“The Ability of the Murshid to Teach Telepathically
Regarding the different methods the Spiritual Guide (Murshid) may use to teach the Initiate (Murid), the venerable Khwaja Muhammad Nazim says,
“Knowledge comes in two ways. One is by listening from outside and using that in directing oneself on a way. But some knowledge comes from the heart, and this is more powerful in pushing one towards his target. In other words, if a command comes from outside, the ego doesn’t take care to keep it, but when it comes from yourself, it has more effect. The ego never likes to be commanded, but if it is coming from the heart, you see it as honorable.
You may listen to so many lessons, but really you are waiting for that command to come from yourself. Correct and Divine Guidance come with the second way. The Awliya may speak, but they also send inspiration to hearts. The Murshid may teach by inspiration. Then, one thinks about the knowledge coming, “I am thinking this.” The more we are purified, the more Divine Wisdom waves can be caught by our hearts’ ears.
The Prophet taught that if Man can keep his heart pure, and worship sincerely for forty days, then he may catch Divine Wisdom in his heart and may speak wisdom, which is the essence of knowledge.”
NB Dit zijn niet mijn woorden, maar dit is een citaat, dat ik nu helaas nergens meer kan terugvinden. Mijn excuses hiervoor.
Ik ben nu 35 jaar moslim en 17 jaar en murid van sheikh Mhd Nazim Adil al Haqqani van de naqhsbandi tariqat. Nog steeds ben ik op deze weg een beginneling, nog niet eens een leerling maar een liefhebber, althans zo zie ik dat zelf. De weg is lang en om echt met een gezuiverd hart verder te kunnen leven moet je sterven alvorens te sterven. Dat wil zeggen: je moet je nafs (ego) onder je voet zien te krijgen. Zover ben ik nog lang niet.
Toch heb ik in mijn leven veel wonderen mogen meemaken, zoals ik dat zelf heb ervaren. Ik was, toen ik in 1993 uit Utrecht was weggevlucht uit een slecht huwelijk met mijn vier kinderen, alleen. Dat wil zeggen dat ik niet veel mensen in Den Haag kende, maar met degenen die ik leerde kennen kreeg ik een betekenisvolle relatie. Ik heb sinds ik moslim ben erg veel steun gehad aan mijn geloof. Het was alsof Allah altijd bij me was en me moed insprak om vol te houden. Toen ik bevrijd was van dat juk van een eerste huwelijk kwamen ander problemen boven drijven, zoals de opvoeding van mijn kinderen, die net als ik schade hadden geleden in de voorafgaande jaren. De avonden waren voor mij momenten van rust en dan was ik veel bezig met mijn geloof. Ik schreef gedichten, vol verlangen dichter bij Allah te zijn en verder weg van dunya (het wereldse), verwerpelijke emoties en denkfouten. Ik wilde werkelijk mijn hart zuiveren. Als gezelschap had ik vaak de kat, Adelante, die als hij binnenkwam na nachtelijke wandelingen direct naar boven rende en op mijn bed kwam spinnen en die ik dan heel dichtbij voelde. Hij was een kat die nooit op schoot wilde zitten, maar hij vond het heerlijk om dicht naast me te liggen of te zitten en dat vond ik ook fijn. Het was alsof dat brommende lijf van hem mij steun en warmte gaf. Hoe vromer mijn gedachten waren, hoe dichter hij bij me kroop. Daarom gaf ik hem later de bijnaam “soefipoes” (het was overigens een gecastreerde kater).
Toen ik mijn jongste zoon A. liet besnijden ontmoette ik in het ziekenhuis een jong echtpaar dat ook één van hun zoontjes liet besnijden. De man zag er uit als een soort Aladdin, met een wijde broek en een tulband. Als een sprookjesachtige ayatollah zou je kunnen zeggen. Maar hij sprak helemaal niet als een ayatollah maar juist heel relaxed en open. Zijn vrouw (die voor mij een vriendin zou blijven tot op heden) was ook traditioneel gekleed en samen zagen zij er prachtig uit. Ikzelf was toen Europees gekleed, maar dat scheen hen niets uit te maken. Er ontstond een vriendschap. Zij waren murid (leerling) van sheikh Nazim.
In het begin begreep ik niet zo goed de noodzaak van het leerling zijn van een sheikh. Ik had immers juist de islam gekozen omdat het een godsdienst is zonder “tussenpersonen”, maar waarbij het gaat om het directe contact van de de mens tot zijn Schepper. Ook het feit dat je zelf verantwoordelijk bent voor je daden en dat het leven een test is sprak me aan. Waarvoor had je dan een sheikh nodig? Ik begreep dat niet en het kwam op mij over als dwepen met een ander mens.
Toch was ik onder de indruk toen ik de ogen van sheikh Nazim zag op een foto die zij in hun huis aan de wand hadden hangen. Ik zag heel veel wijsheid en liefde in die ogen. Maar ik bleef me afzijdig houden van waar zij mee bezig waren en ging door met met het geloof op mijn eigen individualistische manier, zoals ik dat al jaren gewend was.
Toen ik in de nacht van oud naar nieuw in begin 1996 op uitnodiging van dit echtpaar een zikr meemaakte in Ridderkerk was ik ‘om’. Ik kon er niet meer omheen dat mijn hart geraakt was en ik deed direct ‘bayat . Dat is een soort eed die je aflegt en eigenlijk steeds opnieuw weer kan afleggen, de belofte dat je de sheikh als je murhid (leraar) aanneemt en dat je vanaf nu zijn murid (leerling) bent. Het pad naar Allah is een doolhof met overal gevaren die op de loer liggen. Je hebt een leermeester nodig om je de weg te wijzen. Godsdienst is advies. Naast advies door middel van woorden heeft de sheikh ook het vermogen om direct inspiratie te geven in je hart. Als je ver van de sheikh bent in kilometers kun je toch contact met je sheikh zoeken via ‘rabita sharifa’ door met hele je hart nabijheid van je sheikh te vragen en hulp. Dat zijn de wonderen van Allah door transmissie van de profeet vzmh en je sheikh.
Toen ik eenmaal murid was besteedde ik alle centjes die ik over had om te reizen en op plekken te komen waar mijn sheikh was. Ik wilde hem zo vaak mogelijk ontmoeten. Dat kwam er in de eerste jaren op neer dat ik hem tijdens de ramadan opzocht in Duitsland of Engeland. In zijn jongere jaren placht hij namelijk te reizen en altijd ging hij tijdens de ramadan een tijd naar Engeland en naar Duitsland. In Engeland was een klooster omgebouwd tot een plaats van aanbieding voor sufi’s en in Duitsland was een herberg omgebouwd tot een Osmaanse herberg en eveneens plaats van aanbidding voor sufi’s. Murids van overal ter wereld kwamen daar samen om hun sheikh te ontmoeten. De voertaal was in de regel Engels. Sheikh Nazim gaf zijn sohbets. gesproken advies voor de leerlingen, in het Engels. Steeds als hij sprak had elke murid (van de honderden die toehoorden) het idee dat hij/zij iets hoorde dat speciaal voor hem/haar bestemd was. Dat was het bijzondere van deze lezingen, vol met advies en inspiratie. Alle keren dat ik ging werd mijn spirituele batterij opgeladen en nooit kwam ik met lege handen thuis.
In latere jaren reisde sheikh Nazim niet meer, maar bleef hij in zijn huis in Larnaca (in Cyprus). Toen werd het de gewoonte dat murids hem daar opzochten, ook weer van overal ter wereld. Het hele jaar door ging er geen dag voorbij zonder dat het huis en de moskee en een aantal gastverblijven, gerund door broeders en zusters aldaar vol waren met murids die daar voor korte of langere tijd verbleven. Velen kwamen om hun persoonlijke problemen voor te leggen aan de sheikh en advies te vragen, anderen vroegen om genezing van een ziekte voor zichzelf of een dierbare. Hoewel ik een paar keer met hem van aangezicht tot aangezicht heb gestaan heb ik dat zelf nooit gedaan. Wel heb ik dingen gevraagd voor anderen en namens anderen die thuis bleven. Ikzelf wilde alleen maar van hem leren en horen wat hij zei en zien hoe hij zich gedroeg.
Meestal gebeurde er echter altijd wel iets waardoor ik het gevoel kreeg dat ik toch antwoord kreeg op een dringende vraag die ik had. Sheikh praat namelijk niet altijd letterlijk tegen je en dat hoeft ook niet. Soms krijg je het antwoord ineens uit de mond van een andere murid of door het meemaken van een bepaalde gebeurtenis, of door telepathie omdat je ineens een inspiratie krijgt die uit je hart lijkt te komen. Het gaat er namelijk niet om wie degene is die spreekt, maar om Wie iemand doet spreken.
Sheikh trok zich steeds meer terug. Aanvankelijk had hij eerst nog een soort spreekuur, waarbij hij mensen ontving die even tijd kregen om hun dingen te vragen. Vaak kwam dit neer op veel geklaag en ik bewonder het geduld van mijn geliefde sheikh. Nooit heb ik hem geïrriteerd gezien tegenover zijn murids. Iedereen was voor hem welkom en voor iedereen had hij een woord of en knikje. Murids verdrongen zich om zijn hand te kussen. Hij liet het allemaal gebeuren. Nu, de laatste tijd is dat niet meer zo. Hij is inmiddels 91 jaar en hij beperkt zich tot het geven van sohbets vanuit zijn eenvoudige kamer in Larnaca, waar hij vooral omringd is door familie en enkele mensen die al jaren zeer dicht bij hem betrokken zijn. De sohbets worden opgenomen op video, ondertiteld in verschillende talen en uitgezonden. Wie maar interesse heeft kan kijken en luisteren. http://saltanat.org/broadcast.php Wat een zegen van de techniek!
De één na laatste keer dat ik naar Cyprus ging was ik in het gezelschap van twee andere murids, twee vrouwen. Het was weer een mooie reis, waarbij ik veel meemaakte en leerde. Het was alleen opvallend dat sheikh Nazim mij totaal negeerde. Althans dat leek zo. Geen asalamu aleikum.
Behalve één keer. Het was tijd voor het magrib-gebed (het gebed bij zonsondergang dat in de regel op tijd gebeden dient te worden. De sheikh had de gewoonte om het namiddaggebed (asr) en het magribgebed te bidden als imam met de vrouwen. Maar hij was er niet, dus iedereen was op hem aan het wachten. Het was al donker toen hij binnenkwam. Mijn vriendin S. nam zijn arm en leidde hem naar voren. Andere vrouwen waren ijverig bidkleden aan het neerleggen op de open buitenruimte waar gebeden werd. Ineens keek hij opzij, recht in mijn ogen. Ik keek terug en het enige dat door me heen ging was dat ik dacht dat hij mij wel lui zou vinden omdat ik niets deed. Ik stond daar maar. Hij bleef kijken alsof hij verbaasd was over iets, maar hij zei niets en ik voelde me heel ongemakkelijk. Het was alsof hij dwars door me heen keek en ik wist niet wat hij zag. Ik dacht dat het wel weinig moois zou zijn.
Verder kreeg ik geen gelegenheid meer om dichtbij hem te komen. De avond voordat we weg zouden gaan zag ik hem boos op één van de mensen die altijd naast hem liep en altijd de rol op zich nam mensen op afstand te houden, opdat ze sheikh niet te veel voor de voeten liepen, wat overigens geen goede adab (manier van omgaan) is. Maar mensen gedragen zich in de buurt van de sheikh nu eenmaal vaak als kinderen, elkaar verdringend om zijn aandacht.
Ik stond even naast hem en prevelde: Asalamu aleikum and thank you for your hospitality. Hij reageerde daar niet op.
Toen ik thuis kwam wilde ik mijn foto weghalen van de moslimsite waar ik me had aangemeld als manzoekend. Ik schaamde me ineens dat ik me daarvoor had aangemeld. Toen ik dat wilde doen stuitte ik op het bericht van Ahmad, die mij graag beter wilde leren kennen. Daarna ontstond de drukke emailwisseling met Ahmad.
In de naqhbandi tariqat is het goed om toestemming of zegen te vragen aan je sheikh bij het doen van nika, bij scheiding, bij het maken van een grote reis of als je hem wilt bezoeken. Ik had toestemming gevraagd via een bevriende imam, die sheikh beter ‘kende’ dan ik. Via via kreeg ik een sms: dat sheikh Nazim aan Ahmad en mij zijn zegen gaf voor nika als wij het onderling eens waren. Die sms kwam op een heel cruciaal moment, dat zowel voor Ahmad als mij heel betekenisvol was.
Daarna ben ik nog een keer met Ahmad naar Cyprus geweest en dat was de laatste keer. Ahmad is nu ook murid. Toen ik sheikh Nazim nog nooit gezien had droomde ik van hem en in die droom zag ik ook zijn leermeester, sheikh Abdullah ad Dagestani. Ik heb een paar ervaringen gehad die spiritueel en telephatisch genoemd kunnen worden. Ik zag de moskee van sheikh Nazim in Londen, die ik nooit eerder gezien had, in een droom. Nu heb ik dit soort ervaringen niet meer. De awliya (soefiheiligen) zeggen: wonderen zijn als ‘menstruatie’ voor heiligen, iets onbelangrijks dat ze alleen laten gebeuren als het nodig is, maar niet onnodig tentoonstellen. En de wereld is een ‘karkas’.
Sheikh Nazim staat al met twee benen in akhira (het leven na de dood). Dat hij nog sohbets geeft is omdat hij van zijn murids houdt en omdat hij de wereld wil waarschuwen en van advies voorzien. Zijn hele leven heeft hij in dienst gesteld van Allah swta.