Lichamelijke gesteldheid/ leeftijd

Een vriendin van mijn leeftijd zei me dat zij zich niet herkent in het verband dat ik leg tussen mijn lichamelijk onwelzijn van dit moment en mijn leeftijd. Zij voelt zich helemaal niet oud, hoewel zij ook bepaalde dingen minder durft en kan dan toen zij jonger was.

Ik ben daarover gaan nadenken en besef dat zij gelijk heeft. Je kan van een blessure die je hebt niet je leeftijd de schuld geven. Iedereen kan lelijk vallen en daardoor tijdelijk of permanent zwaar geblesseerd zijn. Dat heeft niets met leeftijd te maken.

Ik zag alweer een hele tijd terug een documentaire over mensen van allerlei leeftijden met zwaar lichamelijk letsel ten gevolge van een ongeluk. Eén casus daarvan maakte op mij veel indruk.

Het betrof een nog vrij jong man (misschien rond de 45 jaar). Hij was erg sportief en gewend geweest altijd veel te sporten. Zijn vrouw had kanker en lag ziek thuis. Op een nacht moest hij naar het toilet en liep hij de trap af. Hij deed daarbij het licht niet aan, omdat hij zijn vrouw die toch al slecht sliep niet wilde storen. Hij verstapte zich op de trap en kwam ten val. Hij hield daaraan een dwarslaesie over. Je ziet in die documentaire hoe onder andere het herstelverloop van deze man gevolgd wordt. Hij heeft in het begin nog hoop dat het gevoel in zijn benen zal terugkomen. De eerste 6 weken schijnen cruciaal te zijn. Het gevoel komt niet terug en hij moet verder leven met het besef dat hij voor de rest van zijn leven vanonder verlamd zal zijn. Hoeveel pech kan een mens hebben! Zijn verhaal greep me aan.

Bovenstaande is een voorbeeld van een jongere man, die moet verder leven zonder de functie van zijn benen. Een voorbeeld van het feit dat het verlies van bepaalde functies niet alleen te maken heeft met leeftijd. Er zijn helaas te veel mensen op de wereld die als gevolg van ongelukken of ziekten vroegtijdig in hun leven met uitval van functies te maken hebben.

Dat ik bij mezelf nu alles op één hoop gooi en de artrose in mijn handen en mijn zere knie en ribbenkast wijt aan het ouder worden klopt dus voor geen meter.

Daarnaast heb ik mezelf voorgenomen om niet meer te veel uit te wijden over mijn lichamelijk ongemak in dit weblog. Er zijn verdulleme wel leukere of interessantere dingen om het over te hebben.

Hier iets anders om over na te denken:

in een tijdperk van consumentisme is het repareren van dingen een daad van rebellie

Het plotselinge gevoel oud te zijn

Ik hoor het van mensen om me heen. Dat ze weliswaar een bepaalde leeftijd hebben, maar zich niet zo voelen. In de regel bedoelt men dan dat men zich jonger voelt dan de kalenderleeftijd. Logisch, in ons allemaal zit nog het kleine meisje of jongetje en ook de enthousiaste jongeling van vroeger. Als we niet in de spiegel kijken en ons redelijk gezond en uitgerust voelen, dan is het gemakkelijk om onszelf jonger te wanen dan we zijn. Maar er zijn momenten dat we zonder dat te willen geconfronteerd worden met onze leeftijd.

Ik wil niet in details treden over de kwaaltjes en kwalen die ik heb. Dat is vervelend voor de lezer en de kwalen die men krijgt met het stijgen van de leeftijd zijn voor iedereen anders. Maar een gemeenschappelijk iets is, denk ik, wel dat we met het vorderen van de leeftijd steeds minder energie hebben.

Toen ik laatst op het feestje van mijn kinderen was, merkte ik dat er een verschil is in leeftijd en ook in het leven dat we hebben. Ahmad en ik bevinden ons in de luwte van het leven en kunnen alles rustig aan doen in ons eigen ritme, terwijl het leven van mijn kinderen iets weg heeft van een permanente rollercoaster. Zij kunnen dat aan en zoeken zelfs in hun vrije tijd prikkels om zich te ontspannen, terwijl wij ons het beste voelen in een dagelijks terugkerend en vertrouwd ritme, zowel hier als in Spanje. ‘Hoe voelen wij ons om weer hier te zijn?’ vroegen mijn kinderen mij. Heerlijk, maar het is hier even heerlijk als daar. Met het verschil dat Ahmad daar zijn kinderen kan zien en ik hier. Maar het leven dat we leiden is ongeveer hetzelfde hier als daar en daarover is weinig interessants te vertellen.

Ik zei het al eens eerder in dit weblog. Tot een tijd terug voelde ik mij 37 jaar, terwijl ik bijna het dubbele ben in leeftijd. Sinds een tijd, ik weet niet hoe lang al, voel ik me geen 37 meer. Ik merk dat aan bepaalde lichamelijk mankementen. Ik ben iemand die vrij snel beweegt en nu word ik ermee geconfronteerd dat ik daarmee moet uitkijken. Ik ben nu in 1 week twee keer door mijn rug gegaan door een onverhoedse verkeerde beweging. De spit van de eerste keer was net een paar dagen over, toen ik vanmorgen bukte ik om iets op te rapen en daarbij te snel omhoog kwam. Krak, weer ging het mis en nu op een andere plek in mijn rug. Ik werd er boos om en had even zin om te gaan jengelen als een klein kind van frustratie. Ik deed dat ook even stiekem, hoorde mezelf en moest daar direct in mezelf om lachen (als een boer met kiespijn). Een oma die jengelt als een kind, dat kan toch niet. Dat is dan weer een voordeel van ouder zijn voor mij. Ik observeer mezelf voortdurend en zie gelukkig wel wat ik aan het doen ben. Ik was onmiddellijk stil. Als je ouder bent kan je de dingen beter relativeren dan als je jonger bent. Ik nam me voor voortaan voorzichtiger te bewegen en niet zo onbesuisd.

Ik ben nu een oudere vrouw en moet me ook zo gedragen. Rustiger bewegen en beseffen dat ik aan de zijlijn sta van het drukke leven dat anderen leiden. Wij zitten in een rustige fase, waarvan we mogen genieten. Dat er lichamelijke ongemakken bijkomen zoals artrose en een perkament-dunne en voor wondjes gevoelige huid op mijn handen, die ik zo graag laat wapperen, moet ik accepteren. Ik kan mijn handen blijven gebruiken, maar moet daarbij ook voorzichtiger zijn met wat wel en niet kan. En zo heeft elke oudere wel wat. Ahmad en ik hebben wat dat betreft nog geluk.

We blijven elke dag wandelen.

Triest

Als het goed is moet je naarmate je ouder wordt ook wijzer worden. Ik weet dat dit niet in alle gevallen zo is. Ik heb daarvan o.a. een studie kunnen maken toen ik om het huishoudelijk inkomen aan te vullen bejaardenflatjes ging schoonmaken. Tijdens deze werkzaamheden stuitte ik op een zee van vergelijkingsmateriaal. Ja, er waren oude mensen die wijs waren, maar er waren ook verbitterde mensen en zelfs kinderachtige mensen. Ik was toen zelf nog jong en ik vatte wat ik daar meemaakte en zag samen met de gedachte dat de oudere mens een karikatuur van zichzelf wordt. Ben je in je jonge jaren al een bazig type, dan kan het zijn dat je als oudere een ware tiran wordt. Ben je een somber type, dan kan het zijn dat je op je oude dag helemaal bijna niet meer lacht. Ook in de groeven van het oudere gelaat zie je het karakter weerspiegeld. Een jong persoon kan een heel gemeen innerlijk soms nog verbergen achter een mooi en glad uiterlijk, maar naarmate de mens ouder wordt gaat het gezicht steeds meer de binnenkant weerspiegelen. Naast het karakter van iemand spelen natuurlijk ook de ervaringen (leuk en minder leuk) die een persoon opdoet in zijn of haar leven een rol. Die beïnvloeden de kijk op het leven. Daarbij is het dan ook weer zo dat wat voor de één een onoverkomelijke ramp is, door de ander gemakkelijker verwerkt wordt.

Ik begin nu ouder te worden, ben nu ruim 64 jaar. Hoe zit dat dan bij mij? Ik was in mijn jonge jaren een optimist, die altijd met een mild en vaak zelfs bewonderend oog naar anderen keek. Natuurlijk zag ik toen ook veel lelijks gebeuren, maar het lijkt wel of ik me daar niet door van de wijs liet brengen. Ik bleef altijd en onder alle omstandigheden een soort grondvertrouwen houden, dat alles op den duur goed zou komen. Dat de mens in wezen goed was, maar soms door omstandigheden het verkeerde deed.
En nu dan? Hoe zie ik dat nu? Vanmorgen had ik ruim de tijd om daarover na te denken, want vanaf het ochtendgebed kon ik niet meer slapen en lag ik wakker in mijn bed, ten prooi aan niet al te vrolijke gedachten. Misschien kwam het doordat ik gisteren de film ’12 years a slave’ had gezien. Die film had me aangegrepen, zoals alle films die gaan over onrecht en wreedheid. Waarom laat ik me daar nu zo door van de wijs brengen. Hoe onwijs is dat? Wat heeft dit alles met mezelf te maken?
Ik weet dat niet precies, maar wat ik wel weet is dat als ik somber ben, dat dit dan altijd met mezelf te maken heeft. Als ik tevreden ben over mijn eigen gedrag, dan kan een ander doen wat hij of zij wil. Mij breng je niet van mijn stuk. Ik sta waar ik sta. Maar hoe sta ik nu? Ik sta niet stevig, ik wankel. En waarom? Om heel veel redenen.
Wat me het meest afstoot in mijzelf op dit moment is dat ik te snel een mening heb. Als of ik wat zou weten. Ik weet helemaal niks en ik kan eigenlijk nergens over oordelen. Maar dat doe ik de hele dag. Daar wordt ik helemaal gek van. Hoe ouder ik ben geworden, hoe een grotere beterweter. Jakkes. Ik ben er helemaal klaar mee.
‘Ware kennis bestaat erin te weten dat men niets weet’ heeft Socrates gezegd. En dat dit wijs is, besef ik nu pas. Ik voel het tot in mijn vezels. Kan ik dit ook goed onthouden en ernaar leven? Ik ga het proberen, want ik denk dat daarin de sleutel zit tot het beëindigen van mijn trieste gevoel. Dit zal voor een ieder anders zijn. Maar als jij je hierin herkent, dan is dat meegenomen. Daarom heb ik dit stukje geschreven.