Als iemand iets schrijft, heeft deze daarbij achterliggende gevoelens en gedachten, die hij/zij wil overbrengen. Als een lezer iets leest dat geschreven is door een ander, maakt de lezer er zijn eigen verhaal van. De woorden die geschreven zijn kunnen op veel manieren ingevuld worden. Als ik bijvoorbeeld schrijf over een hond en ik definieer niet hoe die hond eruit ziet, dan kan het zijn dat ik een grote witte hond voor me zie en dat de lezer een klein zwart hondje voor zich ziet. Dat is ook het leuke en bijzondere van lezen in vergelijking met kijken naar een film of serie. Het verhaal dat je in geschreven woorden gepresenteerd krijgt kan je naar je eigen fantasie en volgens je eigen referentiekader invullen.
Dat is een mooi kenmerk van schrijven en gelezen worden. Maar als een lezer een reactie geeft op het gelezene en de schrijver leest die reactie, dan kan de schrijver verrast worden door deze reactie. Dat overkwam mij vanmorgen, toen ik de reactie las van mijn goede vriend Theo, die ik ken van jaren terug en van wie ik dacht dat hij mij goed kent. Toch voelde ik me onbegrepen en dat neem ik hem helemaal niet kwalijk. Ik ben niet altijd duidelijk genoeg, denk ik dan.
Ik wil mijn lezers niet vervelen met verhalen over mijn gelukkige leven in Nederland en Andalusië. Het is saai om te lezen dat iemand gelukkig en tevreden is met haar leven en het kan zelfs wrevel en jaloezie opwekken. Mijn vriend dacht dat ik me verveelde. Dat is niet het geval. Maar wel is het zo dat ik de lezer niet wil vervelen met kijkjes in mijn leven dat voor een ander waarschijnlijk minder interessant is dan voor mezelf.
Ondanks dit euvel, dat woorden maar woorden zijn en dat deze een beperkt middel zijn om dingen over te brengen zonder misverstanden, ga ik nu toch door met schrijven, zoals ik beloofd heb, elke dag of in ieder geval zo vaak mogelijk een stukje. Lees het zoals je wilt.
Vandaag schrijf ik zelfs twee stukjes. Het volgende zal gaan over la borriquita.