Thee

Een kopje thee heeft iets troostrijks, voor mij meer nog dan een kop koffie. Een ‘bakkie pleur’ kan met name heerlijk zijn in de ochtend en fungeert voor mij eerder als een kopstoot (in de zin van ‘word wakker!’) dan als troost.
Van kleins af aan houd ik van thee, vooral van de thee zoals ik die bij mijn oma te drinken kreeg in een wijd porceleinen kopje. En dan liefst met een bruin boterhammetje met roomboter erbij. Als mijn broer en ik vroeger van school kwamen, zat mijn moeder klaar met een pot thee op een theelichtje. Daarbij aten we hartige versnaperingen, zoals mijn moeders zelf gebakken kaaskoekjes of pinda’s (door mijn moeder ‘katjang’ genoemd).
In mijn studententijd had ik een glazen theelichtje en een Chinees theepotje. Vaak dronk ik daar mijn thee uit met medestudenten. Van dat intieme theedrinken ging troost uit. Mensen met problemen, junks, iedereen kon bij mij aanschuiven voor een kopje thee. In die tijd was het nog heel gewoon om thee te zetten in een pot. Niemand zette toen thee door gewoon even een theezakje in een mok te laten bungelen met daarover heet water.
De laatste jaren heb ik ook thee gedronken door de theezak in mok of glas te dopen. Hoe lekker de theesoort die je dan gebruikt ook is, de thee smaakt op die manier nooit  zo lekker als thee die getrokken is in een pot.
Dat gemakzuchtige theezetten is voor mij nu afgelopen. Voortaan laat ik de thee weer trekken in een pot. Zoveel moeite is dat niet. En de thee smaakt weer als vanouds.

Ik heb een mooi theelichtje gekocht via een webwinkel die adverteert op marktplaats. Een theeservies mag ik meenemen uit mijn vaders huis. Voorlopig doe ik het met één van de vele theepotten die ik al heb.

3 gedachten over “Thee

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *