Mijn eerste gewrocht. Ga verder met portretten van foto’s. Heb helaas weinig foto’s hier.

Selfies maak ik helaas niet graag, of misschien juist niet helaas 😉
Mijn eerste gewrocht. Ga verder met portretten van foto’s. Heb helaas weinig foto’s hier.
Selfies maak ik helaas niet graag, of misschien juist niet helaas 😉
Ahmad hoorde een geluidje in de motor van ons autootje. Of eigenlijk hij merkte wat tijdens het rijden. Dat bij het helling op rijden de auto soms een beetje hikkend zich voortbeweegt. Ikzelf heb dat niet zo in de gaten.
Omdat Ahmad er alles aan wil doen om te voorkomen dat ons autootje het plotseling begeeft als wij volgende week een paar daagjes op reis gaan, brengt hij de auto naar een dichtbij zijnde garage. De man belooft ons te bellen in de loop van de dag over wat en hoe. Om 16.00 uur hebben we nog niets gehoord. ‘Misschien moet je zelf even bellen,’ zeg ik tegen Ahmad. ‘Ze zijn misschien zo lekker bezig met sleutelen daar, dat ze vergeten te bellen.’
‘De auto is helemaal in orde,’ hoort Ahmad als hij belt. We kunnen hem ophalen. Samen lopen we naar de garage, via de grote weg die loopt naar en van ons dorp. Het is een leuke wandeling, want er waait een lekker lauw windje en de zon schijnt niet al te onbarmhartig vanuit een flets blauwe hemel. Langs de weg is een mooie stoep aangelegd voor voetgangers en zelfs een fietspad. De hele zijkant van de weg is beplant met korte rozenstruikjes die zomer en winter bloeien. ‘Vanmorgen zag ik hier tuinmannen aan het werk,; zegt Ahmad. Dat geloof ik graag. Alles ziet er piekfijn uit, zoals bijna het hele dorp.
De garagehouder/ monteur legt Ahmad nog eens uit dat hij niets heeft kunnen vinden. Dan is het goed. We gaan geen problemen zoeken die er niet zijn. Hij overhandigt Ahmad de autosleutel. Wat zijn we hem schuldig? Niets, want hij heeft niets hoeven repareren.
‘Dat maakte ik in Nederland nooit mee,’ zeg ik tegen Ahmad. ‘Alleen het nakijken van de auto kost daar al geld.’ ‘Zo zijn wij niet,’ zegt Ahmad.
Vanmorgen gingen we toch weer naar het strand, min of meer op mijn aandringen. Ahmad had me al gewaarschuwd dat het daar waarschijnlijk een beetje frisjes zou zijn. Hij had gelijk. Gisteren merkte ik ook al dat het niet meer zo lekker was om met een nat badpak te zitten, weliswaar in de zon maar ook met een onaangenaam en fris windje vanuit de zee. Vandaag leek het windstil in Alhaurin, maar in Torremolinos waaide wederom dat frisse windje.
Wat we gisteren al zagen en niet zeker wisten werd vandaag bevestigd. De hoge golven van een paar dagen terug hebben een groot deel van het zand van het strand weggenomen. Waar de zee niet is geweest ligt nog zand, maar aan de kustlijn bevindt zich een grauwe en brede rand van kiezels.
‘Nou herinner ik me weer dat ik hier ooit kwam toen ik nog klein was,’ vertelt Ahmad me. ‘De hele kust bestond toen nog uit alleen maar van deze kiezels.’
Het zand langs de kust van Torremolinos is niet echt schelpenzand, zoals wij dat hebben in Nederland. Het zand wordt jaarlijks aangevoerd met vrachtwagens en neergestrooid. ‘Aha!’
En nu is dat zand dus weggeslagen van de kustlijn door de machtige golven van de zee. De zee heeft het aangevoerde zand ‘opgeslurpt’. Het biedt een wat troosteloze aanblik. We blijven nog even zitten in de best straffe wind en kijken naar een visser, die zijn hengel ophaalt en niets gevangen heeft. Naast ons een bleek gezin met Polen of Russen. De vrouw heeft zichtbaar pijn in haar voeten vanwege de harde kiezels, als ze naar de zee strompelt. Er zitten nog wel mensen op het strand. Logisch. Als je betaalt hebt voor een dure reis naar hier, dan wil je toch je lol hebben.
Wij hebben het wel gezien, klappen onze stoelen dicht en lopen naar de auto. Even later drinken wij onze thermos met koffie leeg op ons eigen terras. Daarna gaat Ahmad verder met zijn Tiffany, iets waar hij altijd zin in heeft. ‘Jij zal ook iets moeten zoeken om te doen, als ik hiermee bezig ben,’ zegt hij tegen mij. ‘Dat komt wel goed,’ stel ik hem gerust. Ik kan me altijd onledig houden met mijn virtuele dagboek en filmpjes. En verder heb ik plannen om tekeningen te gaan maken naar de hand van plaatjes en foto’s. Ik begin met een tekening van mijn geliefde favicon, het stokstaartje. Ben benieuwd of het me gaat lukken. 😉
Dat is wat oudere mensen graag doen. Zitten op een bankje en kijken naar wat voorbij gaat.
Ik deed het ook weleens, toen ik nog jong was. Als student ging ik soms zitten op het een muurtje langs het wandelend publiek in Hoog Catharijne. Gewoon kijken naar alles dat voorbij kwam. Ik kon op die manier mijn gedachten verzetten. Was niet langer met mijzelf bezig, maar kon me even richten op de wereld om mij heen.
Soms ‘zag ik het leven niet zitten’, dacht ik ‘waar naartoe en waarom toch?’. Dan ging ik wandelen in de avond. Ik liep langs de huizen en keek naar binnen, waar dat mogelijk was. Dan zag ik een hele familie staren naar een tv en ik dacht: ‘Wat ben ik blij dat ik niet zit te staren naar zo een kastje. Liever loop ik hier rond en heb ik mijn eigen gedachten, leuk of minder leuk.’
Er was zoveel dat me beroerde en zoveel was nog mogelijk. Soms wist ik het niet meer.
En nu is alles gedaan en er blijft weinig over om te kiezen of te dubben. Het leven is simpel en kabbelt rustig voort. Ik verkeer in de luxe van een permanente vakantie. Ik mag van alles doen, maar ik hoef niets te doen. Meestal beperk ik me tot datgene wat ik echt moet doen en de rest van de tijd doe ik eigenlijk niet veel nuttigs. Ik ben vooral consumptief bezig. Ik consumeer niet zoveel voedsel, maar wel veel informatie. Via mijn e-reader, via internet, via de tv en radio. Ik ben een oudere geworden die virtueel op een bankje zit te kijken. Ik hoef niet meer de straat op te gaan. Via de digitale weg kan ik in heel veel hoekjes kijken en ik hoef dus niet naar buiten.
Misschien nemen oudere mensen daarom een hondje. Of ze leggen een tuintje aan.