Lekker bezig

Het begint nu wat frisser te worden en dat maakt dat we weer zin krijgen om onze handen te laten wapperen.

We hebben hier twee ruime slaapkamers, waarvan we er één ook als zodanig gebruiken. In de andere kamer staat een grote eettafel tegen de muur. Aan elke kant daarvan bevindt zich een laptop van ieder van ons, terwijl de rest van die tafel in beslag wordt genomen door een printer, onze externe schijven, koptelefoons, camera´s en andere accessoires. En daarnaast stond tot vandaag een twijfelaar, die zelden of nooit beslapen wordt. We hebben nauwelijks logees, want de kinderen van Ahmad kommen hier niet slapen en mijn kinderen met hun eigen kinderen ook niet meer zo snel. We besloten deze kamer dus nu maar helemaal in te richten als computerkamer/atelier.

Vandaag hebben we de matras van de twijfelaar naar beneden gesjouwd (gelukkig paste hij net in de lift met wat geduw) en we hebben deze opgeborgen in de berging beneden. Het onderstel van het bed, zonder de pootjes was te zwaar om naar beneden te dragen en paste niet in de lift en dus hebben we dat zonder pootjes omgekeerd rechtop tegen de muur gezet (ideetje van mij). We gaan dat bekleden met tafelzeil, zodat het de muur kan beschermen tegen mijn geklodder, als ik mijn schildersezel daartegenaan zet. Ik merk aan Ahmad dat hij blij is dat hij weer wat kan gaan doen. Hij is al direct begonnen met een mooie tekening voor een raamdecoratie in mijn huis in NL. Mijn ezel staat me aan te gapen. Ik heb nog geen idee of en wat ik ga schilderen. Ik kruip net zo lief in een hoekje met een boekje. Mijn handjes jeuken nog niet. Ik kan behoorlijk lang niks doen en alleen maar lezen en kijken.

Ahmad in zijn element
We verwachten regen. Maar er valt tot nu toe nog geen druppel regen. Overigens hebben we nog steeds plaats voor twee logees. In de ´woonkamer´, waar we nooit zitten, bevindt zich een uitklapbare bedbank van 1.60 meter breed

Niet dat we echt zitten te wachten op een regenbui als deze in Huelva. ?

Wij zijn meer van de plantjes, de beestjes en de mooie doorkijkjes

Helaas is het nog te warm voor wandelingen op de berg (senderismo). We houden het nu bij ons ochtendwandelingetje, vlak na het opstaan. Dan vertrekken we net iets voor zonsopgang. Samen met de werkers in de bouw.

En dan zien we samen met deze ezel de zon opkomen.

Als we ons ´paseito comsumisto´ lopen naar de Mercadona maken we vaak expres een omweg om nog wat meer van ons mooie dorp te genieten. Want een mooi dorp is het, met veel beplanting en bloemetjes.

Bloemen en planten kunnen wij helaas hier in ons huis niet houden, omdat de planten het tijdens onze afwezigheid niet overleven. We hebben het in het verleden al geprobeerd met diverse soorten cactussen. Die legden het loodje. Maar er is één plantje dat oersterk is en nu heeft laten zien dat het zelfs kan overleven tijdens onze afwezigheid van bijna 10 maanden. Het was hier een lange, hete en droge zomer, maar alsnog waren deze plantjes niet dood. Dus deze planten zijn overlevers in welke omstandigheden dan ook. Ze hebben een winter en zomer doorstaan zonder onze hulp.

Vandaag kwamen we de Miguel, kattenman, en zijn vriendin tegen. Zoals eerder beschreven, had Ahmad ooit ruzie met deze gespierde reus maar nu zijn ze vrienden. Hij heeft hem en zijn vriendin zelfs uitgenodigd om een keer bij ons koffie te komen drinken. De vriendin had een plastic schaaltje in haar handen met daarop heerlijk uitziend kattenvoer. Kennelijk waren ze samen op weg naar één van de vele voederplekken voor katten hier in het dorp.

´Jullie zijn echte kattenliefhebbers´, zeg ik. ´Jullie hebben nu vijf katten, hè.´ ´Nee, het zijn er inmiddels zes´, antwoordt zij glimlachend. Jeminee, dat betekent dus dat er nu in totaal 8 katten onze dakhuisjes bevolken. ´Eigenlijk zijn we er niet zo blij mee´, zegt Miguel. ´We willen een paar katten weggeven, maar niemand heeft interesse. We kunnen nu geen kant op. We kunnen nooit met vakantie.´

Even later zeg ik tegen Ahmad: ´Waarom bieden wij niet aan om voor hun katten te zorgen, als we hier zijn en zij even er tussenuit willen? Wij hebben tijd en zo zijn we ook nog een beetje nuttig.´ Goed idee, vindt Ahmad. Hij gaat het voorstellen als ze bij ons op de koffie komen.

De buurvrouw met de twee andere katten is erg op zichzelf, zo vertelde Miguel. Ze heeft ook niet gereageerd op zijn bericht dat Ahmad haar wil spreken over Houdini. Maar dat geeft eigenlijk ook niet meer, want Houdini blijft nu weg, al vele dagen. We zetten de hordeur niet eens meer vast met tie-wraps en ook het karton zetten we er niet meer voor.

´Ze is nu wel voldoende geschrokken´, zeg ik tegen Ahmad. ´Nu moet je echt ophouden haar bang te maken.´ Ik mis haar eigenlijk.

We krijgen geen bezoek meer ?

Leven langs de zijlijn

Zo zie ik het leven van een gepensioneerde. Een gepensioneerde hoeft niets meer. Hij/zij/genderneutraal hoeft niet meer te werken, in de regel geen kinderen meer groot te brengen en heeft elke dag een ´dolce far niente´ voor zich. Dat is fijn maar niet gemakkelijk. Hoe vul je dan je dagen in? Er wordt niets meer voor je geprogrammeerd en nu komt het aan op vindingrijkheid.

Wij vinden ons zelf behoorlijk vindingrijk met onze hobby´s en ik daarnaast met mijn bescheiden vrijwilligerswerk voor de buurvrouw.

Toen we hier aankwamen was het te warm om wat dan ook te ondernemen. Onze dagen waren gevuld met het zoeken naar telkens het koelste plekje in huis. Het enig mogelijke uitje bij zulke temperaturen is: op zoek gaan naar wind en water. Wij, niet echt gecharmeerd van het rondhangen langs de kustlijn, gingen braaf een paar keer enkele uurtjes op het strand zitten. Dat is zeker geen straf, maar het enthousiasme van mensen die speciaal het vliegtuig pakken om een week te liggen bakken begrijp ik niet goed.

gluren met zoemlens van telefoon

Gisteren gingen we wederom eventjes naar het strand. Het zag er mooi uit. Een glinsterende diepblauwe zee. Maar o jee, wat een wind. We zaten daar een kwartier en besloten gelijktijdig dat dit het niet was voor ons. Dus hup, weer met de stoeltjes en het parasolletje naar het autootje, waarachter we allebei een snel plasje deden op de zanderige parkeerplaats. Oude mensen, hè. Het probleem is bekend. Blaasjes als piepkleine waterballonnetjes.

Daarna via de Lidl weer naar huis. En dan voelen we ons voldaan dat we ons uitje weer gehad hebben en kunnen we verder rustig en ongezien ons blijven vermaken in ons dakhuisje. Plugins installeren, rummikubben, enzovoort. Ik lees wat af en ik zie ook wat af via NLZiet en Netflix.

Misschien vraagt een enkele lezer zich af waarom we nog niet op kraambezoek zijn geweest bij de jongste dochter van Ahmad. Dat is omdat de moeder volgens Spaanse veiligheidsvoorschriften eerst twee corona vaccins moet hebben gehad (die ze hier niet geven tijdens de zwangerschap). Als moeder én baby (via de moedermelk) voldoende antistoffen hebben tegen het virus, dan mag er pas bezoek komen. De enigen die de baby nog in hun armen hebben gehouden zijn de vader en de moeder van de pasgeborene. In Spanje is er ook geen kraamzorg. Normaal gesproken (in tijden waarin geen pandemie heerst) wordt de kraamzorg verricht door de oma van de baby of andere familie.

Waarschijnlijk wordt het voor ons in oktober dat we de kleine kunnen gaan bewonderen.

Toeschouwer bij ons ontbijt

Toen we vanmorgen ons broodje met koffie aten in ons keukentje dat uitkijkt op de ´ojo de patio´ werden we vanaf het dak gadegeslagen door één van de katten van Miguel. Het was een oude bekende, de knijperdief, die ons lang tijd strak bleef aankijken en aldus mij tijd genoeg gaf voor het schieten van wat foto´s.

Het lijkt wel of hij me verwijtend aankijkt. Tja, ik laat mijn knijpers niet meer rondslingeren, zodat hij ze kan stelen voor zijn baasje.

Zoals hier te zien is, heeft Miguel niet stil gezeten. Hij heeft de rand van het dak van het hele gebouw afgezet met een hekwerkje met stekels. Maar ik denk dat de katten daar met een elegante sprong overheen springen en dat het ze niet tegenhoudt om overal rond te blijven neuzen.

Dierenmishandeling

Daar zijn diverse voorbeelden van, de ene nog erger dan de andere. Maar ik wil het hier hebben over een geval vlak achter on huis hier.

Ik schreef er al eerder over. Het betreft een grote zwarte hond die zomer en winter, in hitte en koude, de hele dag alleen verblijft op een deel van een dakterras. Het dier wordt niet uitgelaten, maar doet zijn behoeften op zijn eigen kleine stukje leefruimte. Eenmaal per dag komt er een jonge vrouw met een rubber handschoen de drollen weghalen. Daarna spuit ze met een tuinslang het stukje terras schoon. Ik zag een keer dat het dier blij naar haar toe wilde lopen maar een trap kreeg van haar. Want als zij er met de spuit aan te pas komt, dan moet hij even in zijn hok blijven.

Tot mijn schrik zag ik, toen we hier net waren aangekomen, dat er nu twee in plaats van één hond verblijft op dat kleine stukje terras en dat er nu twee grote hondenhokken staan op die plek. Er hangt een kleine, knullig bevestigde lap boven de idioot kleine leefruimte van de dieren. Dit vod moet hen beschermen tegen de hete zon overdag, maar het grootste deel van de dag geeft de doek geen schaduw op hun hoekje. Dan zie je ze met een open, hijgende bek schaduw zoeken achter hun hokken. Soms lopen ze rondjes om hun hokken om toch enige beweging te hebben. Telkens als de vrouw komt om hun gevangenis schoon te spuiten of om ze een bak eten te geven, zie je ze kwispelen van blijdschap, maar nooit zie ik dat zij door haar worden aangehaald of uitgelaten.

Ik kan het niet aanzien hoe die dieren moeten leven. ´Is hier geen dierenbescherming?’ vraag ik Ahmad. Jawel, maar die zullen in zo een geval niets doen.

N.B. De foto is genomen op een voor de honden vrij gunstig moment: toen het terras net was schoon gespoten (in de avond) en de ergste hitte achter de rug was. Je ziet dat de twee hokken een groot deel van hun beperkte ruimte innemen. Overdag moet het verzengend heet zijn in die hokken, maar ook ernaast in de brandende zon ?

Ik weet dat de eigenaar van de hond geen Spanjaard is, maar een Engelse. Het is een lange vrouw met wit lang haar, die heel af en toe naar de honden komt kijken en ze dan wel even aait. Maar haar zie ik vrijwel nooit. De verzorging wordt gedaan door een schoppende kenau en dit schoppen doet zij waarschijnlijk zonder medeweten van de oudere vrouw.

Toevallig zie ik de oude vrouw vandaag lopen met een boodschappenkarretje, als ik terugloop van de tandarts. Ze loopt een klein stukje voor me en ik voel woede in me opkomen. Ik overweeg haar aan te spreken op haar behandeling van de honden. Ze loopt een beetje mank en voorovergebogen en ik haal haar in. Terwijl ik haar inhaal bedenk ik me dat ik beter mijn mond kan houden. Hoe groot is de kans dat zij haar gedrag tegenover de honden zal wijzigen op grond van mijn commentaar? Nul komma nul, denk ik. Het is een oude dame en ik neem aan dat zij zich bewust is van wat zij doet met haar honden en dat zij het kennelijk wel normaal vindt.

Thuisgekomen vertel ik Ahmad dat ik de vrouw bijna had aangesproken, maar dat ik het toch niet deed. ´Dat is verstandig,´ vindt hij. ´Ze zou waarschijnlijk na dat gesprek niet anders omgaan met haar dieren, maar alleen een hekel aan jou krijgen.´

Voorbereiding van reis naar Spanje

Dat gaat hier zoals gewoonlijk, omdat we daarin steeds meer routine krijgen door al dat heen en weer gereis. De voorbereiding bestaat uit een lijstje maken om niks te vergeten, het huis grondig te poetsen zodat het voor ongedierte niet aantrekkelijk is om het huis te kraken en afscheid nemen van dierbaren. En dat is in mijn geval een klein maar heel trouw clubje.

Het meest zenuwslopende was voor mij het invullen van een formulier in verband met COVID maatregelen. We hadden al de QR code, maar kennelijk is het niet voldoende om deze op je smartphone te tonen aan eventuele controleurs op het vliegveld. Nee, we kregen van Transavia een mail met de opdracht een formulier in te vullen en dat formulier kon je op je scherm krijgen door op een link te drukken. Het formulier bleek te zijn in vier talen (Engels, Duits, Frans en Spaans). Voor mij niet zo een probleem, maar ik weet niet of dat wel zo is voor elke reizende Nederlander. Je moest je naam, emailadres en geboortegegevens invullen en ook je paspoortnummer, het vluchtnummer en je stoelnummer. Dat betekende dus dat we eerst een stoel moesten reserveren. Als je die gegevens had ingevuld kon je drukken op ‘continue’, maar je werd daarbij wel gewaarschuwd dat je de eenmaal ingevulde gegevens niet meer kon wijzigen. Daar word ik dan al een beetje nerveus van.

Na het invullen van je gegevens kreeg je een mail met daarop een ‘form identifier’ en een ‘FCS form code’. Daar werd ik nog nerveuzer van.

Maar goed, met die codes kon je dan verder gaan met het invullen van je formulier en vervolgens werden je huisadres en het adres waar je gaat verblijven in het land van bestemming gevraagd. Ik vulde dat netjes in, maar in het adres waar wij verblijven zit de letter n met een sliertje erboven. Toen ik deze letter wilde typen met behulp van de alt en cijfer toets verdween het hele formulier van mijn scherm. En daarna kon ik er met geen mogelijkheid meer inkomen.

Toen kreeg ik een hysterische aanval. Ik dacht dat nu alles verloren was en dat ik vanwege dit rotformulier niet meer mee kon. Ik was al bang gemaakt door de waarschuwing dat je eenmaal ingevulde zaken niet meer kon wijzigen en nu dit weer. Ahmad moest eraan te pas komen om me te kalmeren. Het bleek dat je opnieuw het formulier op je scherm kon krijgen door weer die ‘form identifier’ en die ‘FCS form code’ in te vullen.

Daarna moesten we nog wachten tot 48 uur voor vertrek om het formulier verder in te vullen, maar ik wist nu hoe ik opnieuw in het formulier kon komen. Gisteravond rondden we het proces af en ik moet zeggen dat ik onder de indruk was van het document dat daarna tevoorschijn kwam en dat we moesten uitprinten. (Je moet dus kennelijk nu een pc en een printer hebben om te kunnen reizen! ?).

Op het document staat je CR code, je naam, je geboortedatum, je paspoortnummer, je vluchtnummer en de datum van de vlucht en je stoelnummer! De wonderen der techniek.

Collecteweken

Het lijkt erop dat met het einde van de schoolvakanties nu ook de collecteweken zijn begonnen. Eergisteren trof ik een jonge vrouw aan op de stoep voor een aantal supermarkten met een collectebus. Of ik iets over had voor de voedselbank. Natuurlijk had ik dat. Ik vind het al erg genoeg dat de voedselbank nodig is in een welvaartsland als het onze.

Ik heb voor mezelf de regel dat als iemand voor mijn neus staat en om geld vraagt, dat ik dan eigenlijk nooit wil weigeren. Dit komt door een ‘bijgeloof’ dat deze persoon niet zomaar op mijn levenspad komt. Iemand bedelt ook in de regel niet voor de lol om geld. Dus ik geef dan altijd wat. Een uitzondering vormen voor mij de mensen met een daklozenkrant. Zij staan vaak permanent voor dezelfde winkel te posten. En dan wil ik niet aan de gang blijven met geld geven. Het geeft me dan wel een ongemakkelijk gevoel om zo een persoon na één keer wel geld gegeven te hebben alleen maar te groeten in het voorbijgaan en niets te geven.

Bovendien heb ik in de regel geen contant geld meer bij me, net als de meeste mensen. Maar dat is tegenwoordig bij de ‘echte’ collectanten met een registratiekaartje op hun borst geen probleem meer. Je kan bij hen pinnen. En het voordeel voor de organisatie waarvoor zij collecteren is dan dat je in de regel niet een heel klein bedrag gaat pinnen. Dus dat werkt in hun voordeel.

Gisteren stond er een dit keer wat oudere dame met een collectebus. Of ik wat over had voor de ‘oudere mens’. ‘Wat doen jullie dan voor deze mensen?’ vraag ik. ‘Nou, we nemen ze mee een dagje uit of er wordt een bingo georganiseerd.’ ‘En hoe sporen jullie de ouderen die dat nodig hebben op?’ ‘Via verzorgingstehuizen en buurtcentra en dergelijke.’ Er gaat direct de gedachte door mijn hoofd dat er in de regel juist in dat soort instellingen al enige aandacht voor oudere mensen is. Ik maak me eerder zorgen om de ouderen die alleen zitten en waar niemand naar omkijkt. De ‘vergeten ouderen’ zogezegd. Ik pin vijf piek, maar ik zeg haar wel dat niet elke oudere zin heeft in groepsactiviteiten zoals een bingo of een uitje en dat sommigen misschien eerder behoefte hebben aan wat individuele aandacht. Hoe spoor je die mensen op? Jaja, dat weet de vrouw ook niet. Zij staat daar gewoon om geld op te halen.

Als ik de boodschappen daarna aflever bij mijn buurvrouw, tref ik haar huilend aan. ‘Wat is dat nou? Wat is er?’ Ze was vandaag, zoals gewoonlijk, aan het wachten op de zuster die de wond aan haar voet komt verzorgen. Maar die kwam maar niet. Toen ze belde naar het hoofdkantoor van de wijkverpleging kreeg ze te horen dat zij ‘niet was ingepland vandaag’. Dat was een foutje.

‘Hoe kunnen ze dat nu doen,’ huilt zij. ‘Ze weten dat ik al twee jaar vier keer per week opnieuw verbonden moet worden. En dan laten ze me zo vallen door een verkeerde planning. Ik ben zelf altijd zo punctueel geweest en nu moet ik ervaren dat ik voor hun gewoon maar een nummer ben. Ik denk weleens: wat doe ik nog op deze wereld.’

Zoiets breekt mijn hart. Alles is hier wegbezuinigd of ‘overgeorganiseerd’. Wat zo een fout als men vandaag maakte betekent voor een hulpeloze oudere met helse pijn aan haar voet beseft men niet. Wie kan zich in deze gejaagde wereld inleven in een oudere die al twee jaar noodgedwongen binnen zit en voor wie elke afspraak meer betekenis heeft dan voor iemand die wel mobiel is.

Uiteindelijk belde een zuster haar dat ze om 15 uur zou komen voor de wond, maar om 16.30 was zij er nog niet. In ieder geval is men opmerkzaam gemaakt dat er iemand moest komen voor die wond doordat mijn buurvouw zelf er over gebeld heeft. Wat ook herhaaldelijk gebeurt is dat de apotheek de verkeerde gaasjes en zalfjes aflevert en dat de diverse verpleegkundigen de wond op een verschillende manier verzorgen. Er is kennelijk geen duidelijk protocol. En de wond wordt nu eens kleiner en dan weer groter. Om gek van te worden! Ze gebruikt morfine voor de pijn.

Ik ga op reis in ik laat achter……

Mijn lieve kinderen en kleinkinderen. Maar ook….mijn lieve buurvrouw, voor wie ik al een paar jaar, als ik hier ben, de boodschappen haal en kleine klussen verricht

Het kost me moeite om haar achter te laten. Een dappere, hardwerkende vrouw op hoge leeftijd, die al twee jaar kampt met een een doorligwond aan een voet (na in het ziekenhuis te hebben gelegen met een gebroken heup). De wond wil maar niet dicht gaan en daarnaast heeft ze nu ook last van een zeer pijnlijke jicht in dat been.

Zij zit al twee jaar binnen en is alleen maar een paar keer naar buiten geweest met haar rollator, aanvankelijk met een fysiotherapeut en daarna een paar keer met mij. Maar nu komt dat er niet meer van, omdat zij zo een last heeft van die jicht en vanwege de wond aan haar hiel geen schoen aan kan.

Ondanks al deze ellende doet zij tot op heden nog steeds haar eigen huishouden, zo goed en kwaad als dat gaat, schuifelend door haar propere huis met haar rollator. Ook kookt zij nog voor zichzelf, maar dat gaat steeds minder goed.

Het doet me pijn om haar zo te zien. Dat ik de boodschappen zorgvuldig voor haar uitzoek en kom brengen, geeft ook gezelligheid voor haar. Ze kan steeds bijpraten met mij over haar wel en wee en omdat ik er dan toch ben, kan ik bijvoorbeeld haar balkons vegen, de plantjes water geven of we kijken even samen naar de tv.

Gelukkig krijgt ze juist vanaf deze week donderdag huishoudelijke hulp, zodat zij niet alles meer zelf hoeft te doen met gevaar voor vallen. Ook heeft ze nog contact met één zoon en zijn vrouw zal in mijn afwezigheid de boodschappen voor haar bestellen bij de bezorgservice picnic. En verder is zij gelukkig niet geheel zonder sociale contacten. Want deze Haagse kende altijd een rijk sociaal leven. Maar als je ouder wordt en dag na dag aan huis gekluisterd zit, dan neigen mensen je toch helaas te vergeten en minder tijd voor je vrij te maken.

Deze week zal ik de laatste boodschappen voor haar halen. En dan moet ik de zorg voor haar een tijd loslaten. Maar ik ga haar vanuit Spanje zeker af en toe bellen om te vragen hoe het gaat. Daarin ben ik dan weer trouwer dan in contacten met ‘vrienden uit het verleden, die mij niet nodig hebben’.

Tijd vliegt

En ikzelf blijf wie ik was, ben en zal zijn. Hoewel mijn gezicht en vel mijn leeftijd verraden, voel ik me in mijn gedachten en gevoelens nog even fris als toen ik een jaar of vier was. Dat voelt gek. Ik denk dat ik niet de enige ben die dat zo ervaart.

Door vele verhuizingen en omdat ik niet erg actief ben geweest in het onderhouden van vriendschappen, heb ik niet veel vrienden en vriendinnen die ik al lange tijd ken. Ze zijn er wel, maar ik ben niet iemand die veel moeite doet om te bellen of te schrijven om te vragen hoe het er nu mee gaat. Ik leef mijn leven en loop enige tijd een stukje met een een ander op, waarna de wegen zich weer scheiden door een verandering van omstandigheden, een verhuizing of wat dan ook. Mensen komen en gaan in je leven, althans zo is dat voor mij. Het is niet dat ik niet geïnteresseerd ben in het wel en wee van een vroegere vriend, vriendin of kennis, maar in de regel komt het er niet van om te gaan informeren. De dagen zijn zo om en dan heb ik er alweer niet gedacht om die ene nicht, die vriendin van weleer, die verre tante of die goede vriend te bellen of te schrijven. Daarin ben ik heel ontrouw.

Maar gisteren kwam het er dan toch eindelijk van. Ik reed helemaal naar Amsterdam om die vriend, die ik nu al 50 jaar ken, op te zoeken. Als ik daar dan geweest ben en ik terugkijk op een dag van koffie drinken en daarna een wandeling rond de Sloterplas, dan stemt me dat een beetje weemoedig. Waarom doe ik dat niet vaker? Ik denk terug aan de tijd dat deze vriend en ik elkaar leerden kenden als jonge mensen van 20 jaar, op de boot naar Suriname en daarna toevallig ook weer op de boot terug. En hoe leuk het was om daarna aan elkaar brieven te schrijven, een nu sinds lang in de vergetelheid geraakte gewoonte. Leuk was het steeds om zijn brieven te ontvangen en te lezen en me te verbazen hoe goed hij mij door had, zelfs op afstand. Daarna was het een tijd stil tussen ons, maar het contact werd weer opgepakt, nadat hij toevallig mijn weblog las. Misschien moet ik me meer interesseren voor meer mensen uit het verleden. Het is eigenlijk zo leuk om elkaar te zien na lange tijd.

Weer was ik in Nederland gedurende nota bene 10 maanden en weer heb ik niet de tijd genomen voor ontmoetingen met oude bekenden en de paar familieleden die ik nog heb. Trouweloos van mij ?.

Knuffelbaby op schoot

Mijn jongste zoon werkt al sinds het begin van de corona-epidemie thuis, evenals zijn partner. Dat was in het begin in het gezelschap van hun dochtertje in de kleuterleeftijd, die lange tijd ook niet naar school ging maar zich thuis moest zien te vermaken. Gelukkig is het een kind met veel fantasie, die heel goed zelf kan spelen. Daarna kwam er nog een baby bij. En nog altijd hebben beide ouders hun ‘kantoor aan huis’.

Af en toe breng ik ze een bezoek en dan sta ik iedere keer verbaasd hoe goed zij met elkaar de boel runnen. Ik heb te doen met al die ouders die beiden werken, geen opvang hebben of hadden voor hun kinderen en het maar moesten zien te redden thuis. Maar men speelt het klaar.

Sinds de oudste vakantie heeft, gaat zij een dag met haar kleine zusje naar de andere opa en oma. Dat is één van de dagen dat beide ouders een hele dag werken. De andere dag dat beiden de hele dag werken, ga ik naar hen toe en kom ik spelen met de oudste. Als het even kan ga ik dan graag met haar naar buiten, zodat zij op haar fiets de speeltuintjes in de buurt kan opzoeken en daar kan gaan schommelen.

Maar gisteren regende het de hele tijd dat ik daar was en moesten we ons binnen vermaken. We deden o.a. een spelletjes uno en legden een puzzel. Het voelde zo knus om dat te doen. Eigenlijk heb ik nooit veel gespeeld met mijn vier kinderen. Nog wel wat met de oudste, toen zij alleen was. Maar later liet ik de kinderen met elkaar spelen en hoefde ik alleen af en toe als scheidsrechter op te treden bij ruzies. Het is erg leuk om nu alsnog te spelen met een kind en mee te gaan in haar fantasie.

Ook heb ik een flinke tijd op de bank gezeten met haar kleine zusje op schoot. Toevallig was deze een beetje hangerig en voelde zij zich lekker om op schootje te zitten met een speen. Dat was geen straf. Het is een heerlijk gevoel om met zo een lieve warme bolle baby op schoot te zitten.

Toen het tijd was om naar huis te gaan, nam ik met weemoed afscheid. Volgende week is het de laatste week van de schoolvakantie en hebben beide ouders vakantie opgenomen. Ik hoef dan niet te komen spelen. En de week daarop gaan wij alweer naar Spanje.

Ik ga die kleintjes missen en ook mijn lieve kinderen. Maar Ahmad heeft ook kinderen en hij wordt binnenkort opa. Ik gun hem ook dat contact en ik zal daar zeker van meegenieten.

Ishaallah.