El cambio del tiempo

Het weer is aan het veranderen. De aarde warmt op. Maar het lijkt wel of dit niet evenredig verdeeld gebeurt. Hadden we eerst al de enorme regenval in Andalusië, op zich geen nieuw verschijnsel, nu zie ik dat het hier vaak warmer is, met name in de ochtend en nacht, dan in Sevilla en Malaga.
Maar op Tenerife is het vrijwel altijd warm, niet te heet en niet te koud, dacht ik tot nu toe. Maar dat blijkt nu ook niet meer zo te zijn.
In Puerto de la Cruz is het totaal ander weer dan wij nog geen 6 weken geleden daar hadden. 
Wij zagen de berg Teide zo:

Het was de dag van onze excursie daarheen uitzonderlijk heet voor de tijd van het jaar, aldus onze gids. En nu ziet de berg er zo uit:

In een tredmolen

Iedereen kent wel de proeven met ratten in een labyrint en de proeven waarbij ratten bijvoorbeeld beloond worden door met hun pootje op een hendel te drukken. Gebleken is dat ze dat vaker gaan doen als je ze af en toe daarvoor beloont, maar niet altijd. Afwisselend wel en niet belonen werkt beter dan een constante beloning. Soms heb ik het idee dat mensen nu, zonder het te beseffen, zich bevinden in dezelfde situatie als deze laboratoriumratten. Ze blijven maar rennen in een soort tredmolen, zonder het besef van het waartoe en waarom. Vanwaar deze sombere kijk op de mens van nu?
Vroegah…..ja…..vroegah…..zag ik, als ik uit school kwam, mijn moeder lekker in een tuinstoel zitten met haar benen omhoog. Zij hoefde niet te werken. Zij had nog geen wasmachine en geen tv. Ze deed haar was in een soort tobbe met een wasbord en haalde deze dan door een wringer.
Gaandeweg kwamen er meer huishoudelijke apparaten en de belofte van de fabrikant daarbij was dat deze veel handwerk zouden wegnemen. Aldus zou meer tijd overblijven voor andere, leukere en/ of belangrijkere dingen. Ook de tv deed zijn intrede in de huiskamers. Niet langer zaten gezinnen een paar uurtjes per week via de radio te luisteren naar de afleveringen van het hoorspel ‘de familie Doorsnee’ en ‘Paulus de boskabouter’. Glazig werd voortaan gestaard naar de twee kanalen die de tv toen bood. Het was het begin van een enorme technologische ontwikkeling die in steeds sneller tempo voortschreed.
De computer deed zijn intrede in de tachtiger jaren van de vorige eeuw. Het waren in het begin enorme machines, aangestuurd door ponskaarten. Enfin de rest weet iedereen en kan ook aangevuld worden door de jongeren onder ons,
We zijn terecht gekomen in een tijdperk met overwegend digitaal verkeer. Via media kan je alles opzoeken en dat heeft zijn verdienste. Dikke encyclopedieën zijn overbodig geworden. Google en andere browsers kunnen mensen nu onderwijzen in alles wat ze maar willen weten. Geweldig is dat. Maar elke informatie is verpakt in een meestal onzichtbaar sausje dat propaganda heet. Zonder het te beseffen worden mensen als ratten voortgestuwd in een molen, aangedreven door hun eigen motor van productie en consumptie.
De jonge echtparen van nu moeten meestal beiden werken, of ze dat nu willen of niet. Het leven dat mensen willen leiden, geïnspireerd door alle (sluik)reclame om hen heen, is zo duur geworden dat man en vrouw zich het schompes moeten werken om aan alle ‘eisen van deze tijd’ te voldoen. Je moet óf een huis huren voor een enorm bedrag ófwel je koopt een huis tegen een enorme hypotheek. Vervolgens lig je krom om deze huur/ hypotheek te betalen, Dan moet je dat huis nog inrichten. Hoe dat moet is te zien in de talrijke programma’s daarover op tv, op instagram en printerest. Wijk vooral niet af van de norm! Vervolgens moet je uiteraard in een auto rijden die jou net dat extra stijlvolle geeft en qua kleding moet je niet in oude vodden lopen maar op zijn minst volgens de laatste mode. En vergeet je make up niet en alle crèmes om er goed uit te blijven zien. Je haar moet geverfd zijn bij een dure kapper en als je oud wordt, dan moet je onmiddellijk die lelijke stress-frons laten weg botoxen. Een vakantie naar een Europees land is al lang niet meer ‘ín’. Hoe verder je bestemming, hoe beter. Daar werk je tenslotte het hele jaar voor. Uitgeput vallen man en vrouw ’s avonds in bed en ze komen niet meer toe aan een ouderwets nummertje vrijen.
Wat een hondenleven. Wie is toch de gemenerik die al die mensen als slaven voortdrijft?

Kleuren zien

Ik kom er nu achter dat ik sinds jaren alles heb gezien door een geel filter, Mijn linkeroog (met contactlens -4.50 ofzo) ziet nu nog bijna even scherp als het geopereerde rechteroog zonder lens. Maar het grote verschil zit hem in het waarnemen van kleuren.
De vitrage die met het linkeroog nog romig geel ziet, is met het rechteroog helder wit. Donkerblauw is met het linkeroog navy blue, maar met het rechteroog helderblauw. Een schemerige lucht zie ik met het linkeroog als valig grijs, maar met het rechteroog zie ik zelfs in het schemerduister nog een violetachtig licht in de donker wordende lucht. Alles heeft meer blauw, op het violette af..
Als ik me realiseer dat de drie hoofdkleuren, waaruit alle kleuren zijn afgeleid geel, rood en blauw zijn, dan kan ik nu merken dat lange tijd het blauw bij mij ondervertegenwoordigd was. Gisteren deed het nieuwe, wat schelle licht bijna pijn in mijn ogen. Sinds vandaag ben ik reuze blij met de nieuwe kleuren die ik nu kan zien.
En dan te bedenken dat veel oude mensen de staaroperatie onnodig uitstellen of helemaal niet laten doen uit angst voor de ingreep. Ik vind dat erg jammer. Want deze geweldige techniek laat mensen de wereld opnieuw zien in een heel ander licht. Om nog maar niet te spreken van het heldere zicht in de verte dat deze operatie kan opleveren.
Ik kijk vol verwachting uit naar de operatie aan mijn andere oog, die op zijn vroegst over 6 weken zal plaatsvinden. Dan wordt hopelijk alles helder voor me.

Hoe het ging

Het ging, hoor. Dat in ieder geval. Ruim voor de afgesproken tijd kwam ik aan bij de opnameafdeling van het ziekenhuis. Ik werd verwezen naar een kamer, waar in het schemerduister een flink aantal mensen zat te wachten. Nu ben ik dat inmiddels gewend bij oogheelkunde. Dus het verraste me niet dat ik niet de enige was voor de operatie. Ook aan de schaarse verlichting die gangbaar is in wachtkamers van oogheelkunde ben ik inmiddels gewend. Dat is omdat veel mensen met oogziekten niet tegen fel licht kunnen. In de hoek stond wel een rijkelijk verlichte kerstboom. ‘Goedemiddag,’zei ik bij binnenkomst. ‘Gezellig is het hier.’
Ik ben niet iemand die graag zwijgend in een wachtkamer zit als ik geen boekje kan lezen. Dus al gauw had ik de hele meute aan het praten en aan het grappen en grollen. Er kwamen ook minder leuke ervaringen aan bod. Een vrouw vertelde dat zij na een staaroperatie nog steeds geen goed zicht had. Zij bleek nog een afwijking op haar hoornvlies te hebben die de dokter niet eerder had opgemerkt. Omdat zij deze laat hebben ontdekt is zij nu aan dat oog vrijwel blind. Van zo een verhaal word je niet vrolijk.
De man die naast mij zat was zo nerveus dat hij door de dokter onverrichter zake werd teruggebracht. Hij was al tijdens het indruppelen van de narcose in het oog onwel geworden en had overgegeven. Hij moet op een later tijdstip terugkomen voor de operatie onder algehele narcose. Ik had erg met hem te doen en ook met zijn broer die hem vergezelde.
Ik was de enige die alleen gekomen was. Iedereen was met zijn partner of een ander familielid.
‘Hoe gaat u straks naar huis?’ vraagt de zuster die een soort intake doet. ‘Met de fiets.’ ‘Dat mag niet,’ zegt zij. Want je krijgt een kapje op het geopereerde oog en met één oog kun je geen diepte zien en is dat levensgevaarlijk. Ik beloof naast mijn fiets te gaan lopen.
De operatie valt enorm mee. De dokter die de plaatselijke narcose doet is een Irakese Koerd. Een aardige jongen. Dr. Kuiper is een aardige vrouw, die ik al in de lift heb ontmoet. Al opererende vertelt ze mij precies wat ze doet. Daar houd ik van. Bovendien houdt ze ook van een grap.
Opgelucht ga ik naar huis. Ik besluit vrijwel meteen toch op de fiets te stappen. Met één oog heb je inderdaad veel minder zicht. Maar ik ben heel voorzichtig en gelukkig kom ik heel thuis.
Daar begin ik me wat zwakjes te voelen en ook mijn oog brandt, als de verdoving is uitgewerkt. Ik ben nu eenmaal een mens met een lage pijngrens. Ik voel de kleinste verandering in mijn lichaam. Had ook altijd direct in de gaten dat ik zwanger was.
Vanmorgen moest ik om 8.30 in het ziekenhuis zijn voor het verwijderen van het kapje. Ik was dat bijna vergeten. Sprong dus weer op de fiets, nadat ik alleen maar gedoucht had, om toch op tijd te zijn. Dat vond ik wel wat enger. Fietsen met één oog in het donker. Maar gelukkig is dat ook goed afgelopen.
In de wachtkamer begroetten de mensen van gisteren elkaar als ‘oude vrienden’. Van het echtpaar naast mij is de man al aan het tweede oog geopereerd. Hij heeft nergens last van gehad. Lucky fellow.
Mijn zicht is nog niet 100 %. De dokter heeft me verzekerd dat dit normaal is. Sommigen zien direct alles helder en bij anderen duurt dit even. Pas na een maand wordt de sterkte van het oog gemeten. Alles zag er goed uit. Mijn hoornvlies is wat verdikt, maar dat gaat bijtrekken. Lens zit goed, oogdruk goed. Blij fiets ik weer naar huis, nu met het zicht van twee ogen. Eén met contactlens en één zonder. Maar ik voel me wel anders dan anders. Wat zwakker en beveriger. Rustig aan, is ook het advies van de dokter. Niet zwaar tillen en niet sporten met gewichten. Mijn lichaam voelt dat ook. Ik dank God voor deze gevoelige body. En voor de wetenschap die mensen nu kan voorzien van nieuwe ooglenzen, zodat ze niet blind worden van staar.

El mundo es mobile

Gisteren zou ik gebeld worden door de medewerker van DAS die mijn juridische belangen behartigt na het elleboogongeluk. Ik had al van tevoren een mail gekregen met een officiële brief als aanhangsel om aan te kondigen dat meneer de meester me zou bellen om 14.00 uur. Er is niet gebeld. Niet om twee uur, niet gedurende de rest van de middag en niet vandaag. Ik ben er inmiddels aan gewend, want dit is de tweede keer dat deze meneer me dat flikt. Ik houd het maar op de ongelooflijke werkdruk die kennelijk ook bij DAS heerst. Al die ongelukken die appende mensen veroorzaken in het verkeer tegenwoordig geven natuurlijk handen vol werk.
Vandaag zou ik gebeld worden door het ziekenhuis om het tijdstip van mijn operatie door te geven. Men zou mij  bellen op een tijdstip tussen 11.00 uur en 14.00 uur.
Om dit telefoontje voor te zijn besluit ik vroeg boodschappen te gaan doen. Voor de zekerheid neem ik toch mijn telefoon maar mee. Je weet nooit. Soms wordt er niet gebeld, soms te laat, maar het zou ook wel eens te vroeg kunnen zijn. Niets kan mij nog verrassen!
Ik sta in het kruitvat  te zoeken naar benodigdheden en dan hoor ik ineens het bekende deuntje van mijn telefono. Het is een anoniem nummer en dan weet ik het al. Dat moet het ziekenhuis zijn. Het is nog geen 10.00 uur.
Ik zeg dan ook tegen de dame die belt dat zij wat vroeger is dan ik had gedacht en dan de afspraak was. Ik heb helemaal gelijk, geeft zij toe, maar de reden dat zij zo vroeg belt is…..
Dr Busch heeft besloten het hele jaar niet meer te opereren wegens privé omstandigheden. ‘Karamba, ‘denk ik stilletjes, ‘Daar gaat de operatie waarop ik me zo verheugd heb.’ Maar ze is gelukkig nog niet uitgesproken. Als ik wil dat het dit jaar nog gebeurt, dan kan het gedaan worden door dr. Kuiper, en wel vandaag nog om 12 uur. Wil ik dat? Ja, dat wil ik!. Het geeft niet dat ik gisteren geen druppels in mijn oog heb gedaan zoals dat eigenlijk had gemoeten een dag voor de operatie. Daarvoor hebben zij een oplossing. De vrouw komt sympathiek en betrouwbaar over. Ik moet me om 12 uur melden op de eerste etage, opnameafdeling. I will, I will! Ik zie inmiddels zo verschrikkelijk slecht, vooral bij het donkere en nevelige weer van vandaag, zelfs met lenzen in beide ogen! Ik verheug me op een nieuw rechteroog.
Dus deze flexibele oma springt straks op de fiets. Eerst de smurrie van mijn ogen halen (kohl en mascara) en dan een lens uit doen en de andere houd ik in.
‘Zal ik meegaan?’ vraagt Ahmad, die lekker bezig is zijn nieuwe, pas gebouwde schuurtje in te richten met de spullen uit de oude schuurtjes die nu gaan worden afgebroken. ‘Nee, dat hoeft niet. Maar misschien kan je vandaag wel het eten koken.’
Wil ik nog koffie drinken voordat ik ga? Nee, ik ben al genoeg hyperdepiep en een beetje nerveuzig. Als ik zeg dat ik helemaal niet bang ben voor deze kleine ingreep die toch wel mijn oog betreft, dan lieg ik.

Drie grote kunstenaars

Gisteren hoorde ik over de dood van Peter van Straaten, met wie een groot tekenaar verloren gegaan is. Het bijzondere van hem was, zo hoorde en las ik, dat hij alle tekeningen uit zijn hoofd maakte en nooit naar een voorbeeld of foto. Dat is de ware kunst. Zelfs kon hij straten tekenen uit zijn kindertijd, zuiver vanuit zijn geheugen. Iets natekenen kon hij juist niet. Dat is voor amateurs, zoals ik. Naast dit enorme talent en zijn gevoel voor humor en opmerkzaamheid wat betreft het leven van alledag, had hij ook nog eens een grote kennis van heel veel zaken, zoals de natuur. Een bijzonder mens.
Eergisteren namen we afscheid van Joop Braakhekke, culinair virtuoos en levenskunstenaar. Naast een enorm talent voor heerlijk koken had hij kennelijk ook een enorme gastvrijheid in zijn repertoire en dat maakte hem geliefd bij een groot publiek. Ik als arme drommel en niet-restaurantbezoeker hoor daar niet bij, maar ik kan me indenken welk een leegte zo een gezellige en markante persoonlijkheid kan achterlaten
Vandaag zette ik weer eens zomaar de tv aan, omdat ik mijn nagels net had ingesmeerd met henna en dat moest even intrekken. Tot mijn verrassing kwam ik terecht in een mooie documentaire over het leven van de bijzondere fotograaf/ kunstenaar Erwin Blumenfeld. De manier waarop hij vrouwen wist te fotograferen, o.a. voor het blad Vogue in de jaren 50 van de vorige eeuw is fenomenaal. Hij deed dat met een ouderwetse camera en ontwikkelde zijn foto’s in een donkere kamer. Geen gefotoshopte shit, maar pure kunst. Hij wist het innerlijk van vrouwen bloot te leggen door middel van bijzonder mooi gecomponeerde opnames. Ik was diep onder de indruk. Deze man is al lang overleden, heeft zelf een einde aan zijn leven gemaakt op 71-jarige leeftijd. Maar wat een gedreven kunstenaar was hij! En ook een womanizer helaas, maar wel een eerlijke.
Voor de geïnteresseerde: belijk deze documentaire als je hem nog niet zag. Het kan nog tot 17 december 2016.
doc Erwin Blumenfeld

Losing my religion? (2)

Nee, dat nog niet. Ik geloof in een opperwezen of liever in een door mij niet begrepen Hogere Entiteit. Dat doe ik al vanaf mijn kinderjaren.
Ooit ben ik moslim geworden. Dat was in de 70er jaren, toen er in Nederland nog weinig bekend was over de islam. Ik was al lang gelovig en kon dat gevoel in geen enkele religie terugvinden.Tot ik een keer de Koran helemaal uitlas in de Engelse vertaling van Marmaduke Pickthall. Ik was diep ontroerd en geheel overtuigd van het waarheidsgehalte van dit heilige boek. Ik zag de islam toen met frisse ogen, kende geen moslims, maar zag waarschijnlijk deze religie zoals deze bedoeld is in zijn oorsprong, in de tijd van Mohamed en zijn metgezellen. Ik werd zo geraakt dat ik mij direct wilde bekeren. Ik dacht ook dat als ik met deze boodschap bij anderen zou komen die nog niet bekend waren met deze in mijn ogen mooie religie, dat die dan ook direct enthousiast zouden raken. Maar dat bleek verre van waar en ik besloot na enige tijd mijn mond maar te houden. Ik beleefde lange tijd mijn geloof individueel, zonder het nog te delen met wie dan ook, hooguit mijn kinderen. Ik trakteerde hen op verhalen over de islam, veelal via vertellingen uit het soefisme, waarin het vooral ging om levenslessen. Ik maakte ook een handleiding voor elk van hen van hoe te bidden in het Arabisch, getypt op een A4 met daarbij de beweging en al erbij getekend. Ik vond er laatst nog één tussen mijn papieren. Mocht de nood ooit aan de man zijn, dan konden ze eventueel bidden, was mijn idee erachter. Spontaan kennen zij tot op heden enkele verzen van het gebed uit hun hoofd, door mij in hun kinderjaren waarschijnlijk vaak herhaald. De islam van mijn kinderen beperkt zich tot het mij groeten met asalamu aleikum (als dat zo uit komt), maar verder merkt je aan hun weinig of niets van wat zij geloven. Ik heb hen nooit gedwongen tot religieuze handelingen.
En hoe zit dat nu met mij? Wat is er gebeurd met mijn geloof?
Ik geloof nog steeds wel in een opperwezen dat ik Allah noem, omdat ik dat ooit beloofd heb en ik ben trouw, Ik zie nog steeds, zoals in mijn kinderjaren dat er kosmische verbanden en wetten zijn die ik niet zomaar kan afdoen als toeval. Ik houd me aan de 5 pilaren van de islam, omdat ik ooit, nu alweer 38 jaar geleden, mij bekeerd heb tot de islam en de 5 pilaren zijn voor mij het enige van de islam dat onomstotelijk vaststaat en behoort de verplichtingen van een moslim.

  1. de Shahada (geloofsbelijdenis)
  2. het gebed (5x per dag)
  3. de vasten tijdens de maand Ramadan
  4. de Zakat (het geven van een deel van je inkomen aan minder bedeelden.
  5. de Hadj (bedevaart naar Mecca), die ik al heb gedaan in 1999.

Verder bemoei ik me met niemand die moslim is, noch christen, noch hindoe, jood of boeddhist.
Mijn kijk op zowel de islam zoals die door mensen beleden wordt als op andere geloven heeft inmiddels door de jaren heen een knauw gekregen. Ik houd me het  liefst verre van mensen die heel erg overtuigd zijn van het gelijk van ‘hun geloof’. Ik zie de onverdraagzaamheid in hun ogen en het ongeloof als ze kijken naar mensen van andere gezindten die ze dan vaak zien als ‘aanhangers’ van een ander geloof, dat het natuurlijk helemaal bij het verkeerd eind heeft.
Ik zie hoe er met twee maten wordt gemeten en dat nu vooral moslims de gebeten hond zijn. Zij moeten zich overal verdedigen wat betreft het geloof dat zij ‘aanhangen’, alsof zij verantwoordelijk zijn voor wat sommigen uit naam van hun geloof uitvreten. Intussen wordt minder gerept over onmenselijkheden die plaatsvinden uit naam van andere ideologieën. Ik zie dat moslims zich rebelser gaan gedragen en zich meer willen profileren door kleding en baarden, alsof zij daarmee een statement willen maken naar de ‘heidense maatschappij’ waarvan zijzelf deel uit maken en waarvan zij ook profiteren. Ik zie zoveel onoprechtheid, links, rechts en in het midden.
Ik ben nu bijna 40 jaar moslim en zal het ook wel blijven, want eens beloofd blijft voor mij beloofd. Maar als ik nu jong zou zijn en hetzelfde gevoel zou hebben aangaande kosmische wetten en een Hogere Intelligentie die er moet zijn, dan zou ik, denk ik, niet kiezen voor de islam als ‘jasje om mijn godsbesef in te kleden’. Ik zou me misschien verre houden van alle geloven en, net als mijn moeder, zeggen: ‘Doe maar gewoon. Het gaat er toch om dat je je best doet en goed leeft naar je geweten.’
Al die discussies over geloof en politiek hebben geen nut en versluieren alleen maar waar het om gaat: eerlijk alles willen delen en je broeder en zuster gunnen wat jij ook jezelf gunt. En liefhebben.

ik houd van Den Haag

Als ik mag kiezen waar ik wil zijn op deze wereld, dan zeg ik toch: ‘geef mij maar Den Haag’. En het weer dan? Dat is toch veel beter op zoveel andere plekken op de aarde? Welnee. Ik was op veel plekken op deze wereld. In tropische landen en in subtropische landen en in diverse Noord Europese landen. Als het altijd warm is tot heet en er is vrijwel elke dag zon, dan snak je naar een beetje frisheid. Is het vrijwel altijd koud en nat, zoals in sommige landen, dan snak je naar wat zonlicht. Het mooiste is toch wel een wisseling der seizoenen met elk hun eigen lichtval.
Kerstmis in Spanje, dat is voor mij drie keer niks. Overal lelijke overwegend rode spandoeken met Maria en het kindeke aan de balkons en verder …..geen donkere avonden met mysterieuze kerstverlichting. Het is er gewoon te licht voor kerstmis. En dat is helemaal zo in een tropisch land. Kerstmis vieren onder een brandende zon, Dat kan toch niet!
En wat dacht je ervan dat ons land lekker vlak is. Je kunt hier overal met de fiets naartoe. Als je de tijd hebt, hun je zelfs heel Nederland befietsen. Nergens steile hellingen en bijna overal fietspaden. Kom daar maar eens om in Spanje. Daar is het klauteren geblazen of je moet met je auto overal naartoe, met gevaar voor je leven tussen wegpiraten en rijdend over slecht belijnde wegen en onoverzichtelijke rotondes en kruispunten.
O o Den Haag, mooie stad achter de duinen, ik houd van jou. 

Niet allemaal robots

Vandaag had ik minder maar nog wel steeds het gevoel dat we in een maatschappij leven waarin mensen steeds meer op robots gaan lijken. En dat is niet omdat mensen dat graag willen, denk ik, maar omdat we min of meer allemaal in een soort eenheids-keurslijf gepropt worden van protocollen en regels. Het internet en de smartphone geven gemak, maar ook afstand. Je kan je hele leven regelen via internet. Mijn ziggo, mijn overheid, mijn belastingen, enz. Maar het geeft ook ongemak als je even de weg kwijt bent in dit hele doolhof van regels en nummers. Vooral als je je inloggegevens kwijt bent, want op hoeveel plaatsen moet je niet inloggen. Van al je wachtwoorden dien je ook een hele administratie bij te houden.
Vandaag belde ik weer naar Ziggo. Om een smartcard te activeren en een andere bij te werken. Dit keer hoefde ik geen postcode en huisnummer in te toetsen, maar ik werd wel verwezen van een callcentermedewerker naar een andere. En vervolgens naar weer een andere. Op een gegeven moment stond ik in totaal al 20 minuten in de wacht naar muzak te luisteren. Ik kreeg aandrang om mijn abonnement bij Ziggo helemaal op te zeggen. Op een goed moment werd ik gebeld door een anoniem nummer, terwijl ik nog in de wacht stond. Ik nam op. ”Dat gaat niet goed, hè,’ hoor ik een aardige mannenstem zeggen. ‘U spreekt met ….van Ziggo. U werd naar mij doorverbonden, maar ik hoorde niets aan de andere kant van de lijn. Ik zag wel uw 06 nummer staan. Dus ik dacht ik bel maar even zelf,’
Krijg nou wat. Zoveel onverwachte service ineens! Iemand belt uit zichzelf naar mij terug. Hij had ook kunnen denken: laat maar gaan.
Het was een heel aardige vent, vol humor. Slim ook. Hij activeerde voor mij twee smartkaarten, één met een 581 fout (waarvoor Ziggo n.b. een monteur wilde sturen naar mij die woensdag zou komen, maar die niets zou kunnen doen, omdat het probleem helemaal niet technisch was!) en hij werkte een andere smartcard bij (E30 fout). Intussen ginnegapten we wat af en het gesprek nam een heel leuke wending. Niet alleen bleek hij meer verstand te hebben van de de materie dan de gemiddelde medewerker, maar hij was ook nog eens heel aardig en menselijk. Een opluchting na de vorige callcenterervaringen.
‘Werk je niet wat onder je niveau?’ vroeg ik, toen hij me ook nog trakteerde op een filosofische bespiegeling over het leven. ‘Ik doe dit er alleen maar bij voor het betalen van mijn vaste lasten,’ liet hij me weten. Verder houdt hij zich bezig met het maken van muziek en schrijven. Natuurlijk! Een creatieveling, what else.
Hij kijkt zelf al jaren geen tv meer 😉
Ik heb overigens tot aan vandaag ook nog geen tv gekeken. Maar er kunnen nu drie tv’s bekeken worden in mijn huis. Allemaal met humaxbox en smartcard., Gelegenheid volop dus.