Mieren, slakken en luizen

Als de blaadjes lekker mals en groen worden en de bloemen uit hun knopjes spruiten, dan komen daar ook insectjes op af. En als wij in de tuin eten en daarbij kruimeltjes knoeien, dan snellen mieren toe. Ahmad maakt er korte metten mee.

De slakken, die zich volproppen met de meest verse knopjes en blaadjes bestrijdt hij met slakkenkorrels, wat meestal niet helpt. Dus haalt hij ze elke dag weg met de hand. De luizen op de rozen bestrijdt hij met thee, getrokken van brandnetel. (Er staan er genoeg langs de weg bij ons vlakbij). Het helpt als je de rozen bespuit met de afgekoelde thee met een plantenspuit. De mieren verjaagt hij met mierenpoeder.

‘Ik heb weer wat poeder gestrooid,’ zegt hij. Dat zal ze verjagen. ‘Nu moeten ze verhuizen met heel hun hebben en houden,’ zeg ik. En ik zie het voor me. ‘Er zal heel wat mierenactiviteit zijn daar onder de grond.’ De mieren die moeten verhuizen met alle in hun domicilie opgeslagen waren (voorraad voor mindere tijden).