Ik zag het al toen ik een plasje ging doen in de nacht van dinsdag op woensdag. De amplifier van het internet, die de modem van het de ene kant van het huis moet versterken tot in onze slaapkamer, knipperde oranje. Foute boel, dacht ik direct. Onderweg naar de WC zag ik dat de lampjes van de modem helemaal niet oplichtten in het donker en toen wist ik het zeker: het internet had het begeven.
De volgende ochtend lichtte ik de man naast me in. Hij belde direct zijn provider Jazztel om het euvel te melden. Nadat telefonisch gecheckt was dat er echt niets anders aan de hand was dan een kapotte modem, werd ons een nieuwe modem beloofd. Even later kregen we bericht dat deze morgen bezorgd zou worden.
We zaten dus ruim een dag zonder Wifi. Met mijn 3 gig mobiele internet hoopte ik twee keer te kunnen meedoen aan Nederland in Beweging op mijn telefoon en twee keer te kunnen fietsen met Netflix op de telefoon. De rest kon me niet veel schelen en uit zuinigheid zette ik de rest van de tijd mijn roaming uit.
Eigenlijk vond ik het wel heerlijk rustig, zo een dagje zonder internet. Ik luisterde niet naar de radio en las geen krant. Maar mijn kinderen zagen me ook niet online op whatsapp en dat vonden ze raar. Dus aan het einde van de dag, toen ik even mijn roaming aanzette, kreeg ik een bezorgde reactie van mijn zoon, de lieverd. Of het wel goed ging, want ik was zo stil. Ik kon ze geruststellen en nog net gauw mijn schoondochter feliciteren met haar vaste contract en toen verdween ik opnieuw uit de digitale ether.
Ik heb een boek van 404 bladzijden uitgelezen (Het smelt, geschreven door Lize Spit, een aanrader). En ik ben opgeschoten met mijn enorme canvas met de 7 paarden in zee.
Maar nu we sinds vanochtend weer internet hebben, vind ik dat ook fijn. Hoewel ik nú pas (om 19.35 uur) even achter mijn laptop heb plaatsgenomen. En dat was om een nieuw boek te downloaden op mijn ereader. Lezen is leuk en zet me altijd aan het denken en dromen. De figuren in een boek zijn soms zo levend en herkenbaar voor me, dat ik ze mis als het boek uit is. Ik blijf er vaak daarna nog over nadenken, alsof deze mensen uit het boek werkelijk bestaan.
Morgen gaan we voor een weekend naar de dochter van Ahmad. We hebben daar een mooi vakantiehuisje gehuurd, op loopafstand van waar zij wonen. Ik neem mijn camera en laptop mee en zal de lezer op de hoogte houden van dit familiebezoek. Op de heenweg zullen we in Arrahal langsgaan bij Encarna. Zij is de weduwe van Ahmads broer, die helaas een jaar gelden overleden is na een ziekbed.