Geheimen van een ouder wordend mens

Ik betrap me erop dat ik soms angstig ben voor dingen die vroeger doodnormaal voor mij waren en waarover ik niet eens nadacht. Ik denk zelf dat het te maken heeft met mijn leeftijd en mijn broze lichaampje. Eén lelijke val en ik kan mijn rug breken. Waarschijnlijk voel ik die weerloosheid, omdat dit gewoon een lichamelijk feit is met mijn osteoporose en op mijn gevorderde leeftijd.

Wat voorbeelden.

Als ik met mijn auto door de wasstraat moet, iets wat ik sporadisch doe en waarmee ik wacht tot de auto echt heel erg vies is, dan maak ik me vooraf stiekem een beetje druk of ik de wielen van de auto wel goed in de daarvoor bestemde gleuven zal rijden. Het is meestal een zinloze angst, want iedere keer weer haal ik opgelucht adem als ik eenmaal op de lopende band zit en mijn pasje opberg, terwijl ik zwarte klodders zeepschuim langs mijn ramen zie zakken. Een heerlijk gevoel van ‘het is weer gelukt’. Maar natuurlijk! waarom ook niet! Iedereen kan het en waarom dan ik niet, denk ik achteraf stoer.

Mijn post komt grotendeels digitaal. Ik heb me afgemeld voor elke vorm van drukwerk en ook geadresseerd drukwerk met commerciële doeleinden. Dus er komt bijna nooit post. Maar als er dan toch brieven door de brievenbus vallen, dan begint mijn hart een beetje te kloppen. Is het een onheilstijding of heb ik een boete? Gisteren waren er in één keer drie brieven met een wat onduidelijke afkomst. Op één ervan stond ‘vertrouwelijk’. Nog enger! Het bleken twee brieven te zijn met uitnodigingen voor inentingen. Eén voor een griepprik en de andere voor een coronaprik. Ik verscheurde ze beide. Wat dat betreft ben ik weer niet bang. De andere was een brief met een ingewikkeld verhaal en bevatte een pincode. Het hield verband met mijn nieuwe rijbewijs. Het schijnt zo te zijn dat je in de toekomst gevraagd kan worden om in te loggen met je rijbewijs in je DigD. Daarvoor hadden ze heel geheimzinnig een pincode meegestuurd onder een doorzichtig blaadje dat je moest scheuren van een grijs vlakje dat leek op een kraslot. De pincode stond dan op de binnenkant van het doorzichtige cellofaantje dat je had opengetrokken. Wat een ingewikkeld gedoe voor een code zie ze ook gewoon gedrukt kunnen sturen, want bij toekomstig gebruik ervan moet je hem direct veranderen in een zelf gekozen pincode die echter niet dezelfde moet zijn als de pincode die je nu hebt in je DigD. Daar is over nagedacht. Maar eng wel in al zijn geheimzinnigheid. En ook daarbij het verhaal dat het nu nog niet hoefde, maar misschien wel in de toekomst. De brief moest ik goed opbergen, werd benadrukt in de brief. Ik heb de code maar alvast ergens genoteerd op een alleen voor mij bekende plaats en de brief goed opgeborgen.

En zo zijn er meer dingetjes die ik nu eng vind en vroeger niet. Maar ik zie mijn angst fier in de ogen. Geheimen van een ouder wordend mens