De laatste tijd heb ik geen inspiratie voor het schrijven van stukjes. Gisteren besloot ik dat gebrek aan inspiratie te negeren en gewoon te gaan zitten voor mijn laptop en dan te kijken wat er gebeurt. Daar kwam een stukje over de I Tjing uit, al dan niet interessant voor de lezer.
Vandaag doe ik het weer. Na de dagelijkse spelletjes rummikub ben ik weer voor mijn laptop gaan zitten.
Vandaag heb ik al mijn verloren pasjes weer in mijn bezit, inclusief afvalpas. Alleen het rijbewijs moet ik maandag nog ophalen. Ik ‘kreeg’ ook een nieuw kentekenbewijs van het RDW en enkele dagen later per brief de nieuwe tenaamstellingscode, van belang voor het eventueel verkopen van mijn auto.
Ik heb de code ook bewaard op mijn externe schijf, waarop ik alle belangrijke documenten heb staan. Zo kwam ik ineens met Ahmad te spreken over wat er moet gebeuren met ons lichaam na de dood. Ikzelf kies voor een natuurgraf en Ahmad zou dat ook het liefst kiezen, maar in Spanje bestaat die mogelijkheid van begraven nog niet, meent hij. Je kunt daar kiezen tussen bijgezet worden in een laadje, zoals dat ook gebruikelijk is in Italië, of cremeren volgens Ahmad. Aangezien Ahmad niet in een laadje gestopt wil worden, kiest hij dan maar voor cremeren.
Ik vraag hem of hij dan niet liever hier begraven wil worden in een natuurgraf. Probleem is dat zijn verzekering waarschijnlijk geen transport van Spanje naar hier gaat financieren als hij daar mocht overlijden, maar dat het omgekeerde wel het geval is.
Ik kom tot de conclusie dat je beter zelf een spaarpotje voor je graf kan aanleggen tijdens je leven, zodat je zelf kan bepalen wat er met het geld gebeuren moet. Begrafenisondernemingen leggen je van alles op wat je helemaal niet wil, zoals rouwkaarten, volgauto’s en plakken kleffe cake.
Zelf zit ik ook aan DELA vast, maar die onderneming biedt kennelijk meer mogelijkheden dan de Spaanse begrafenisondernemingen.
Ahmad vindt het niet zo een leuk onderwerp. Logisch, we willen allebei liever niet denken aan de dood van vooral niet die van de ander. We willen elkaar niet missen.
Aan de thee begin ik er weer over. Ik ben dan nog bezig dit stukje te schrijven. ‘Kijk nog even na of ecologische begraafplaatsen echt niet bestaan,’ zeg ik en Ahmad rent meteen enthousiast naar zijn telefoon om dit na te kijken. Hij komt erachter dat een zichzelf ecologisch noemende natuurbegraafplaats al bestaat in Valencia en dat er ook aan gewerkt wordt om deze te gaan realiseren in Andalusië. Dus cremeren hoeft misschien echt niet!
Toch wel goed dat ik een beetje heb doorgedramd. Ik kan de gedachte niet verdragen dat mijn liefste zich zou laten verbranden. Deze natuurman verdient een natuurgraf. Mocht ik langer in leven zijn, dan ga ik ervoor ijveren dat hij zo een graf krijgt.