Referentiekader en richtlijnen

De zon komt op boven de kustlijn van Malaga (jammer dat die antenne zo het zicht verstoort 😉)

In het vorige stukje had ik het over Allah/God (zoals ik Hem beleef) als Luisteraar die niet antwoordt, maar mij wel dichterbij de antwoorden kan brengen die al verborgen zitten in mijn ziel. Ik heb daar veel aan gehad en nu nog helpt het mij om over dingen na te denken en antwoorden te vinden op vragen.

Maar naast deze belangrijke rol die Allah/God vervult is Hij voor mij een belangrijk referentiekader. Een moslim is in de regel bekend met 99 heilige namen van Allah. Deze namen benoemen de Goede Eigenschappen die Allah bezit en die een voorbeeld vormen voor de gelovige. Deze 99 namen zijn slechts een deel van de heilige namen die er bestaan voor Allah. Er zijn er veel meer, maar die zijn voor de meeste mensen verborgen, zoals soefi-heiligen ons vertellen. Maar in het kort komt het erop neer dat Allah Perfectie vertegenwoordigt. Dat kan je zien door alleen maar te kijken naar de natuur, zoals Allah die geschapen heeft. Hoe mooi zit alles in elkaar en hoe in harmonie en in evenwicht is alles , mits niet verstoord door de mens. Als je kijkt naar de schoonheid en puurheid van het dieren- en plantenrijk en het sterrenstelsel, dan kan je je alleen maar met open mond verwonderen over de perfectie daarvan. Net als over het wonder van bevruchting, geboorte en ook de dood.

Ik kan Allah niet zien, maar ik weet dat Hij mij wel ziet, waar ik ook ben. Allah ziet de kleinste beweging op aarde, zelfs die van een vleugel van een mug. Met die gedachte leef ik. En hoewel ik weet dat ik nooit perfect zal zijn, omdat dat een mens niet gegeven is, kan ik wel proberen zo goed mogelijk te leven. En de Goede Eigenschappen van Allah en wat ik heb gelezen aan richtlijnen voor het leven in de Koran helpen mij daarbij. Overigens wijken de richtlijnen die in de Koran gegeven worden nauwelijks af van de richtlijnen in de Bijbel, de Thora en de Psalmen. In de koran wordt ook gerefereerd aan deze andere drie heilige boeken. Er hebben 124.000 profeten geleefd, die allemaal kwamen met eenzelfde boodschap. Iets wat ook telkens herhaald wordt in de Koran. Daarom begrijp ik niet de strijd om het gelijk die er is tussen diverse godsdiensten en spreek ik vaak over Allah/God. Ik leef of Allah/God mij ziet op elk moment en ik probeer me zo te gedragen dat Allah daar tevreden over kan zijn. Meer kan ik niet doen.

Je zou dus kunnen zeggen dat Allah mijn geweten vertegenwoordigt en dat Zijn richtlijnen/ adviezen mij daarbij een groot houvast geven. Godsdienst is advies (naseeha).

Praten met God

Toen ik klein was praatte ik met God als ik ergens mee zat. Ik begon dan altijd met de woorden: ´o God, nu bid ik u´. En dan stortte ik mijn hart uit. Dat deed ik altijd stilletjes als ik al in mijn bed lag. Ik praatte niet hardop. Ik had in die tijd wel geloof in God maar wist het nog niet te plaatsen in een religie. Dat gebeurde pas veel later.

Het praten met God gaf mij veel troost. Ik kon zo al mijn gedachten kwijt die ik niet met anderen kon delen, zelfs niet met mijn lieve broer. Wat dit betreft voelde ik me door niemand begrepen en al helemaal niet door mijn ouders, die atheïst waren. Op de katholieke school waarop ik als klein kind zat vond ik ook geen herkenning voor mijn geloofsbeleving. Integendeel, ik werd een keer voor de klas geroepen en moest toen aan de kinderen in de klas vertellen wat er met mij zou gebeuren, omdat ik niet katholiek was. Ik moest zeggen dat ik in de hel zou komen. Dat maakte eigenlijk niet eens zoveel indruk op mij. Erger vond ik het dat de nonnen deden of ik er niet was als ik met korte mouwen liep of als ik geen rokje over mijn lange broek droeg. Ik was heel bang voor de nonnen maar niet voor God zoals ik die zag met mijn kinderogen.

Mijn hele leven is mijn geloof mijn troost geweest en in plaats van met een psycholoog of psychiater te praten deelde ik in de meest benarde tijden van mijn leven mijn zielenroerselen liever met God.

En nu, terugkijkend, zie ik daar de logica van in. God geeft in de regel geen antwoord, maar luistert alleen maar. Hij vormt een spiegel waar je in kan kijken. En dat is naar mijn idee de enige hulp die een mens zich kan wensen van iets of iemand buiten hemzelf. Een goede psycholoog of therapeut komt niet met antwoorden maar helpt je om jezelf de goede vragen te stellen. De antwoorden vind je in jezelf. En die antwoorden kan je ook vinden als je met God praat.

In nood zoeken mensen naar hulp. Als je ziek bent, zoek je heling bij een arts en als je mentaal ergens mee zit kan je je wenden tot vrienden, tot een geestelijke of tot een psychisch hupverlener.

Wat mij daarbij tegenhoudt is dat je dan vaak naast je eigen geestelijke ballast ook die van de goedbedoelende hulpverlener over je heen krijgt. Ik heb ben zelf psycholoog en weet hoe beperkt de kennis is die deze studie oplevert. Daarom heb ik altijd de voorkeur gegeven aan Allah/God (zij het of Hij nou bestaat of een door de mens gefabriceerde Constructie zou zijn). Allah zwijgt en hoort mij aan en Allah is Perfect en heeft het beste met me voor. Ik kan Allah vertrouwen. In alle geloven wenden mensen zich tot God. Uiteindelijk zit alle wijsheid in jezelf. Zoals de profeet Mohamed al zei: ´Je kan Allah niet kennen, maar door jezelf te kennen kom je dichter bij Allah´ (in mijn woorden naverteld).

Tegenwoordig hebben veel mensen het geloof in God afgezworen. Daarmee is een vertrouwd houvast voor mensen verdwenen. Bij tegenslag of schokkende gebeurtenissen zoeken mensen toch naar een houvast. De vraag naar psychologische hulp in de vorm van therapieën of in de vorm van psychofarmaca is groot. Zo groot dat er wachtlijsten zijn in de geestelijke gezondheidszorg. Allerlei coaches bieden zich aan om dit gat te vullen. Het vak coach is niet beschermd door een vakvereniging. Iedereen kan zich coach noemen en daar goed aan verdienen.

Overtuigingen

Toen we gisteren op de terugweg waren van onze mooie wandeling en liepen in de schaduw en de frisse wind ons heerlijk afkoelde zei Ahmad ineens uit het niets: ´Eigenlijk weet ik niet eens zo zeker of er wel een God bestaat, maar voor mij is wel zeker dat het idee van een Volmaakte Entiteit een troost en houvast is voor de mens´. ´Ja, hè,´ bevestig ik wat hij zegt. ´Een referentiepunt, dat nergens anders mee te vergelijken is.´ ´Wat dat betreft komen alle heilige boeken dan tot dezelfde conclusies en beschrijvingen,´ zegt Ahmad. ´Precies, en daarom begrijp ik niet waarom gelovigen van diverse godsdiensten elkaars geloof bestrijden. De essentie komt toch bij alle geloven op hetzelfde neer,´ zeg ik.

´Wat ik ook niet begrijp,´ zeg ik dan ´is dat mensen van een bepaalde geloofsrichting ook soms waarschuwen dat je alleen maar moet omgaan met mensen van hetzelfde geloof. Dat zie ik bij veel geloven gebeuren en zelfs bij de soefi-gemeenschap waar ik me een tijd in bevond. Ikzelf beleef dat anders. Naar mijn overtuiging maakt Allah/God geen onderscheid tussen Zijn schepselen. Hij houdt van allemaal. Ook profeten als Jezus en Mohamed gingen niet alleen maar om met geloofsgenoten. Jezus hield zich op met marginalen en zelfs prostituees. En ook Mohamed was vriendelijk en toegankelijk voor alle mensen om hem heen, ongeacht hun geloof. Sommigen besloten hierdoor zich te bekeren maar dat ging nooit onder dwang.

Mensen willen zich altijd bevinden in hun eigen kring. Dat voelt het meest vertrouwd. En als een mening of overtuiging erg afwijkt van de groep waartoe je behoort dan kan dat als een bedreiging worden ervaren. Maar dat geldt niet alleen voor mensen die een geloof belijden, maar evengoed voor mensen met een uitgesproken mening op welk vlak dan ook. Ik zie het overal om me heen. In de gesprekken die ik voer of hoor, in de kranten en op twitter. Er zijn diverse groepen te onderscheiden die een bepaalde overtuiging hebben. Onderling zijn ze het eens en vinden zij het vanzelfsprekend dat hun mening de enige juiste is. De ´anderen´ die een tegenstrijdige mening hebben moeten het dus bij het verkeerde eind hebben.

Shabnam geeft college 😄 Grote opkomst!

Vroeger leerde ik in mijn studie over de dissonantietheorie. Die theorie houdt in dat een mens moeilijk kan leven met tegenstrijdigheden. Een voorbeeld: als iemand die je graag mag over dingen hertzelfde denkt als jij, dan bevestigt jou dat in je mening. Er is dan een congruentie tussen jouw waardering voor die persoon en diens ideeën, omdat ze overeenstemmen met wat jij vindt. Als die bevriende of door jou gewaardeerde persoon een mening verkondigt die afwijkt van wat jij vindt, dan kan dat een soort ´kortsluiting´ in je hoofd geven. Er is dan een dissonantie tussen de waardering die jij voelt voor deze persoon en datgene wat hij vindt, omdat zijn mening totaal niet overeenstemt met wat jij vindt. Wat iemand gaat doen om uit deze ´dissonantie in zijn hoofd´ te komen is ofwel proberen de ander te overtuigen van een andere zienswijze met argumenten ofwel de ander minder gaan waarderen.

Op Twitter zie je dat laatste in extreme vorm voorbij komen. Mensen die het niet eens zijn met een ander gaan vaak niet in gesprek met argumenten of feiten, maar schelden de ander uit voor dom en erger. Zelfs in politieke debatten zie je dat gebeuren. Mensen lijken er niet goed mee te kunnen leven dat niet iedereen hetzelfde denkt en dezelfde mening heeft over dingen als jij of ik of hij of zij. Dat is wel jammer, want de gemoederen raken daarbij verhit en het lost niets op.

Mooi vers uit de Koran

De koran bevat een rijkdom aan raadgevingen (naseeha). Sommige verzen zijn troostrijk en spiritueel, net als veel passages uit de bijbel. De bijbel heeft ook een rijkdom aan mooie passages die qua inhoud vaak overeenkomen met passages uit de koran. En evenals in de bijbel zijn ook in de koran andere passages weer moeilijker te begrijpen en te verwerken. Je moet de heilige teksten qua letterlijke feiten en adviezen die daarmee samenhangen plaatsen in de tijd. Sommige passages moeten letterlijk genomen worden en andere overdrachtelijk. Daarvoor wordt gewaarschuwd in de koran zelf. Veel verzen zijn gericht tot de profeet Mohammed. In die verzen lees je hoe Allah de profeet Mohammed toespreekt. Het zijn de verzen die mij het meest ontroeren, omdat Allah in die verzen voor mij aanvoelt als een Trooster en Raadgever voor Zijn laatste profeet. De woorden zijn zo bemoedigend dat ze mijn hart raken en dat is dan ook een reden dat ik me na het lezen van de Koran in 1977 wilde bekeren tot de islam, wat ik op 1 april 1978 daadwerkelijk deed.

Ik wil hier één van die verzen die mij diep ontroeren delen. Ik las het vers voor de eerste keer in de beroemde vertaling: ´The meaning of the glorious quran´ vertaald door MarmadukePickthall. Sura 94

  1. AL-INSHIRAH: THE EXPANSION
    1 Have We not caused thy bosom to dilate,
    2 And eased thee of the burden
    3 Which weighed down thy back;
    4 And exalted thy fame?
    5 But lo! with hardship goeth ease,
    6 Lo! with hardship goeth ease;
    7 So when thou art relieved, still toil
    8 And strive to please thy Lord.

En hier in een andere vertaling: compleet met de Arabische tekst:

Ik heb de koran gelezen in diverse vertalingen. Die van Pickthall raakt mijn hart het meest.

De Nederlandse vertalingen hebben mij nooit zo geraakt als de Engelse. Hier een voorbeeld van een vertaling in het Nederlands.

Ik had ooit het plan om Arabisch te leren om de originele tekst te kunnen lezen, maar het is er nog niet van gekomen het Arabisch te leren begrijpen. Ik kan alleen Arabisch lezen en reciteren zonder te begrijpen en moet het doen met de vertalingen. Enkele verzen, zoals deze, ken ik uit mijn hoofd en deze verzen kan ik in het Arabisch reciteren in mijn gebeden, waarbij ik dan de betekenis van wat ik zeg begrijp, omdat ik de vertaling ken. Dat is een kans die ik 5 keer per dag krijg, als ik me even terugtrek op mijn bidkleedje.

Misschien is dit voor de lezer saai om te lezen. In mijn leven is het heel belangrijk. Als ik in 1977 niet toevallig de koran in boekvorm had gekocht in de vertaling van Marmaduke Pickthall voor 111 gulden (wat in die tijd duur was voor een boek!) en deze niet als eerste vertaling (van alle vertalingen die ik daarna las) van de heilige koran gelezen zou hebben, dan was ik waarschijnlijk geen moslim geworden. Geen vertaling heeft me daarna ooit nog zo bekoord. Toevallig is het ook de vertaling waarnaar Sheikh Nazim (die jaren later in mijn leven kwam) telkens refereerde. Ik leerde van Sheikh Nazim van 1996 tot 2014. Wat een toeval. Allah´s wegen zijn niet te doorgronden.

Smeekbede

Soera 113, Al-Falaq (De dageraad)

1قُلْ أَعُوذُ بِرَبِّ الْفَلَقِ ﴿١﴾

Zeg: “Ik zoek bescherming bij de Heer der dageraad.


2مِن شَرِّ مَا خَلَقَ ﴿٢﴾

Tegen het kwaad dat Hij geschapen heeft.


3وَمِن شَرِّ غَاسِقٍ إِذَا وَقَبَ ﴿٣﴾

En tegen het kwaad van de donkere nacht wanneer hij aanbreekt.


4وَمِن شَرِّ النَّفَّاثَاتِ فِي الْعُقَدِ ﴿٤﴾

En tegen het kwaad van hen die op knopen blazen.


5وَمِن شَرِّ حَاسِدٍ إِذَا حَسَدَ ﴿٥﴾

En tegen het kwaad van een jaloerse wanneer deze jaloers is.”

Sura Al-Falaq

Soera 114, An-Nās (De mensheid)

قُلْ أَعُوذُ بِرَبِّ النَّاسِ ﴿١﴾

Zeg: “Ik zoek bescherming bij de Heer van de mensen.


2مَلِكِ النَّاسِ ﴿٢﴾

De Koning van de mensen.


3إِلَٰهِ النَّاسِ ﴿٣﴾

De God van de mensen.


4مِن شَرِّ الْوَسْوَاسِ الْخَنَّاسِ ﴿٤﴾

Tegen het kwaad van de wegsluipende influisteraar.


5الَّذِي يُوَسْوِسُ فِي صُدُورِ النَّاسِ ﴿٥﴾

Degene die in de harten van de mensen influistert.


6مِنَ الْجِنَّةِ وَالنَّاسِ ﴿٦﴾

Van de djinn en de mensen.

Dit zijn de twee laatste sura´s van de Koran.

Als nieuw schilderproject denk ik erover deze twee sura´s in kalligrafie te kopiëren op aquarelpapier en deze mooie (en beschermende) teksten te decoreren met bloemetjes en blaadjes. Zo kan ik de aquarelpotloden die ik kreeg van de kinderen van Ahmad gebruiken. Ik moet wel eerst oefenen. Ik heb nog nooit met aquarel gewerkt.

Echte vrienden bestaan niet

Althans in mijn leven. Ik heb veel vriendschappen gehad en voor mij voelde dat vooral als ´met elkaar voortwandelen door het leven´. Als kind nam ik vriendschap en trouw heel serieus, maar helaas werd ik een aantal keren daarin erg teleurgesteld. Mijn ´beste vriendinnetjes´ lieten het herhaaldelijk en in diverse situaties als het nodig was om voor mij op te komen afweten. Als kind al verbaasde ik me erover hoe veranderlijk mensen en kinderen waren in hun trouw en vriendschap. Ik bleef echter altijd uitgaan van het goede en eerlijke van de mensen om mij heen, ook al voelde en merkte ik vaak intuïtief dat dit niet klopte.

Ik denk dat de vriendschappen in je jeugd het belangrijkst zijn voor je verdere leven. Je bent dan nog heel vatbaar voor indrukken en gebeurtenissen maken meer indruk dan in de rest van je leven. Je kijk op het leven wordt dan gevormd. Sommige mensen hebben het geluk dat ze op één plek blijven en hun vriendschappen kunnen blijven onderhouden. Als je eenmaal volwassen bent en misschien een gezin sticht en waarschijnlijk in ieder geval een groot deel van je tijd werkt, dan raken vriendschappen meer op de achtergrond. Je hebt eenvoudig minder tijd.

Bij mij is het zo gegaan dat ik eigenlijk vanaf mijn studententijd nogal een geïsoleerd bestaan heb geleid. Ik was er voor mijn kinderen en de rest was ruis om mij heen.

Ik heb heel wat spannende momenten gekend in mijn leven, waarin ik hulp van een ander nodig had. Het gekke is dat de onverwachte hulp dan nooit van een vriend of vriendin kwam, laat staan van mijn familie. (Kinderen, ik heb het nu niet over jullie. Ik weet dat jullie altijd voor mij klaarstaan! Maar veel is gebeurd toen jullie nog niet in mijn leven waren of nog te klein.) Op die momenten kreeg ik, gek genoeg, altijd en precies op tijd hulp van een persoon die dan als het ware door God gezonden leek.

God/Allah is voor mij niet een ´man met een baard op een wolk´. Allah is Liefde en Allah verschijnt aan mij door mensen die Hij op mijn pad stuurde in mijn meest duistere momenten. Vrienden zijn voor mij de mensen die mij hielpen als een werktuig van Gods Liefde op het moment dat dit nodig was.

Zoals men zegt: in tijden van nood leert men vriend en vijand pas kennen. Zo is dat voor mij ook geweest. Een vriend heb je niet altijd voor het leven maar soms slechts voor even. Maar zo een vriend vergeet je niet meer. Terwijl de vrienden met wie je veel tijd hebt doorgebracht niet altijd zo een blijvende indruk achterlaten. Het was leuk met hen, zolang je dezelfde richting opliep samen, maar uit het oog betekende meestal dan ook uit het hart.

Wat ik nu merk is dat ik nog het meeste voel voor de mensen die ik ken van lang geleden. Ik zie ze niet veel of soms zelfs niet, maar ik weet dat ze nog in leven zijn en ik voel voor ze omdat ik herinneringen met ze deel. Het is nostalgische vriendschap en interesse van mijn kant. Ik wil dat het goed met ze gaat en dat ze nog lang blijven lopen op deze planeet, al lopen ze niet met mij op. Het is een soort ´heimwee vriendschap´. Er is al zo veel niet meer en alles verandert en niets blijft. Maar die mensen zijn er nog en dat geeft me een soort rust.

Nieuwe vrienden maken op mijn leeftijd is eigenlijk niet te doen. Je kan samen gaan oplopen, maar dat geeft dan niet hetzelfde gevoel als in je jonge jaren. Het hoeft dan ook voor mij niet. Laat ik het zo zeggen: in wezen is de hele wereld mijn vriend. We zijn allemaal maar ´lonesome hobos´ die ronddwalen op deze planeet en iedereen kan wel wat aandacht gebruiken. Ik heb alle tijd om die te geven. En ik vind mensen nog steeds boeiend. Maar echte vrienden? Nee, ik heb ze niet. Allah is mijn enige echte Vriend.

Mijn islambeleving

Al een tijd heb ik het in mijn weblog niet meer over mijn geloof. Ik heb het idee al lang losgelaten dat ik als Nederlandse moslim een brug zou kunnen slaan tussen Nederlandse normen en waarden en de islam als godsdienst. Ik belijd mijn geloof nu stilletjes en onopvallend, wat ik overigens altijd al deed, maar nu heb ik al jaren geen behoefte meer om over mijn geloof te schrijven in dit weblog.

De afgelopen tijd heb ik een paar boeken gelezen van Arthur van Amerongen. Als laatste zijn boek Eurabia (deel 1 en 2). De schrijver, die komt uit een streng protestants milieu, is opgegroeid met een grote angst voor hel en verdoemenis. Dit is dan weer in tegenspaak met zijn latere zucht naar drugs, drank en seks. Of misschien juist begrijpelijk (dat ligt eraan hoe je het bekijkt). Je zou dat laatste ook als een vlucht kunnen zien voor een diepe angst.

Ik ben een paar boeken van hem gaan lezen omdat ik een keer een column van hem las die ik erg goed geschreven vond. Zo werd mijn interesse in deze schrijver gewekt. Tot mijn verrassing las ik in zijn boek Eurabia dat hij als verslaggever in het Midden Oosten serieus heeft overwogen om zich te bekeren tot het Joodse geloof en kort daarna tot de islam. Die sympathie voor het islamitische geloof ontstond bij hem doordat hij in aanraking kwam met moslims in Palestina en hoe deze leefden met elkaar. Hij studeerde vervolgens Hebreeuwse talen en het Arabisch en hij ging zich serieus verdiepen in de Islam. Later ging hij nog verder uitzoeken wat de islam als geloof inhield in Brussel, waar een flink aantal salafistische moskeeën in die tijd al de boventoon voerden. Hij stopte lange tijd met drugs en drank en leefde als een serieuze devote moslim, die 5 keer per dag de salat verrichtte. Hij bezocht zaaltjes waar overwegend salafistische imams en bekeerlingen predikten en lezingen gaven en hij was verbijsterd door de bekrompenheid, vreugdeloosheid en strengheid waarop deze mensen hun geloof uitdroegen. Velen hadden niet eens de Koran of Hadith gelezen, maar plukten hun kennis over de islam van internet. Veel bekeerlingen waren in het verleden criminelen, die in de gevangenis ´het licht´ hadden gezien. Hij zag en hoorde overal geluiden die erop wezen dat deze mensen niet ver verwijderd waren van radicalisering. Tegen de niet islamitische buitenwereld deden zij zich voor als gematigd en beweerden ze dat hun geloof er één was van louter liefde, maar onder elkaar in de zaaltjes gaven ze openlijk hun minachting te kennen aangaande de westerse manier van leven. Ze gaven af op joden en op de westerse ´heidenen en christenhonden´ in het algemeen.

De schrijver heeft zich lange tijd ondergedompeld in deze wereld en kwam er gedesillusioneerd uit. Hij beschreef dit alles in zijn boek Eurabia en dat werd hem door velen niet in dank afgenomen. Van zijn voornemen om zich te bekeren tot de islam is niets terecht gekomen. Hij stortte zich weer in zijn oude leven van seks, drugs en drank, maar bleef ook daarna goed schrijven.

Ik herken me wel een beetje in de gevoelens die de schrijver beschreef. Ik kan me voorstellen dat hij moslim wilde worden, toen hij aan den lijve ondervond hoe de belijders van dit geloof in het Midden Oosten zich gedroegen onder elkaar en tegenover hem. En ik begrijp zijn teleurstelling later, toen hij een flink aantal Europese belijders van dit geloof in Brussel leerde kennen. Hoe hij daarop afknapte.

Hij citeert op een gegeven moment in zijn boek Cat Stevens (Yusuf Islam), die zich jaren geleden bekeerde tot de islam. Deze heeft eens gezegd dat hij ´blij was dat hij de islam had leren kennen voordat hij moslims leerde kennen´. Dat begrijp ik helemaal. Ook ik werd moslim toen ik de islam leerde kennen door het lezen van de Koran. Ik wilde me bekeren, omdat ik de Koran mijn hart raakte. Later heb ik veel moslims ontmoet in wier geloofsbeleving ik me helemaal niet herkende. Ik heb er zelfs een afkeer van hoe mensen hun geloof gebruiken om anderen te veroordelen of af te wijzen. Ik wil daar niets mee te maken hebben en daarom houd ik me nu gedeisd. Het geloof zit in mijn hart en ik weet nu dat het niet overdraagbaar is. Ik herken me in alle gelovigen, van welke geloofsrichting zij ook zijn. De basisregels zijn universeel en zijn helder als je luistert naar je geweten. Lange baarden, jurken en hoofddoeken zeggen mij daarbij niets.

Gelukkig zijn

Mijn vriend P. (de P. die niet ernstig ziek is) was er verbaasd over dat ik zei dat dit de gelukkigste fase in mijn leven tot nu toe is. Hij zei dit totaal niet te herkennen, omdat hij het helemaal niet prettig vindt om oud te zijn. Ook ik vind het jammer dat ik nu door een wat zwakker lichaam dan voorheen minder kan dan in mijn jongere jaren. Maar daar weegt tegenop dat er nu ook minder gedaan hoeft te worden en het leven een stuk gemakkelijker is als gepensioneerde met kinderen die allen hun eigen leven hebben.

Ik ben gaan nadenken. Hoe kan het toch dat zo weinigen van mijn leeftijd zich herkennen in mijn gelukbeleving als oudere?

Ik zie het antwoord daarop als volgt. Als je veel hebt moeten afzien gedurende een aanzienlijk deel van je leven, dan voelt al het geluk en gemak van leven wat je daarna ten deel valt als een hemel op aarde. Heb je in je jongere jaren veel plezier gekend en veel moois mogen meemaken, dan kan op je oude dag het leven tegenvallen als bepaalde goede omstandigheden die je hebt gehad in je leven wegvallen.

Ik behoor, denk ik, tot de kleine groep mensen die in haar jongere jaren veel heeft moeten missen en dat komt (besef ik heel goed) voor een groot deel door domme keuzes die ik zelf maakte. En die keuzes werden weer bepaald door een totaal gebrek aan zelfvertrouwen, wat weer veroorzaakt werd door ervaringen in mijn jeugd. Telkens merkte ik wel dat een onzichtbare welwillende ‘hand’ mij wegtrok uit uiterst penibele en vervelende situaties. En uiteindelijk mag ik nu ervaren dat alles alsnog is goed gekomen. Alhamdullillah! Dank u, o God.

Ik ben samen met de liefde van mijn leven. Als ik met hem ben maakt het mij niet uit waar ik me bevind. Ik ben gelukkig naast hem. Met mijn kinderen, die allemaal ook door pieken en dalen zijn gegaan en om wie ik me veel bekommerd heb, gaat het nu alle vier goed. Ze zijn gelukkig met hun partners, werk en hun kinderen. Ik heb met hen allemaal een mooi en goed contact. Ze redden zich nu wel, ook al zou ik er niet meer zijn en dat geeft mij veel rust.

De gelukkige jaren die ik nu mag meemaken zijn een cadeautje. Voor mij is het altijd belangrijk geweest nuttig te zijn voor een ander. Ik heb lange tijd gedacht nog niet te mogen sterven, omdat ik hier nog nodig was. Dat idee heb ik nu niet meer. Ik kan nu wel gaan 😉, maar zal daar zelf nu zeker niet voor kiezen. Want ik ben veel te gelukkig met mijn vredige en kalme leven nu. Als de tijd echter komt, dan ga ik met een gerust hart.

Soebhan Allah. Alles is te danken aan Allah. Zonder Allah ben ik niets. Ik moet nu denken aan het volgende gedicht:

Voetstappen in het zand

ik droomde eens en zie
ik liep aan ’t strand bij lage tij.
Ik was daar niet alleen,
want ook de Heer liep aan mijn zij.

We liepen samen het leven door,
en lieten in het zand,
een spoor van stappen; twee aan twee,
de Heer liep aan mijn hand.

Ik stopte en keek achter mij,
en zag mijn levensloop,
in tijden van geluk en vreugde,
van diepe smart en hoop.

Maar als ik het spoor goed bekeek,
zag ik langs heel de baan,
daar waar het juist het moeilijkst was,
maar één paar stappen staan.

Ik zei toen “Heer waarom dan toch?
Juist toen ik U nodig had,
juist toen ik zelf geen uitkomst zag,
op het zwaarste deel van mijn pad..”

De Heer keek toen vol liefde mij aan,
en antwoordde op mijn vragen;
“Mijn lieve kind, toen het moeilijk was,
toen heb ik jou gedragen…”

– Mary Stevenson

Werkelijk voelt het zo voor mij als ik terugkijk op mijn leven.

Wat betekent geloven in God / Allah voor mij?

Vannacht werd ik wakker om 3 uur. Na het ochtendgebed een klein half uurtje later kon ik niet gemakkelijk inslapen. Ik dacht: laat ik deze tijd benutten om me dingen af te vragen. Wat betekent het geloven in God/ Allah voor mij?

Vanaf dat ik een klein kind was geloof ik in het bestaan van een God. Waarom dat zo is kan ik niet verklaren. Hoe ouder ik werd, hoe moeilijker het voor mij werd om dit godsbesef te gieten in een bestaande godsdienst. Uiteindelijk besloot ik dat er in ieder geval een Hogere Intelligentie moest zijn achter alles wat gebeurde of zoals ik het toen in gedachten noemde: kosmische wetten die overal gelden en die perfect zijn. Ik hield een schriftje bij van gebeurtenissen en de consequenties daarvan en probeerde zo uit te zoeken wat de overeenkomsten waren in alle gebeurtennissen en hun gevolgen. Ik ontdekte dat er niet altijd een causaal verband hoeft te zijn tussen gebeurtenissen, maar dat het ook een een correlatie kan zijn tussen gebeurtenissen. Dat wil zeggen dat gebeurtenissen gelijktijdig kunnen plaatsvinden zonder oorzakelijk verband. Ik ontdekte dat wat men ‘toeval’ noemt een uiting kan zijn van zo een correlatie tussen gebeurtenissen. Ik zag betekenis in beide typen verband en probeerde op mijn manier inzicht te krijgen in de kosmische wetten. Het bleef natuurlijk een heel gezoek zonder einde.

Toen ik nog wat ouder was en inmiddels psychologie studeerde hield ik me in mijn vrije tijd bezig met het bestuderen van allerlei geloofsrichtingen en filosofische inzichten. Met name zocht ik naar overeenkomsten tussen de godsdiensten, die mogelijk waarheid konden bevatten. Ik herkende me vooral in het oosterse denken dat meer belang hecht aan het samenvallen van gebeurtenissen dan aan causale verbanden. In mijn psychologiestudie kwam deze manier van kijken naar de wereld vooral tot uiting in de Gestalt psychologie.

Kort na het behalen van mijn doctoraal in de psychologie bekeerde ik me tot de islam, een voor velen onbegrijpelijke keuze.

Nu, 45 jaar later, vraag ik me ook soms af waarom ik heb gekozen voor de islam als godsdienst. Ik herken me niet in de strenge kledingvoorschriften voor met name vrouwen die sommige moslims hanteren en evenmin in veel andere geboden en verboden die sommigen zich opleggen, zoals het niet mogen portretteren van mensen, dieren of planten en het niet mogen dansen of muziek maken. Ik geloof wel in veel andere adviezen zoals het advies om geen alcohol te drinken en varkensvlees te eten, geen overspel te plegen, niet te liegen, mens dier en plant geen schade te berokkenen, niet te roddelen, goed te zijn voor ouders, kinderen, familie en buren (voor mensen in het algemeen), eerlijk zijn in de handel. Kortom leven alsof God/Allah voortdurend over je schouder meekijkt op alles wat je van plan bent, zegt en doet. Sheikh Nazim (moge zijn verlichte ziel voor altijd in vrede rusten en met Allah zijn) verwoordde het heel simpel. Hij zei: ‘Bij alles wat je wilt gaan zeggen of doen, kun je je afvragen wat Allah hiervan zou vinden. Vindt hij het goed dan is het o.k.. Zo niet, doe het dan beter niet. Zo gemakkelijk is het.’ Hij glimlachte terwijl hij dit zei.

En daarmee kom ik bij wat Allah voor mij betekent. Allah fungeert voor mij als een ‘kompas’ in mijn leven. Allah is voor mij Perfectie en Allah geeft voor mij aan op elk moment wat goed gedrag is of slecht. Het bidden tot Allah vijf keer per dag helpt mij om mij even dicht bij Allah te voelen en los van de dagelijkse beslommeringen en mijn constante gedachtestroom.

Ik weet dat veel mensen zeggen dat er geen god bestaat en dat het een verzinsel is van de mens. Ik kan niet bewijzen dat dit niet zo is. Maar voor mij is het belangrijk om mij tot Allah/God te wenden om een richtlijn te hebben. Ik kan die richtlijn niet uit mezelf halen, omdat ik niet perfect ben en omdat ik weet dat mijn ‘nafs’ (ego) mij om de tuin kan leiden. Het refereren aan Allah, die niet gekend kan worden, maar die wordt geëerd in 99 namen van perfecte eigenschappen, helpt mij op de ‘siratal mustaqim’ (juiste weg) te blijven. Als ik afdwaal ben ik niet gelukkig, weet ik uit ervaring.

Ik ben nog steeds wat grieperig….

Niet zeuren

Vandaag stond ik op om 5 uur om te gaan ontbijten en direct nam ik me voor om het vandaag anders te doen dan gisteren. Niet kijken op de klok en dan denken: ´hoeveel uur duurt het nog voordat ik mag eten´. Dat is een slecht idee. Beter is het gewoon de dingen te doen die je moet doen en niet aan ´eten of geen eten´ denken.

Want is dat moment dat je je eerste hap neemt na 15 uur vasten zoveel beter dan veel andere momenten op je dag? Nee, eigenlijk niet. Het moment van weer mogen eten kan me zelfs triest maken. Bijvoorbeeld als ik bij het ontvasten gulzig mijn appelschijfjes met kaneel en honing zit te kauwen en dan moet denken aan een veel te groot deel van de mensen en dieren op de wereld die creperen van de honger en zich behelpen met beschimmeld brood en afgekloven boutjes uit vuilnisbakken of helemaal zelfs dat niet hebben. Ik kan er niks aan doen dat zulke gedachten me passeren. Het vasten wat ik doe is niets vergeleken bij mensen die elke dag onzeker zijn of ze wel eten hebben voor zichzelf, hun kinderen en hun dieren of die in de ochtend al weten dat ze dat niet zullen hebben en langzaam doodgaan van honger en ontbering. Met die gedachte is het gemakkelijk voor mij om de knop om te zetten en niet te denken aan mijn buik, waarvan ik al weet dat die weer gevuld zal worden, maar me te richten op andere gedachten en bezigheden.

Zoals vanmorgen toen ik, zoals ik gewend ben nu, bij de dageraad op het terras ging staan en hangend over de balustrade mijn oren te goed deed aan het concert van de vroege merels. Wat een lieflijk geluid. In de verte begeleid door haangekraai in verschillende toonaarden en af en toe het katachtige geluid van de pauw. Een hond die even blaft. Ik stond er lange tijd naar te luisteren bij het licht van de maan, waar nu al een stukje vanaf is. Als de maan weg is, dan zal de maand ramadan voorbij zijn en begint de maand shawal, ook één van de vier heilige maanden.

Na het bidden ga ik even liggen, maar slapen lukt mij niet als de dag eenmaal begonnen is. Mijn gedachten zweven weg, terwijl ik de dagelijkse ´zikr´ in gedachten uitspreek. Ik blijf nog even liggen, maar dan komen herinneringen uit mijn eerste huwelijk boven. Dat is een andere eigenaardigheid van het vasten tijdens de ramadan. Je gevoeligheid neemt toe en herinneringen kunnen ineens tevoorschijn komen. Het zijn soms mooie herinneringen en soms hele nare. Maar steeds besef ik hoe ik uit zoveel penibele situaties gered ben door de onzichtbare voorzienigheid van de Onbegrepen Macht die ik Allah noem. Hoe dankbaar ben ik dat mijn leven letterlijk op het spel stond en ik daar levend uit ben gekomen en dat ik nu hier ben, gezond en wel en met de liefde van mijn leven dichtbij.

Ik heb nooit wraakgevoelens gehad naar mensen die mij iets aandeden. Ik weet dat ieder uiteindelijk datgene zal krijgen wat deze verdient. Ik hoef daar niets voor te doen. Ik heb geleerd van mijn ervaringen en ik ben daar dankbaar voor.

Overmorgen gaan we weer naar Nederland. Ik verheug me op het weerzien met mijn kinderen en kleinkinderen. Ook heb ik enkele afspraken staan met mensen die ik ken uit een ver verleden. Ik verheug me erop om met die mensen bij te praten. En last but not least verheug ik me op het weerzien met mijn buurvrouw, die ik ben gaan ervaren als een zielmaatje.