ook de buurvrouw, voor wie ik de boodschappen doe. Een zelfstandige en flinke vrouw, die in één klap haar leven veranderd zag en nu al bijna twee jaar niet meer zelf naar buiten kan om haar dingen te doen en sindsdien afhankelijk is van anderen. Dat breekt toch mijn hart.

Ik lag vannacht een heleboel uurtjes wakker. Misschien is dat soms nodig. Even de balans opmaken. Die helt nu erg over naar ‘rampkoers’.

Laten we het tij keren. Laten we alle goeds en al het materiële proberen zo eerlijk mogelijk verdelen onder elkaar. Laten we omkijken naar elkaar. Dat kan ook best met een mondkapje op en op anderhalve meter afstand. God voor ons allen en wij voor elkaar. Genade.