Het is altijd weer een uitdaging. Als ik een schrijver die ik goed vind helemaal heb ´uitgelezen´, d.w.z. alle voor mij gratis beschikbare boeken van die schrijver heb gelezen, dan moet ik telkens weer zoeken naar een nieuwe schrijver of schrijfster die me aanspreekt.
Eén van mijn laatste favorieten was Jeroen Brouwers. Ik las ´bezonken rood´ en ´de zondvloed´. Beide boeken vond ik erg goed, maar toen ik daarna meer boeken van hem leende bij de digitale bibliotheek, vielen die boeken mij heel erg tegen. Ik zag interviews met hem op YouTube (uit de tijd dat hij jonger was en nog leefde). Daarin zei hij zelf dat de twee boeken die ik toevallig gelezen heb (één over zijn jongste jaren in het Jappenkamp) en één over hoe het verder ging (maar dan verpakt in fictie), dat die twee boeken eigenlijk alles samenvatten van wat hij te vertellen had. Dus ik had de twee belangrijkste boeken al gehad en ik liet hem verder dan ook links liggen. Ik had het gehad met zijn navelstaarderij, hoe goed zijn proza ook was.
Daarna las ik twee boeken van Arthur van Amerongen, ´Mambo Jambo´ en ´Brussel: Eurabia deel 1 en 2´. Ik vond beide boeken goed, maar had daarna wel weer genoeg van deze schrijver.
Nu ben in ik verdiept in het schrijfwerk van Henk van Straten. Na wat zijwegen. Remco Campert en Hugo Claus waren niks voor mij. Het fijne van lid zijn van een bibliotheek is dat je boeken die je niet boeien na een paar bladzijden kan negeren. Na drie weken zijn ze vanzelf niet meer te lezen op je e-reader. Je mag op elk moment 10 boeken op je boekenplank hebben. Meestal heb je dan dus alsnog voldoende leesvoer.
Maar om terug te komen op Henk van Straten. Ik had nog niet van deze schrijver gehoord, maar ik vind hem erg goed. Ik las eerst ´Bidden en vallen´. Ik las dat boek in een paar dagen uit. Het verhaal vind ik zo goed dat ik er ook na het lezen over ben blijven nadenken. In dit boek komt in mijn ogen heel goed naar voren dat mensen niet altijd zijn wat ze lijken. Dat ´slecht´ of ´goed´ zijn geen vastliggend gegeven is, maar heel sterk afhangt van omstandigheden en ervaringen. Nu ben ik zijn autobiografie aan het lezen met de titel: ´Wij zeggen hier niet halfbroer´, een eerlijk relaas van herinneringen uit zijn jeugd. Als ik dat boek straks uit heb, kan ik verder smullen van ´Berichten uit het tussenhuisje´.
Het is heerlijk als je een schrijver tegenkomt die je goed vindt en in wiens boeken je helemaal kunt opgaan. Ik heb over mezelf opgemerkt dat het voor mij belangrijk is dat iemand een verhaal heeft en daarnaast goed kan schrijven zonder veel tierlantijnen en toeters en bellen. Ik heb niks met intellectuele mooischrijverij.