Zoals ik laatst schreef probeer ik me de laatste tijd zoveel mogelijk van een mening te onthouden, ook al valt dat me zwaar. Er worden al genoeg meningen geventileerd op de diverse sociale media, op straat en in de privésfeer. Maar nu wil ik iets beschrijven dat me de laatste tijd opvalt. Ik leef nu al 71 jaar en ik merk dat opvattingen en gangbare meningen veranderen met de tijd en net als kleding en uiterlijk onderhevig zijn aan mode en heersende belangen. Er zijn een drietal voorbeelden die gisteren ongevraagd in mijn gedachten opkwamen. Ik ga ze hier beschrijven:
- Gisteren kwam op het nieuws dat er op Europees niveau besloten is dat kernenergie en gas (in het geval van het gas tijdelijk) nu beschouwd worden als ‘schone energie’. Dit besluit is uit nood geboren, omdat er niet genoeg natuurvriendelijke energiebronnen kunnen worden aangeboord om de aan de totale energiebehoefte te voldoen. En direct herinner ik me dedemonstraties jaren terug tegen kernenergie, de ramp in Tsjernobyl in 1886 en de bezwaren van de de demonstranten aangaande de opslag van het kernafval. Daarnaast komen de besluiten van de Europese regeringen van korte tijd terug in mijn gedachten: ‘alle huishoudens moeten in zo kort mogelijke tijd van het gas af’. Kennelijk worden deze gedachten en argumenten nu aan de kant geschoven vanwege nieuw aangevoerde argumenten.
- De ‘me too’-beweging ‘van de afgelopen jaren zie ik als een contrast met de ‘seksuele revolutie’ in de 60er en 70er jaren. Ik heb zelf ook een ‘me too-verhaal’ als ik terugkijk op mijn eigen leven. Ik ben op mijn 15e verkracht door een 25-jarige student, die het egoïstisch van mij vond dat ik me wel door hem liet betasten maar niet ‘all the way’ wilde gaan. Het was mijn eerste seksuele ervaring, waarover ik met niemand ooit praatte. Mijn ouders waren dol op deze verkrachter, die in hun ogen een aardige jongen was en uit een ‘goede familie’ kwam. Als je in die tijd nog onschuldig was en niet toe aan volwassen seks, dan was je een preuts of frigide trutje. Tegenwoordig waait er een andere wind. Enerzijds vinden sommige ouders het goed dat kinderen van14 jaar bij elkaar logeren en ook met elkaar slapen met de bijbehorende seks. Maar als een persoon met de volwassen leeftijd een relatie heeft met een jongere die misschien net onder de 18 jaar is, dan wordt dit gezien als ‘pedofilie’. Je hoort steeds meer dat bekende figuren worden beschuldigd van ongewenste intimiteiten. Ik begrijp de commotie en ik wil het zeker niet bagatelliseren, maar ik zie toch een zekere paradox in dat meten met twee maten. Enerzijds hoor je ouders vertederd vertellen dat hun 11-jarige kind al ‘verkering’ heeft en anderzijds wordt een 17 jarige soms beschreven als een nog maagdelijk onschuldig wezen.
- Je mag het woord ‘neger’ niet meer gebruiken. Het moet nu zijn: ‘zwarte man’. ‘Blanke man’ mag je ook niet zeggen. Dat moet zijn ‘witte man’. Alsof alle vooroordelen en discriminatie daarmee zullen verdwijnen. Net als dat je het woord ‘allochtoon’ niet mag gebruiken. Dat zijn mensen met een migratie achtergrond. In het Spaans is betekent het zelfstandig naamwoord negro neger, maar het bijvoeglijk naamwoord negro betekent zwart. Dus daar zou deze verandering van het woord negro niets veranderen. Kan je door de benaming van iets of iemand de vooroordelen van mensen wijzigen? Ik denk het niet. Zolang je überhaupt nog denkt in termen van wit of zwart, ben je aan het onderscheiden en dat is hetzelfde als discrimineren. Dan moet ik direct denken aan de mooie woorden, die Frank Boeijen zong in mijn jongere jaren: ‘Denk niet wit, denk niet zwart, denk niet zwartwit, maar in de kleur van je hart, maar in de kleur van je hart’.
Ik denk dat deze tekst opgaat voor veel verschijnselen. En dat je hiermee alle tegenstellingen kan beschrijven, die er bestaan: vaxxers versus anti-vaxxers, rijken versus armen, bevolkingsgroepen tegenover elkaar, culturen tegenover elkaar, godsdiensten tegenover elkaar. Ik denk dat het woord ’tegenover’ vervangen moet worden door ‘naast’. We leven allemaal naast elkaar en ieder verdient een plekje op deze wereld. Acceptatie, liefde en begrip kunnen ons verbinden. We zijn allemaal mensen met een hart.