Schoenenleed

Met de meeste aankopen ben ik voorzichtig en heel kritisch voor ik iets aanschaf. Het komt niet zo vaak voor dat ik een miskoop heb. Miskopen gebeuren bij mij sneller bij aankopen op internet. Ik kan me een miskoop herinneren van opzetstukken voor tandenborstels, een ‘antisnurk-apparaat’ dat totaal niet werkte en een jurk van een goedkope modeaanbieder die er niet uitzag als op het plaatje.

Maar waar ik me heel vaak in vergaloppeer, dat zijn schoenen. Ik heb jaren te kampen gehad met moeilijke en zelfs enigszins misvormde voeten. Inmiddels zijn de voeten hersteld door middel van operaties, maar het blijven nogal brede voeten, waarvan de linker ook nog ietsje langer en breder is dan de rechter.

Gisteren ging ik naar de stad met de tram, omdat daar meer keus is in sportschoenen. Omdat het een hete dag beloofde te worden, verwachtte ik niet veel mensen in de doorgaans propvolle winkels, waar vooral jongeren zich staan te vergapen aan de laatste trendy modellen. Ik loop het beste op sportschoenen en daarom ben ik veroordeeld me om de zoveel jaar te begeven in dat soort winkels.

Ik wil altijd zwarte schoenen. Zoveel als ik verder van kleur houd, zo totaal niet houd ik van gekleurde, dan wel witte schoenen. Het valt niet mee om zwarte sportschoenen die niet lomp overkomen te vinden voor vrouwen, want vrouwen hebben vooral keus uit sportschoenen in allerlei pasteltinten, die men kennelijk ziet als vrouwelijk

Maar om een lang verhaal kort te maken. Ik kocht gisteren een paar zwarte Nikes, die bij het aantrekken onmiddellijk goed leken te zitten. Ik paste de linker, mijn lastigste voet. Ik liep er even op en voelde niks knellen. Blij kocht ik de peperdure schoenen met 20 % korting.

Bij thuiskomst besloot ik ze binnen in te lopen. Ik ging ermee op mijn hometrainer. Karamba, ze zaten eigenlijk niet zo lekker. Ik dacht ook dat het maat 39 was, maar zag, kijkend op de doos, dat het 38.5 was. Op de bon staat dat afgeprijsde artikelen niet geruild kunnen worden. Maar ik heb de schoenen net en nog niet buiten gedragen en ik wil dezelfde passen in een halve of hele maat groter. Vandaag bel ik de winkel. Ik krijg een antwoordapparaat, waarin ik mijn boodschap kan inspreken, wat ik doe. Ik bel nog een paar keer, maar krijg geen persoon aan de lijn.

Ik voel me een enorme sukkel. Zo vaak overkomt het mij dat ik (de eens in de zoveel jaar dat ik schoenen nodig heb) dat ik de verkeerde schoenen koop. Ik ben onzeker in schoenenwinkels en kappers. Van de zenuwen gedraag ik me dan raar en te gehaast.

Zucht. Als ik geen gehoor krijg vandaag, ga ik met mijn schoenen in de doos op goed geluk nog eens naar de winkel. Op hoop van zegen. Anders was het een dure vergissing.

Het is gelukt! De telefoon werd niet opgenomen bij ’the athlete’s foot’, omdat ze in een verbouwing zitten en de telefoon tijdelijk is afgesloten. Ik werd geholpen door een andere verkoper dan gisteren. Ze hadden de schoenen die ik gisteren kocht niet meer in het zwart in een grotere maat, maar ik mocht andere schoenen uitzoeken. Ik heb nu mooie schoenen van het merk Cruijff. Dit keer luisterde ik niet naar de verkoper, die me maat 39 adviseerde. Ik kocht maat 40. Op de terugweg in de tram zat ik weer te stressen of de schoenen dit keer niet te groot waren. In mijn fantasie werden ze alsmaar groter en zag ik mezelf erin van voor naar achter glijden als in een boot. Maar dat bleek bij thuiskomst toch niet zo te zijn. Ze zitten perfect en ik heb bovendien 55 euro teruggekregen. Het leed is voorbij en nu hoef ik hopelijk een paar jaar geen schoenen meer te kopen.

Cruijff was niet alleen een goede voetballer en trainer maar in mijn ogen ook een sympathieke man. Ik vind het niet erg om zijn naam op mijn schoenen te hebben staan. Het doet me wel pijn dat Indonesische handen deze vervaardigd hebben voor een klein beetje geld. Daarom koop ik niet meer schoenen dan noodzakelijk.