Vandaag maakten we een heerlijk rustige (want het was zondag) ochtendwandeling beneden langs ons mooie dorp. ´Als we de ´abuelos´ zien, dan moeten we ze echt vragen naar hun hondje en vertellen wat we gezien hebben.´ zeg ik tegen Ahmad. We proberen ze al dagen te spreken te krijgen, maar ze zijn natuurlijk niet altijd op hun land te vinden. Vandaag zou misschien wel onze laatste kans zijn om ze te spreken en te horen of ze hun hondje kwijt zijn. ´Misschien heeft het hondje wel een chip,´ zeg ik. ´Nee, dat denk ik niet´ lacht Ahmad. ´Dat is meer iets voor mensen uit de stad.´ Als we langs het pad naar de boerderij van de abuelos lopen, zie ik ze bezig met het uitladen van een bestelauto. ´Kom,´ zeg ik. ´Laten we naar ze toe lopen.´ Ahmad aarzelt nog wat. Hij steekt zijn neus niet graag in andermans zaken, maar ik dring aan.
De oude man en een jongere man groeten direct als ze ons zien aankomen. Missen zij één van hun hondjes? Het duurt even voor ze weten welk hondje we bedoelen. Ze hebben ook nog een iets groter grijs hondje. ´Nee, die bruin met zwarte.´ ´O, die is er ook,´ lacht de jongere man. We vertellen dat we hem voor het dichte hek hadden zien zitten en dat er een vrouw foto´s van hem nam en daarna ging bellen. We waren bang dat ze het hondje wilde stelen.
´O, dat is al vaker gebeurd,´ zegt de man. ´Het hondje is al twee keer meegenomen, maar ook weer teruggebracht. Het heeft een chip.´ Ah gelukkig.
´Ben je nu gerustgesteld,´ vraagt Ahmad, als we verder zijn gelopen. Ja, dat ben ik. ?