Ik had twee oma’s, één van moeders kant (de Scheveningse oma) en één van mijn stiefvaders kant, oma Bob. Dat was geen echte oma en dat liet zij ons ook duidelijk voelen. Zij woonde in Eindhoven in een houten vrijstaand huisje, ‘Ons Houten Kasteel’ geheten. Over die oma wil ik het nu niet hebben, maar over oma Scheveningen.
Ik vond het heel leuk bij haar, ondanks het feit dat ik ook heel veel nachtmerries had als kind die zich afspeelden in flat Duinhove. Met oma Scheveningen hadden mijn broer en ik veel pret. Ze was een echte grappenmaker. Ze liet haar valse gebit klepperen en wij keken daar gefascineerd naar. Ze speelde met de poes door haar vinger onder het doek van een veldbed heen en weer te bewegen. De kat sprong dan op de vermeende prooi die bewoog. Wij gilden het uit van pret om oma die niet bang was om gekrabd te worden door de kat, maar het heel leuk vond om te plagen.
Ik mocht weleens alleen naar haar toe om wat vakantiedagen bij haar te logeren. Ik werd gewoon op de trein gezet en door oma afgehaald bij het station. Oma had een zwart-wit tv. Die hadden we thuis niet. Om acht uur ‘s avonds begon het tv programma. Ik mocht dan nog even opblijven om mee te kijken. Na een kopje tomatensoep of minestrone soep gegeten te hebben. Ik kan me niet meer herinneren wat er te zien was. Wel herinner ik me het testbeeld, waarnaar ik vol verwachting keek voordat het tv kijken begon.
Oma was niet altijd in een goed humeur en vond ook niet altijd alles grappig. Op een dag kwam ik met haar bij haar flat aan. Zij ontdekte dat ze haar huissleutel niet bij zich had. Ik vond het best spannend, toen we op de bank in de hal naast elkaar aan het wachten waren op de huismeester, die een kopie van de sleutel had. Maar het was al laat en de huismeester was waarschijnlijk al naar huis. Hij kwam in ieder geval niet. Op een goed moment liep mijn oma heel kordaat naar haar voordeur. Ze trok één van haar schoenen uit en sloeg met haar hak het smalle ruitje in dat in haar voordeur zat. Dat maakte enig lawaai en prompt ging de deur aan de overkant van de gang open. Een man stond even in de deuropening en keek wat verschrikt naar mijn oma, waarna hij zonder iets te zeggen de deur weer sloot. Ik kon toen mijn lachen niet meer inhouden en schaterde het uit. Dat stelde mijn oma niet op prijs. Ik mocht bij binnenkomst die dag niet opblijven om nog even tv te kijken. Ik moest direct naar bed, al voordat het 20 uur was. De volgende dag heb ik sorry gezegd en kon oma me met enige moeite vergeven.
Een andere keer was het ook spannend met mijn oma. Zij had afgesproken dat zij op een middag zou gaan bridgen met een clubje van vier vrouwen, met wie zij regelmatig contact had, haar vriendinnen. Maar ze had geen zin. Dus belde zij met de smoes dat zij ‘niet lekker was’ en daarom die middag niet kwam bridgen. In plaats daarvan ging ze met mij naar het Westbroek Park in Scheveningen. Ik herinner me dat park als mooi begroeid en met mooie lampenkapjes overal. We gingen er met de tram heen. Mijn oma noemde de stoep nooit stoep, maar sprak over een trottoir. Dat vond ik ook fantastisch. Voor mij was sindsdien een trottoir een stoep met tegeltjes met kleine wieberafdrukjes erin. En met op veel straathoeken kiosken. Maar ik dwaal wat af. We liepen op een goed moment daar in dat Westbroek Park, toen ze ineens haar vriendinnen in de verte zag lopen. Die waren kennelijk ook naar het park gegaan toen het bridgen niet doorging. Oma sleurde me mee aan de hand. ‘Snel, wegwezen, voordat ze ons zien.’ Dat was weer een ander hilarisch avontuur met oma.
Oma plaagde mij en mijn broer ook graag. Wij waren dol op kroket (ik nog steeds). Op een dag serveerde ze ons kroketten op brood. Mijn broer en ik zaten daarvan te smullen. Opeens vroeg ze: ‘weten jullie hoe kroketten gemaakt worden?’ Nee, dat wisten we niet. ‘Ze worden gerold onder de oksel,’ zei ze. En ze deed het voor: ‘kijk zo, onder elke arm één. Dat gaat lekker snel.’ Vol afkeer keken wij naar haar. ‘Echt waar? Onder de vieze oksel van mensen?’ Met moeite aten we verder. Pas toen we klaar waren zei ze dat het een grapje was.
Oma was een slimme vrouw. In haar jonge jaren was ze onderwijzeres, in die tijd een beroep dat weggelegd was voor de wat knappere koppen onder de vrouwen. Tot op late leeftijd deed ze aan puzzelen. Cryptogrammen en hersenbrekers waren haar favorieten. En ze legde puzzels van wel 1000 stukjes. Ze werd ouder dan 90 en overleed vredig in haar slaap.
Dank je voor het delen van deze herinnering! een mooi verhaal.
Hahaha! Leuke verhaaltjes!