Komkommertijd en luieren

Net als gisteren heb ik niet veel interessants te vertellen. Het leven is te goed met mooi weer en een tuin om in te luieren.

Ahmad maakt foto’s van alle bloemen die bloeien en nog gaan bloeien in onze tuin, waarin we dit jaar niets hoefden te planten omdat er genoeg vanzelf opkomt aan vaste planten en aan wat Ahmad het vorige jaar verzamelde aan zaden uit onze planten om uit te strooien. Ook bolletjes verzamelt hij en plant hij opnieuw. Goed bezig. Van alle mooie foto’s die hij maakt van alle bloemen zal ik te zijner tijd een filmpje plakken. Zo blijven we allebei een beetje bezig.

Vanmorgen ging ik opnieuw bloed prikken, wat de vorige keer niet gelukt was. Ik had het bericht van de dokter opnieuw teruggehaald uit mijn verwijderde berichten. Het bericht is namelijk van belang om in het zorgdomein te komen via een link dit in de mail staat. Eenmaal in het zorgdomein kan je dan het bloedafnameformulier downloaden. Mooi is dat. Alles zonder papier. Zo gaat dat tegenwoordig. Dit keer werd ik geholpen door een jongere assistente. Zij had snel het benodigde formulier te pakken door in mijn telefoon dingen aan te klikken. Ze legde me heel kort uit wat precies het verschil is tussen ‘mijn gezondheidsnet’ en ‘het zorgdomein’, zodat ik het voortaan helemaal snap. We maakten al prikkende een praatje en leuk was dat zij Alhaurin de la Torre bleek te kennen, omdat familie van haar daar een B&B runt. Het is leuk om iemand hier te ontmoeten die Spaans spreekt, Alhaurin de la Torre kent en de Place Mayor. Dat geeft even een moment van herkenning.

Ik was dit keer op de fiets gegaan. Ik neem nu de veiligste route en steek consequent lopend naast mijn fiets de weg over. Na het prikken deed ik wat boodschappen. Ik gaf een eurootje aan iemand met de daklozenkrant zonder de krant (Ik wist niet dat die nog bestond) te kopen. Bijna wilde ik een foto maken van een heel apart geklede zwarte man. Maar ik deed het niet uit respect. Ik zag hem van achter. Hij droeg een joggingbroek die zo laag zat dat hij echt tot onder zijn kont was afgezakt. Het was best wonderlijk dat de broek niet helemaal afzakte. Eronder droeg hij hoge sokken. Boven zijn onderbroek droeg hij een witte gewatteerde bodywarmer met een grote capuchon (dit ondanks de warmte). Bij het oversteken, toen een windvlaag zijn capuchon even deed afwaaien, zag ik dat hij eronder ook nog een pet droeg. Hij zette de capuchon snel weer op. Aan één hand droeg hij een katoenen handschoen en aan de andere hand niet. Hier was over nagedacht, begreep ik. Deze lange verschijning viel op in de menigte. Ik houdt daar wel van. Mensen die iets eigenzinnigs doen met kleding doorbreken de saaiheid van het vrij uniforme modebeeld.

Mode

Vanmorgen zag ik in mijn nederige buurt een vrouw lopen met een vrij korte rok, waaronder mooie benen uitstaken op hoge hakken. Daarover droeg zij een lange mantel die openwaaide in de wind. Het was een elegante verschijning, die echter misplaatst overkwam in mijn buurt. Waarvoor zoveel moeite? Het was als paarlen voor de zwijnen tussen de andere voetgangers met armoedige jasjes en kreukelige spijkerbroeken onder dikke buiken en de vrouwen met hoofddoeken achter kinderwagens.

De tijd lijkt voorbij dat vrouwen hooggehakt voorbij trippelden in mooie jurkjes. Zelfs al dragen ze een jurkje, wat bijna niet meer voorkomt, dan zie je daaronder sportschoenen of stoere laarzen. Maar de meeste mensen lopen in een spijkerbroek of trainingsbroek en op gemakkelijke schoenen. Ook mannen zie je niet veel in een pak met een stropdas of strik, maar veelal in een sportieve broek met een polootje of trui. Dat is de mode van nu, althans in mijn buurt en datzelfde zie ik ook in mijn andere buurt in Alhaurin de la Torre. Ik vind het prima. Waarom zouden vrouwen nog langer hun voeten verpesten door het dragen van hoge hakken en schoenen met een ongemakkelijke leest. Martelwerktuigjes zijn dat meestal. Sportschoenen met vering zijn beter voor de voeten. Man en vrouw lopen nu in een bijna identiek ‘uniform’. Vrijetijdskleding is de norm.

Ik ben er blij mee. Ik heb een paar spijkerbroeken die ik om en om draag en rokjes en jurkjes blijven bij mij in de kast hangen. Gelukkig heb ik er ook niet veel van en zijn de meeste rokjes tot op de draad versleten, omdat ik ze al meer dan 20 jaar oud zijn en ik ze vroeger veel gedragen heb. Maar ik doe ze nog niet weg. Misschien komt er een tijd dat ik ze opnieuw ga dragen. Voorlopig geniet ik van de simpele dracht die nu gemeengoed is.

Maar vergis je niet. Dat de mode nu universeler is dan voorheen wil niet zeggen dat er geen verschillen zijn. Je hebt trainingspakken, spijkerbroeken en sneakers in diverse prijscategorieën. De kenner weet waarmee hij of zij van doen heeft. Vooral de diverse sneakers spreken tot de verbeelding. Sportschoenen zijn er voor 50 maar ook voor rond de 450 euro of nog meer en kenners onder elkaar kunnen daar een tijdlang over praten, elkaar foto’s tonend van de laatste modellen, de ‘musthaves’. Datzelfde geldt voor andere ogenschijnlijk eenvoudige kledingstukken. Niet elke spijkerbroek is even geraffineerd van model en ook daarin zijn gradaties. Ik zie dat verschil in spijkerbroeken ook wel. Dus ook al lijkt de mode universeel en wat saai, er zijn alsnog verschillen voor de oplettende toeschouwer. Ik ben iemand met niet veel kleding, maar de kleding die ik heb draag ik graag. Dat kunnen heel goedkoop verkregen kledingstukken zijn, die alsnog mooi ogen. Je moet er oog voor hebben. Wat is het voor een materiaal, welke snit en hoe voelt het aan je lijf. Hoe ziet het eruit in de spiegel. Dat is voor mij de maatstaf om kleding al dan niet te kopen. Al een tijd heb ik ruim voldoende kleding en schoenen. Ik besteed daar weinig of geen geld aan. Want wat ik heb is meer dan genoeg. Ik vind dat er leuk uitzien niet duur hoeft te zijn. Goedkope kledingstukken gaan soms nog langer mee dan de prijzigere varianten. Je betaalt vaak alleen maar voor een bepaald merk of een bepaalde ontwerper, maar soms kunnen kledingstukken van een onbekend merk verrassend mooi zijn. Bekend is niet altijd hetzelfde als mooi. Dat vind ik.

Maar ik ben blij met de nieuwe mode, die ik zie als comfortabel. Misschien wat fantasieloos maar wel comfortabel en dat is naar mijn idee belangrijk. Door de steeds meer op elkaar lijkende dracht van mensen, jong en oud, man of vrouw of onbekend, vallen de verschillen tussen mensen weg en dat zie ik als positief. We zijn toch allemaal één familie ?.