Terwijl de piepkleine kleindochter (net 1 jaar oud geworden en zij loopt al en wil haar pappa niet eens een handje geven omdat ze het helemaal zelf kan!) schattig aan het wezen was op het strand van Cadiz, waar haar ouders een korte vakantie hielden, gebeurde er in Guadalcanal iets verschrikkelijks.
Zoals ik eerder schreef scharrelen er op het land van hun nu een flink aantal kippen, twee katten en een hond.
De buren van daar vertelden hun telefonisch dat de hond een flink aantal kippen had gedood, waarschijnlijk omdat hun verzorgers langer afwezig waren dan normaal. Wat een schrik!
Van de kippen zijn er nog maar drie in leven en die arme stakkers zullen wel de schrik van hun leven hebben gehad. De hond heeft mogelijk geen kwaad in de zin gehad. Het is ook een vorm van spelen, het jagen op die kakelende kippetjes, maar het is duidelijk dat dit nooit meer moet gebeuren. Het is een instinct om te jagen. De hond heeft niet van de kippen gegeten.
Er zijn verschillende opties. De hond weggeven aan een ander, die geen kippen heeft en de hond leuk vindt en vervangen door een ander type hond. Of de hond houden, maar aanlijnen aan een lange lijn tijdens afwezigheid van de baasjes, zodat zij (het is een perrita genaamd Rita) er nooit meer bij kan. Het is wel de bedoeling dat de kippen veilig kunnen blijven scharrelen en alleen gedurende de nacht worden ingesloten in de kippenren.
Zo zielig voor de kippen vind ik het. De gedachte hoe ze zullen zijn geschrokken toen ineens een monster hen wilde verslinden, al was het misschien spelenderwijs bedoeld ?.
Je kan honden nog zoveel leren, maar op het moment dat je er niet bij bent zullen dieren toch vaak doen wat ze willen, omdat ze zich onbespied weten. Vroeger hadden wij een dobberman, een heel nobel dier. Zij luisterde ontzettend goed, liep ongelijnd naast mijn fiets en als zij een kluif had kon ik die van haar afnemen zonder dat ze zelfs maar gromde. Een keer waren wij ’s morgens na het ontbijt een flinke tijd van huis om mijn oudste dochter naar een kinderopvang te brengen, op de fiets en helemaal aan het andere einde van de stad. We hadden de ontbijtboel in haast op tafel laten staan. Toen we terug kwamen had Billoe een groot stuk kaas van de tafel gehaald en helemaal opgegeten. Dat zou ze nooit gedaan hebben als we thuis waren geweest.