Stoer en we moeten bikkelen

Ik vind een moeder op een fiets met een kind voor en achter stoer, ook al is deze fiets elektrisch. Het is veel stoerder dan zo een aso bakfiets, waarmee je een groot deel van het fietspad voor jezelf claimt. Zelf fietste ik ook zo in een ver verleden. Bikkelen kon ik wel

We zijn weer begonnen met onze dagelijkse ochtendwandelingetjes in de Uithof. Ook al hebben we de hondjes niet meer, het is toch een goede gewoonte om onszelf dagelijks eventjes uit te laten in de frisse lucht. Door het park kwam deze moeder met twee kinderen aanfietsen. Waarschijnlijk kwam zij uit de riante woningen aan de andere kant van de Uithof, de chique wijk met de vrijstaande en twee onder één kap-woningen. Ik hoorde haar praten met haar kinderen. Ze waren op weg naar het centrum van Den Haag om Prinsjesdag bij te wonen. In Den Haag hebben alle schoolkinderen op Prinsjesdag vrij, zodat zij (al dan niet uit opvoedkundig oogpunt) deelgenoot kunnen zijn van deze jaarlijks terugkerende ceremoniële vertoning met de koninklijke familie als middelpunt.

Ik kan me herinneren dat ik (toen ik nog maar net in Den Haag woonde) met mijn kinderen ook achter de hekken naar de toen nog gouden koets heb staan gapen met in dat jaar nog koningin Beatrix erin. Zij is nu gedegradeerd tot prinses en mag alleen nog kijken vanachter een raampje naar de stoet met koetsen en paarden en als lakei verklede heren. Ook mag zij de paarden nog van namen voorzien, zoals ik hoorde toen ik even keek naar het tafereel van duur geklede mensen op de tv. Zij is vervangen door Alexander en Maxima, die zomaar de titel van koningin kreeg toebedeeld.

Ik luisterde naar een stukje van de troonrede. Het was voor mij dermate saai en nietszeggend wat er gezegd werd, dat ik dit niet volhield tot het einde. Het mooist vond ik de paarden en van de troonrede vond ik het begin ook mooi. Dat je veel kan bereiken door goed je best te doen en zo nodig af te zien. De sporters van het afgelopen jaar werden daarbij als voorbeeld gesteld. Bikkelen dus. Dat is een mooie boodschap. En elkaar wat gunnen kan ook helpen, denk ik daarbij. Misschien loopt alles dan toch goed af voor ons allemaal.

Deuk

Het is alweer voorbij die mooie zomer, die zomer die begon zo goed in juli. Ja, je wist dat er een einde aan zou komen, maar nog eerder dan je dacht is die zomer alweer voorbij.‘🎼🎶

Met weemoed denk ik terug aan de mooie warme dagen met de hondjes, luierend op de bank en wandelend in het mooie park. In de tuin bloeiden welig de bloemetjes, maar nu is het herfstige verval al een tijdje begonnen. De zon wil wel doorkomen, maar de wolkpartijen winnen en nemen het vrolijke licht weg. Herfst en winter komen eraan!

Vandaag zag ik, langs mijn mooie auto lopend, een deuk in het rechter achterportier. Souvenir van deze mooie zomer, waarin auto’s uit alle delen van Den Haag op onze gratis parkeerplaats plegen te parkeren. Om dan met tassen vol vlees en een barbecue uit te rukken naar het daarvoor bestemde veldje in de Uithof. Daar is gelegenheid voor families om vlees te roosteren en kinderen te laten spelen. Er is zelfs een chemisch toilet en er zijn talrijke afvalbakken om de etensresten en verpakkingen te deponeren. Alsnog is het tegen zonsondergang een puinhoop, maar telkens als wij de volgende dag onze eerste wandeling maakten met de hondjes, zagen we dat alles schoon was opgeruimd. De Uithof wordt heel goed onderhouden.

Maar helaas is er op onze parkeerplaats geen controle en kan men naar hartenlust portieren van andere auto’s indeuken bij het uitladen van het proviand en de kinderschare.

Ik neem mijn verlies met enige teleurstelling. Mijn auto verliest langzaam maar gestaag zijn als nieuw ogende uiterlijk. ‘Het is maar blik’, zeg ik tegen mezelf, maar het knaagt toch een beetje. Het vergaat mijn auto zoals mijn huis: hier een krasje, daar een deukje, daar een vlekje. Er wordt geleefd.

‘Praten’

In dit weblog heb ik al over veel onderwerpen geschreven. Ik zag vandaag een stukje terug met de titel ‘praten’. Daarin deel ik met de lezer dat ik graag in staat zou willen zijn minder te praten en meer te luisteren. Ik vind al mijn hele leven dat ik vaak dingen zeg die onnodig zijn om te zeggen. Ik bewonder mensen van weinig woorden en zou daar graag toe willen behoren, maar ik hoor daar niet bij en zal er ook nooit bij gaan horen, vrees ik. Ik praat gemakkelijk, misschien wel te gemakkelijk, denk niet altijd bewust na voordat ik iets zeg en deel veel met mensen. Mensen praten ook gemakkelijk met mij. Ik wandel door het leven alsof we één grote familie zijn.

Vandaar ook dit weblog. Ik ‘praat’ in mijn stukjes alsof ik het heb tegen een goede vriend, terwijl de werkelijkheid is dat dit weblog dagelijks maar gelezen wordt door een handjevol mensen en dat van die mensen ik de meeste niet eens ken, omdat ze toevallig via een tag in mijn weblog terechtkomen en daar waarschijnlijk ook als een haas zo snel mogelijk weer uit gaan. ‘Wat een geleuter!’ zie ik ze in mijn gedachten denken.

Maar toch ga ik ermee door, net als met mijn schilderijtjes en mijn filmpjes. Ik heb de behoefte om me te uiten, al is mijn leven op dit moment niet spannend. Bij gebrek aan gebeurtenissen kan ik altijd nog mijn gedachten delen.

Vandaag fietste ik naar de AH en de Jumbo met mijn nieuwe pinpas. Ik kwam langs een moeder met een iets te dik jongetje aan de hand. Ik keek er even naar en kreeg een melancholiek gevoel. Misschien is het verbeelding en is het iets van alle tijden, dat je meent dat alles vroeger beter was of in ieder geval gemakkelijker. Maar zo een gevoel kreeg ik. Dat het voor kinderen van nu moeilijker is om gelukkig te zijn dan vroeger voor mijn kinderen en helemaal anders dan het in mijn jeugd was voor kinderen.

Alles is volgebouwd. Er is weinig onbebouwde en nog redelijk ongerepte grond om te spelen, slootje te springen, hutten te bouwen en ongezien door volwassenen in spel op te gaan. Waar is de knikkertijd, de springtouwtijd, de rolschaatstijd, de verstoppertje-tijd, zoals ik die vroeger kende. Waar zijn de kinderen die toen mijn kinderen nog klein waren voor mijn huis in groepen aan het spelen waren? Zitten ze binnen met hun tablet of spelcomputer? Of kijken ze naar tiktok op hun telefoon? Waar zijn de vele soorten vogels, de eekhoorns, de konijnen, de herten en de wilde zwijntjes uit mijn jeugd? Zijn die ergens nog te zien in reservaten?

Ervoor in de plaats is veel speelgoed gekomen, kasten en kamers vol en vaak voor een groot deel onaangeroerd. En heel veel digitaal vermaak. Pappie en mammie zitten ook veel met hun neus in de telefoon. Ik word daar een beetje triest van en hoop dat het meevalt. Dat kinderen van nu dat heel anders beleven dan ik me verbeeld. Ze zijn aan dit leven gewend. Mijn medelijden is misschien misplaatst en totaal onnodig, net als veel van mijn geklets…

Inspiratie

Zonder inspiratie zit ik weer voor mijn laptop. ‘Echte’ schrijvers en kunstenaars zeggen vaak dat inspiratie een overschat begrip is. Als je wacht op inspiratie alvorens voor een schilderdoek of laptop plaats te nemen, dan kan je lang wachten en komt er meestal weinig van enige productiviteit. Een beroepsschrijver gaat in de regel elke dag voor zijn pc, typmachine, blaadje of laptop zitten en wacht tot er woorden opkomen. Eenmaal schrijvend kan je dan in een flow raken en sommigen zeggen zelfs dat het soms lijkt of een boek zichzelf schrijft. De schrijver weet dan zelf tijdens het proces niet waar het verhaal heen gaat. Dat lijkt me heerlijk. Ik herken dat gevoel wel als ik voor mijn ezel sta en het gevoel heb dat mijn verfkwast mijn hand leidt in plaats van omgekeerd. Soms heb ik het ook bij het schrijven. Woorden rijgen zich vanzelf aaneen en als ik even later hetzelfde nog eens zou willen schrijven, dan zou ik dat niet kunnen.

Vanmorgen zat ik lekker achter het raam in het zonnetje de krant te lezen op mijn telefoon. In het weekend geniet ik altijd van de vele interviews die je dan kan lezen. Al mijmerend kwam in mij op dat ik toch weer graag een boek zou willen schrijven, al zou het niet eens zijn om dat boek uit te geven maar gewoon voor mijn lol. Dat deed ik als kind ook in gedachten als ik in mijn bed lag en niet kon slapen. Elke dag ‘schreef’ ik verder aan een verhaal zonder de woorden daadwerkelijk op te schrijven. Dat was voor mij een leuk tijdverdrijf als ik wakker lag, omdat wij als kinderen voor mijn gevoel veel te vroeg naar bed werden gestuurd.

Ik ben een beetje klaar met schilderen. De pauw waarmee ik bezig ben is niet af of misschien juist wel. Ik weet niet wat ik er nog meer aan toe kan voegen en mijn interesse in het hele ding is al een tijd ver te zoeken.

Ik heb zin in een verhaal, waarin ik me kan laten meevoeren, terwijl ik het zelf schrijf. Maar dat is op dit moment slechts een idee. Ik weet helemaal niet of ik daar de capaciteiten voor heb. Het leuke is dat de laptop geduldig is en dat je woorden kan wissen of verplaatsen. Dat was vroeger wel anders met die ouderwetse manier van schrijven op papier of met een typmachine. Dus de techniek werkt mee om dit proces te veraangenamen, net als dit tegenwoordig bij het fotograferen het geval is. Je kan naar hartenlust fouten maken en die corrigeren en foto’s kan je wissen en alleen de goede bewaren. Zo is schrijven ook plezieriger dan vroeger. Het hoeft niet direct goed te zijn. Je kan er nog van alles aan veranderen zonder veel moeite en geknoei.

Maar nu is het tijd om het eten klaar te maken……..

Niet in een laadje

De laatste tijd heb ik geen inspiratie voor het schrijven van stukjes. Gisteren besloot ik dat gebrek aan inspiratie te negeren en gewoon te gaan zitten voor mijn laptop en dan te kijken wat er gebeurt. Daar kwam een stukje over de I Tjing uit, al dan niet interessant voor de lezer.

Vandaag doe ik het weer. Na de dagelijkse spelletjes rummikub ben ik weer voor mijn laptop gaan zitten.

Vandaag heb ik al mijn verloren pasjes weer in mijn bezit, inclusief afvalpas. Alleen het rijbewijs moet ik maandag nog ophalen. Ik ‘kreeg’ ook een nieuw kentekenbewijs van het RDW en enkele dagen later per brief de nieuwe tenaamstellingscode, van belang voor het eventueel verkopen van mijn auto.

Graven boven de grond die aan de voorkant worden dichtgemetseld.

Ik heb de code ook bewaard op mijn externe schijf, waarop ik alle belangrijke documenten heb staan. Zo kwam ik ineens met Ahmad te spreken over wat er moet gebeuren met ons lichaam na de dood. Ikzelf kies voor een natuurgraf en Ahmad zou dat ook het liefst kiezen, maar in Spanje bestaat die mogelijkheid van begraven nog niet, meent hij. Je kunt daar kiezen tussen bijgezet worden in een laadje, zoals dat ook gebruikelijk is in Italië, of cremeren volgens Ahmad. Aangezien Ahmad niet in een laadje gestopt wil worden, kiest hij dan maar voor cremeren.

Ik vraag hem of hij dan niet liever hier begraven wil worden in een natuurgraf. Probleem is dat zijn verzekering waarschijnlijk geen transport van Spanje naar hier gaat financieren als hij daar mocht overlijden, maar dat het omgekeerde wel het geval is.

Ik kom tot de conclusie dat je beter zelf een spaarpotje voor je graf kan aanleggen tijdens je leven, zodat je zelf kan bepalen wat er met het geld gebeuren moet. Begrafenisondernemingen leggen je van alles op wat je helemaal niet wil, zoals rouwkaarten, volgauto’s en plakken kleffe cake.

Zelf zit ik ook aan DELA vast, maar die onderneming biedt kennelijk meer mogelijkheden dan de Spaanse begrafenisondernemingen.

Ahmad vindt het niet zo een leuk onderwerp. Logisch, we willen allebei liever niet denken aan de dood van vooral niet die van de ander. We willen elkaar niet missen.

Aan de thee begin ik er weer over. Ik ben dan nog bezig dit stukje te schrijven. ‘Kijk nog even na of ecologische begraafplaatsen echt niet bestaan,’ zeg ik en Ahmad rent meteen enthousiast naar zijn telefoon om dit na te kijken. Hij komt erachter dat een zichzelf ecologisch noemende natuurbegraafplaats al bestaat in Valencia en dat er ook aan gewerkt wordt om deze te gaan realiseren in Andalusië. Dus cremeren hoeft misschien echt niet!

Toch wel goed dat ik een beetje heb doorgedramd. Ik kan de gedachte niet verdragen dat mijn liefste zich zou laten verbranden. Deze natuurman verdient een natuurgraf. Mocht ik langer in leven zijn, dan ga ik ervoor ijveren dat hij zo een graf krijgt.

Liefde en rechtvaardigheid

Gisteren heb ik me weer verdiept in het boek I Tjing.

In de vertaling van Richard Wilhelm bestaat de I Tjing uit drie delen, waarvan het eerste boek het eigenlijke orakelboek is, ‘de Tekst’ geheten. De twee laatste delen bestaan uit een uitleg van de wijsheid achter de I Tjing (voor zover die in woorden te vatten is). Het tweede boek ‘het Materiaal’ bevat een beschrijving en uitleg van de tekens. Het derde boek ‘de Commentaren’ lijkt een herhaling van het eerste deel, maar is een tweede versie van het orakelboek met de 64 tekenen, aangevuld met commentaren, waarvan er een groot aantal van Confucius zijn.

De oorsprong van de I Tjing dateert uit 3000 voor Christus. Het is één van de weinige boeken die niet vernietigd zijn gedurende al die jaren. Wel is er een uitbreiding gekomen. Was het eerst alleen een voorspellend boek, later werd eraan toegevoegd hoe men als gewaarschuwd mens het lot kon veranderen. Alles berust op het principe dat er wetten zijn die de kosmos beheersen en dat die zijn weerslag hebben op al het leven op aarde. Een mens is daarbij uniek in die zin dat hij een keuze heeft om zijn denken en handelen aan te passen aan de wetten in de kosmos en niet tegen die wetten in te gaan. De keuzes die de mens maakt bepalen heil of onheil.

Het is een boek met een heel ingewikkelde materie die het resultaat is van het denken van grote denkers en wijzen. Het is voor de doorsnee mens moeilijk te begrijpen hoe het kan dat het toeval zoveel betekenis kan hebben. Zelfs een grote wijze als Confucius was gedurende zijn leven nog niet klaar met het werkelijk doorgronden van de I Tjing. Hij heeft eens gezegd dat hij een half leven meer zou willen leven om de I Tjing beter te leren begrijpen.

Tja, en wie ben ik dan om me te verdiepen in dit boek en te trachten er wat van te leren. De eerste keer dat ik me verdiepte in de laatste twee delen van de I Tjing was dat lui liggend op de tuinbank en ik snapte er eigenlijk geen jota van. Gisteren deed ik een nieuwe poging, ditmaal liggend op de bank in de huiskamer. Bepaalde beschrijvingen van het materiaal (de tekens) gingen iets meer voor me leven, maar alsnog bleef het grootste deel voor mij vaag. Maar de universele wijsheid achter dit boek blijft aan me trekken.

Wat ik heel frappant vind is dat de mens die wordt weergegeven in de lijnen van het hexagram als de middelste twee lijnen tussen de plaatsen van hemel en aarde wordt gezien als ‘edele’ die handelt uit liefde en rechtvaardigheid.

Laten dit nu net de deugden zijn die in alle godsdiensten worden geprezen als belangrijk! Als kind begreep ik al dat er wetten zijn, ik noemde ze kosmische wetten. Ga je tegen die wetten in, dan voelt dat niet goed en luister je naar die wetten (door te luisteren naar de zachte stem van je geweten) dan voel je je goed en in harmonie met je omgeving. Althans zo ervoer ik dat. Ik kon dat nooit een naam geven en zocht overal naar theorieën, filosofieën of geloven die deze gedachtengang bevestigden.

Uiteindelijk kwam ik terecht bij de Islam. Islam betekent letterlijk ‘overgave’. En dat wil zeggen overgave aan de Wil van Allah. Wat is Allah? Wij kunnen Allah niet kennen. Het zijn de wetten van de kosmos, waarover de I Tjing spreekt. In alle geloven wordt gepredikt dat je je moet schikken naar de wetten, die in elk geloof gesteld worden. Dat kunnen de 10 geboden van Mozes zijn of andere voorschriften die in andere geloven meer nadruk krijgen. Feit is dat alle geloven een afspiegeling zijn van de noodzaak voor de mens om zich in harmonie te weten met de wetten in de kosmos op elk moment. En geen moment is hetzelfde, maar alles verandert voortdurend en dus ook de eisen die op elk moment aan de mens gesteld worden. De I Tjing gaat ervanuit dat de mens handelt vanuit liefde en rechtvaardigheid en, naar ik aanneem, de diverse geloven ook. Alle profeten waren waarschuwers, die de mensheid wezen op het belang van ‘Adab‘, goed of nobel gedrag.

Dat helaas veel geloven zich hebben ontwikkeld tot onverdraagzame bolwerken, waar geen welwillend oog meer is voor andere geloven en waar men de overeenkomst tussen alle geloven volledig negeert, maar daarentegen de nadruk legt op de superioriteit van de eigen rituelen, is jammer. Want in wezen is het doel van elk geloof en ook datgene wat wordt aangeraden in de I Tjing het volgende:

Dat men zijn handelen naar beste kunnen in harmonie brengt met de kosmische wetten van elk moment en dat men dit doet vanuit liefde en rechtvaardigheid.

Dat vind ik een mooie gedachte.

Tegenstrijdige info

De agente die op bureau Berensteinlaan mij te woord stond na mijn melding van het verlies van mijn pasjeshouder met inhoud heeft me niet goed voorgelicht. Haar advies om twee dagen te wachten met het aanvragen van nieuwe pasjes, zoals o.a. mijn rijbewijs en autokentekenkaart was misschien wel gepast en zeker goed bedoeld. Soms komen de pasjes toch weer terecht. Maar dat de politie de pasjes in mijn brievenbus zou gooien als deze gevonden werden was lariekoek. De gevonden voorwerpen, die mensen discreet kunnen deponeren in een brievenbus van het politiebureau, zoals ik zag bij een tweede bezoek aan dat bureau, gaan regelrecht naar de afdeling gevonden voorwerpen van de gemeente. De politie gaat dus zeker geen portemonnees of pasjes aan huis bezorgen bij mensen. Een andere agent vertelde me dit, toen ik informeerde of er al iets was gevonden, twee dagen na de diefstal.

Ook het verhaal van de receptioniste dat ik gewoon kon gaan rijden zonder rijbewijs in afwachting van hoe het verder liep (rijbewijs terugkrijgen door gelukkig toeval dan wel opnieuw aanvragen) was onjuist. Ze beweerde dat de politie kon nakijken of ik een rijbewijs had als ze me onverhoopt zouden aanhouden. Ik dacht nog ‘hoe dan als ze me aantreffen zonder enige legitimatie in mijn auto?’. Het was foute info! Je mag hoe dan ook niet rijden zonder rijbewijs en daar staat een boete op van 100 piek, zoals ik vandaag las op internet. Zelfs als je al een nieuw rijbewijs hebt aangevraagd maar dat nog niet in je bezit is, mag je niet rijden.

Op haar nonsens advies reed ik eergisteren nog naar Pijnacker en terug, zonder enig papier. Ik voelde me daar niet goed bij en dat was dus achteraf gezien terecht.

Vandaag voel ik me helemaal ok, omdat ik inmiddels, ervanuit gaand dat mijn portemonnee definitief uit mijn leven is, alle pasje heb geblokkeerd en opnieuw aangevraagd. Ik heb zelfs alweer een nieuw pashoudertje besteld. Het is wel een zegen dat je alles vanuit je luie stoel kan regelen via internet. Alleen voor het rijbewijs moet ik naar het gemeentehuis. Dat kan morgen al. Op de fiets natuurlijk.

Voortaan ga ik beter oppassen. Het tasje altijd dichtritsen en niet meer met een open tasje rondlopen.

Waarom zou het mij niet overkomen?

Het gebeurt vaker, dat mensen hun portemonnee ergens laten vallen. Als je geluk hebt, dan is er een eerlijk persoon in de buurt, die je erop attent maakt, zodat je de portemonnee kan oprapen. Of iemand vindt de portemonnee even later en is zo eerlijk om deze ergens te brengen bij de gevonden voorwerpen in deze of gene winkel in de buurt of bij het politiebureau.

In mijn geval ging het anders. Ik had vandaag geen jas aan en zoals gewoonlijk droeg ik mijn telefoon en portemonnee in een schoudertasje. Ik deed wat boodschappen bij het kruitvat en en daarna liep ik naar mijn fiets, vervolgens ging ik naar AH en bij de zelfscankassa ontdekte ik dat mijn portemonnee met al mijn kaartjes (autopapieren, verzekeringsbewijs, rijbewijs, pinpas, OV kaart etc.) niet in mijn tasje zat. Dat was schrikken natuurlijk. Ik liet de boodschappen liggen en zette het op een zoeken. De winkel door, overal waarlangs ik gelopen was, en vervolgens buiten en tot aan de uitgang en de kassa van het kruitvat waar ik het laatst nog had afgerekend. Noppes nada. Ik sprak diverse mensen aan, alle medewerkers van het kruitvat en de AH en de infobalie van de AH. Ook buiten sprak ik mensen aan die daar op bankjes zaten. Iedereen was erg lief en meelevend, maar helaas had niemand wat gezien. En ook al hielpen de medewerkers van het kruitvat en AH me zoeken, het had allemaal geen resultaat. Ik bleef er vrij rustig onder, blokkeerde in de rekening op mijn telefoon wel mijn pinpas, toen ik in de gaten had dat ik die niet ging vinden.

Ik liet mijn naam en telefoonnummer achter bij het kruitvat en bij AH, voor het geval er nog een eerlijke vinder zich zou melden met mijn portemonnee. Op de terugweg liep ik even het politiebureau binnen om aangifte te doen. De agente aan de receptie vertelde mij dat het tegenwoordig niet meer nodig is om aangifte te doen, niet op het bureau en ook niet via internet. Dat ik gewoon alle papieren opnieuw kan opvragen bij de diverse instanties met mijn DigiD. Maar ze ried me aan om daar nog twee dagen mee te wachten. Ze vertelde dat er dagelijks heel veel portemonnees met pasjes werden afgegeven bij de politie en dat de agenten wisten waar ik woonde, als ze mijn naam zagen staan op die pasjes en er ook voor zouden zorgen dat ik die terugkreeg.

Ik voelde me steeds rustiger worden, toen ik eenmaal doorhad dat de angst die ik al eerder had om ooit al mijn papieren te verliezen nu echt werkelijkheid was geworden. Ik herinnerde me dat ik in grotere paniek was toen ik een keer mijn fietssleutel kwijt was en dat ontdekte toen ik veel boodschappen had gedaan voor de buurvrouw. Die sleutel vond ik terug, omdat iemand zo goed was geweest die af te geven in het kruitvat.

Maar dit keer was er nog geen enkel teken van zo een goede afloop. Ik zag dat er inmiddels twee keer gepind was bij de primera in de buurt van waar ik mijn portemonnee was verloren. Weldegelijk was dus iemand er met mijn portemonnee vandoor gegaan. Mijn pas is nu geblokkeerd en het geld uit de portemonnee heeft de persoon zich waarschijnlijk al toegeëigend. Het is afwachten wat hij/zij gaat doen met mijn andere pasjes. Netjes afleveren bij de politie of gewoon ergens dumpen in een vuilnisbak en er ook nog met mijn mooie pashoudertje vandoor gaan.

Ik wacht het af. Gelukkig duurt het nog bijna 6 weken voordat we weer naar Spanje gaan. Dat geeft me hopelijk genoeg tijd om de pasjes te vervangen. Ik begin daar op aanraden van de agente pas volgende week mee. Ik heb mijn OV kaart wel al telefonisch geblokkeerd en laten vervangen voor een nieuw exemplaar tegen betaling van 11 piek. Om te voorkomen dat de dief ermee afreist naar Groningen en terug.

Tripje naar Ugchelen

Het was fantastisch!

Wat zal ik er meer over vertellen? Toen we aankwamen en daar om te beginnen een kopje koffie gingen nuttigen, waanden we ons in een seniorencomplex. Wat een hoop mensen op leeftijd bij elkaar. Zelf hoorden we daar ook bij, maar uiteraard voelden wij ons jonger.

We maakten een grote wandeling, waarbij ik mijn Spartaanse kant liet zien. Ik wilde zoveel mogelijk door de bossen lopen, waardoor we een enorme omweg maakten toen we te voet het gebied naar en rond Ugchelen verkenden. Ahmad liep op sandalen en kreeg last van zijn voetjes. Gelukkig werden het net geen blaren. Daarna maakten we gebruik van de faciliteiten die de luxe hotelkamer ons bood en toen we uitgerust waren maakten we nog een wandelingetje rond het hotel. We besloten niet in het chique restaurant te gaan eten. Het eten zou ons waarschijnlijk tegenvallen in verhouding met de prijs.

Toen we er daarna op uit gingen om wat te gaan eten, zagen we een enorme rij voor de balie staan met mensen die wilden inchecken. Het waren nu allemaal jonge mensen en veel daarvan waren gekomen met kinderen. Succesvol uitziende echtparen, die kennelijk de vrijdag vrijaf hadden genomen voor een lang weekend in het groene Ugchelen.

We aten een overheerlijke portie frites met een kroket in Ugchelen op het terras bij het Bikkertje, een prima snackbar. Na terugkomst genoten we opnieuw van wat je zoal kan doen in een hotelkamer.

De volgende ochtend zag ik bij de lift en in de ontbijtzaal tal van jonge vaders en moeders met kinderwagens enzovoort. Op de een of andere manier ontroert het me altijd weer om jonge ouders te zien, die de moeite hebben genomen kinderen op de wereld te zetten om daar een leven lang zorg voor te dragen en ze bovendien mee te nemen op vakantie. Dat heb ik zowel hier als in Spanje.

Op de terugweg gingen we, zoals het plan was, langs de Kovelaarswade. We zagen dat het islamitische gedeelte van de begraafplaats behoorlijk voller was met graven dan een paar jaar terug. Ik nam me voor om de grafrechten van mijn piepkleine zoontje niet meer te verlengen als de volgende periode van 10 jaar voorbij is. Zijn pure ziel is immers al bijna 40 jaar lang elders, al weet ik niet waar. Ik ga plaats maken voor de graven van andere kindertjes.

‘On the road again’

Zo staat mijn auto weken werkeloos op de parkeerplaats en zo rijd ik ineens vrijwel dagelijks. Morgen gaan we naar Ugchelen. Daar staat een van der Valk hotel, geheten de Cantharel.

Toen ‘onze’ (zijn kinderen zijn mijn kinderen en v.v.) kinderen kwamen eten werden wij verrast door geschenken, waarvan er één was een overnachting met sauna en jacuzzi in de Cantharel. Kennelijk vinden zowel de kinderen in Spanje als de kinderen hier dat zo een cadeau bij ons past, want op 23 oktober hebben we ook een reservering staan voor een dergelijk arrangement, maar dan in Andalusië, een verjaardagscadeau van de kinderen van Ahmad. Deze krasse oudjes worden flink verwend.

Dus morgen rijd ik richting Ugchelen. Met behulp van de Waze navigatieapp dit keer.

Op de terugweg vrijdag wil ik van de gelegenheid gebruik maken om langs de Kovelswade in Utrecht te rijden om het graf van mijn overleden zoontje te bezoeken.

Wat een activiteit ineens na een tijdje relatieve stilte. Vandaag is het nog rustig toeven op de tuinbank. Geen verplichtingen meer om met hondjes te wandelen.

Het leven van een pensionado is relaxed.