Het schilderij van mijn overleden klasgenoot is opgehaald

Ik begon al te twijfelen aan mijzelf. Zonder voorafgaand overleg maakte ik een schilderij van mijn vroegere klasgenoot P, toen ik wist dat hij terminaal ziek was. Het was bedoeld als cadeau en aandenken, maar zoiets persoonlijks kan je natuurlijk niet opdringen aan mensen. Het kwam in me op om hem vast te leggen zoals ik hem zag vanuit het zijspan van zijn motor, toen hij me trakteerde op een tocht langs de Friese landwegen. Ik zag hem van opzij tegen de blauwe lucht met een intens tevreden uitdrukking op zijn gezicht. Motorrijden was één van zijn passies en het enige dat hij nog goed kon tot kort voor zijn dood.

Toen ik P en zijn vrouw L een foto stuurde van het schilderij dat ik had gemaakt vond hij het heel mooi en verzekerde hij me dat ze het schilderij graag wilden hebben met de groetjes ook van L. Ik beseft dat het schilderij niet zozeer voor P bestemd zou zijn maar dat het meer een aandenken zou kunnen worden voor L, die op het einde van zijn leven vaak met hem in het zijspan van zijn motor heel Europa heeft doorgereisd en hem net zo kan hebben gezien als ik. Overigens is het voor de bijrijder geen comfortabele manier van reizen. Je wordt nogal door elkaar geschud bij eventuele hobbels in de weg en naar mijn idee is het zitje in het zijspan niet bijzonder veilig. Je bent daarin behoorlijk kwetsbaar.

Ziet er mooi uit, maar geen veiligheidsgordel. Je moet jezelf maar zien vast te houden om niet gelanceerd te worden
Daar gaan we dan…..

Toen P met enorme snelheid langs de landelijke wegen suisde was ik af en toe een beetje bang. Ik besefte dat hij al wist dat hij snel zou sterven, maar dat dit voor mij nog niet opging. Ik wilde me echter niet laten leiden door deze angst en daarom zette ik die van me af. Eens gaan we allemaal…Toen we na veel kilometers eindelijk ergens afstapten bij een uitspanning in Harlingen met terras met uitzicht op het water, was ik blij dat ik uit het bakje kon stappen.

Ik maakte het schilderij in Spanje. Toen hij in januari overleed kon ik helaas niet naar het afscheid voorafgaande aan de crematie gaan. Ik condoleerde natuurlijk wel L en bracht haar het schilderij in herinnering. Ze bevestigde dat ze het graag wilde hebben en we spraken af elkaar in april te zien.

Helaas kwam daarvan niets terecht, omdat ik een fietsongeluk kreeg en zeker 4 weken niet goed kon lopen. Maar aangezien zij regelmatig in de buurt van Den Haag komt sprak L met me af om het schilderij bij mij op te halen op een bepaalde datum. Op de afgesproken dag kwam zij niet en kreeg ik ook geen bericht over de reden daarvan.

Ik ben iemand die dan snel denkt dat mijn schilderij kennelijk niet belangrijk voor haar is. Sterker nog, misschien wilde zij het helemaal niet hebben en zei ze me dat alleen niet uit beleefdheid. Dat terwijl ik haar gezegd had dat ik het haar niet wilde opdringen en dat ze het gerust eerlijk kon zeggen als zij het niet wilde.

Ik was gepikeerd. Graag of niet. Ik ga niet met een schilderij achter iemand aanzeulen.

Op aanraden van de andere schoolvriend P, die ik erover appte (en vroeg of hij anders het schilderij wilde hebben omdat hij zijn beste vriend was geweest), zette ik me over mijn trots heen en nam ik contact op met L. Het gaf me een goed gevoel om deze stap te nemen. ‘Was er misschien iets tussen onze afspraak gekomen?’ Ik kreeg snel antwoord. Er was inderdaad van alles tussen gekomen, maar de 22e zou ze gelukkig weer in Den Haag zijn en het rond 13 uur komen ophalen. Of dat schikte? Ja.

En zo geschiedde. Ze heeft het schilderij opgehaald op de 22e. We hadden een openhartig gesprek in de tuin. Eigenlijk was zij enkele jaren geleden officieel gescheiden van P. Maar omdat hij haar op zeker moment belde dat hij kanker had en het niet alleen aankon heeft ze hem weer in haar leven toegelaten en besloten hem te verzorgen tot zijn dood. Wat een mooi gebaar is dat van haar!

Is zij blij met het schilderij en krijgt het een plekje? Ze zegt van wel.

De zwaantjes zijn met pa en ma vertrokken

Eergisteren hadden we geluk. Tijdens onze ochtendwandeling konden wij een laatste glimp opvangen van de vier jonge zwaantjes en hun pa en ma. Ma en de kleintjes waren waarschijnlijk net van het nest in het water afgedaald en vlak daarbij in de buurt, waar we de grote vis hadden gezien de dag ervoor, waren ze bezig voedsel te zoeken in het water. Daarna zwommen ze weg, het hoekje om van de sloot. Onderweg zagen we pa af en toen venijnig naar beneden pikken in het water, waarschijnlijk om grote vissen te raken met zijn snavel. Hij zal zijn kleintjes vast heel goed beschermen.

Vandaag zochten we de gracieuze familie, maar er was geen spoor meer van ze te bekennen. De sloten zijn talrijk en vertakt. Ze kunnen nu best een heel eind verderop rondzwemmen of ergens uitrusten op het land te midden van hoge beplanting.

Eergisteren: ‘Children of Al-Andalus’

Hij was al eens bij ons op bezoek, Tariq met het enorm dikke en zware boek geheten: ‘Children of Al-Andalus’. Het boek was toen net uit, een mooie uitgave met schitterende foto’s. In het boek worden veertig mensen geïnterviewd van wie de voorvaderen tijdens de inquisitie gevlucht zijn (of op boten gezet) naar onder andere Marokko. In het boek komen alleen nazaten die wonen in Marokko aan het woord, zowel joden, oud christenen als moslims.

Na het boek heeft Tariq, samen met zijn vriend Hisham ook een gefilmde documentaire gemaakt, waarin drie van de eveneens in zijn boek geïnterviewden aan het woord komen, ook weer met schitterende beelden van mooie architectuur in Marokkaanse wijken, die de kenmerken dragen van het tijdperk Al Andalus.

De film is al in verschillende steden vertoond, zowel in Spanje als in Nederland en werd afgelopen vrijdag vertoond in het Filmhuis in Den Haag. Tariq had Ahmad gevraagd om bij de voorstelling aanwezig te zijn en om eventueel na afloop na te praten.

Dus wij gingen met twee gereserveerde plaatsen op weg naar de tramhalte om ons te begeven naar de bioscoop. Het voelde wat onwennig. Zo vaak gaan wij niet meer naar dit soort evenementen. Ik ging eigenlijk alleen mee voor Ahmad en niet zozeer omdat ik heel erg geïnteresseerd ben in het verhaal. Ik weet dat de geschiedenis door diverse belangengroepen op heel verschillende wijze wordt weergegeven. Tariq en Hisham hebben de intentie om te verbinden en zeker niet om mensen tegenover elkaar te zetten. Verschillen van mening en tegenstellingen zijn er al genoeg in de wereld.

Het zaaltje was volledig bezet door een gevarieerd publiek. Ik zag ‘witte’ Nederlanders van diverse leeftijden en ook enkele gesluierde hoofden. De film was ontroerend, zozeer dat mijn schatje op een gegeven moment zat te snikken en ik zijn hoofd met petje en al naar mij toetrok en vasthield.

Na afloop was er gelegenheid om vragen te stellen. Het bleef een tijd stil. Ahmad was de eerste die een vraag had, of liever gezegd een opmerking. Hij verontschuldigde zich dat hij het in het Spaans ging zeggen, waarop Tariq mij vroeg om het te vertalen. ‘Maar jij spreekt toch ook Spaans?’ zei ik daarop. ‘Maar hij spreekt erg Andalusisch,’ antwoordde Tariq toen, wat gelach in de zaal uitlokte. Ik vertaalde naar beste kunnen wat Ahmad zei. Hij merkte op dat je het tijdperk Al Andalus en de daarop volgende inquisitie niet kan begrijpen zonder de historische achtergrond te kennen. Hij had het over het verdrag van Nicea in de vierde eeuw, toen de christelijke kerk zich splitste en hij kon nog veel meer vertellen. Het zou een documentaire apart kunnen worden. ‘Hij heeft er een boek over geschreven. Is men geïnteresseerd?’ Ik heb de lachers op mijn hand en er wordt welwillend op gereageerd. ‘Ik ben zeker geïnteresseerd,’ zegt een man naast ons.

Maar er kan natuurlijk niet alleen uitgeweid worden door één persoon. Er zijn meer mensen met vragen. Het lijkt erop dat het ijs gebroken is. Na een stilte waarin niemand de eerst vraag durfde te stellen branden nu veel mensen los. Het is een interessante nabeschouwing, waarbij er goed geluisterd en gereageerd wordt.

Op een goed moment moeten beide vrienden het vragenuurtje afronden, omdat de zaal vrij moet komen voor een andere filmvoorstelling.

Na afloop blijven diverse mensen uit de zaal nog in het aangrenzende café aan tafeltjes zitten. Tariq is in gesprek met een paar mensen, staande bij een tafeltje waarop een stapeltje ligt met exemplaren van het boek dat hij heeft uitgegeven. Ik zie even later dat hij een boek heeft verkocht aan een dame.

We staan in groepjes te praten. Ik met een half Egyptisch half Nederlandse jongeman die vroeger met Tariq heeft gewerkt en nu met hem meegereden is vanuit Amsterdam omdat hij nieuwsgierig was naar wat er terecht was gekomen van Tariqs enthousiaste plannen om dit onderzoek te gaan verrichten (plannen die hij jaren geleden al had na een tijd in Andalusië vertoeft te hebben) en met een Marokkaanse die vanaf haar derde jaar is opgegroeid in Nederland. We hebben het over het ‘gevoel ergens thuis te horen’. En over ‘halfbloed’. ‘Eigenlijk zou het niet halfbloed moeten heten maar dubbelbloed’, zegt de jongeman. Precies! Ook komt het dubbele gevoel ter sprake dat je kan hebben dat je in Nederland niet gezien wordt als echt Nederlands en in Marokko niet als een ‘echte Marokkaanse’. En ik zeg dan weer dat je ook als ‘volbloed’ Nederlander het gevoel kan hebben je nergens thuis te voelen of juist overal. ‘In wezen zijn we allemaal nakomelingen van Adam en in die zin één familie,’ zeg ik. Zo kan je het ook zien,’ zegt de Marokkaanse dan.

We gaan er naartoe dat we allemaal onderling huwen en dat rassen en nationaliteiten vermengd worden en geen punt van belang meer zullen zijn. Dat is mijn ideaal.

Even later zitten we in het café aan een ovale tafel. Met de twee makers van de film en het boek, de ‘dubbelbloed’, de Marokkaans-Nederlandse, Ahmad en ik en de Nederlandse man die zei geïnteresseerd te zijn in Ahmad’s verhaal. Hij is getrouwd geweest met een Spaanse, maar zijn vrouw is helaas overleden. Hij geeft mij het adres op een papier van een vereniging van Spaanstaligen in Den Haag. Misschien is het wat voor Ahmad. De Marokkaanse geef ik mijn emailadres. Zij zoekt een Spaans sprekende gids om een keer de monumenten in Andalusië te bezoeken. Ik heb haar gezegd dat Ahmad en ik haar mogelijk kunnen rondleiden als zij in de winter naar Andalusië komt.

Ik voel me heel prettig in het gezelschap aan die tafel. Ik besef dat Ahmad en ik erg op onszelf zijn, maar als ik in zo een gezelschap van gelijkgestemden zit, dan voel ik me ontroerd. Als we op weg naar huis zijn en in de tram zitten zeg ik tegen Ahmad: ‘Wat we zojuist hebben meegemaakt is toch mooi. Mensen zijn niet anders dan diertjes, die graag bij elkaar kruipen en zich dan fijn voelen. We zoeken herkenning en voelen ons dan dicht bij elkaar. In wezen zijn we allemaal eenzaam zodra we de moederbuik verlaten hebben en zoeken we troost en warmte in gezelschap. Ook vluchtige momenten van samenzijn kunnen dat gevoel geven’.

Ahmad is nu bezig een video samen te stellen met materiaal dat hij verzameld heeft over de geschiedenis van Andalusië. Een project dat hij wil delen met Tariq en Hisham.

Luieren in de tuin

Dat is het beste wat we kunnen verzinnen als het eindelijk prachtig weer is. ‘Heb je zin in een fietstochtje naar het natuurgebied verderop in de Uithof?’ vraag ik aan mijn allerbeste vriend die naast me ligt te luieren op de loungebank. Niet echt. Dus we lezen in onze e-readers onder de parasol en drinken koffie met de ‘magdalenas’ (cupcakes) die Ahmad gisteren maakte.

Gewandeld hebben we nog wel.

Nee, het gaat niet vervelen
Opnieuw zit mamma zwaan onder de modder. Waar komt die modder steeds vandaan? De eend houdt het paar trouw gezelschap. Is altijd in de buurt.
Hondjes met wollige kontjes. Lijken net twee knuffelberen

Voordeel bij nadeel

Nadeel is dat het herstel van mijn knie langzaam verloopt. Voordeel is dat ik bewuster beweeg.

Ik realiseer me dat ik de dagelijkse handelingen altijd in haast placht uit te voeren. Alsof er iemand achter me aanzat, die voortdurend zei dat ik moest opschieten. Ik bewoog me snel en misschien soms zelfs onbesuisd bij elk karwei. Alsof er geen tijd te verliezen was. Het dateert waarschijnlijk nog uit de tijd dat ik het echt druk had en dat snel te werk gaan geboden was.

Nu kan ik dat niet meer. Ik doe het werk met mijn handen met meer overleg en voorzichtigheid omdat ik eenvoudigweg sommige dingen niet meer kan doen op dezelfde manier als voorheen.

En ik loop nog als een slak. In huis lijkt het wel te gaan en zelfs de trap op en af wil iets beter lukken, maar als ik met de man naast me een wandelingetje maak voel ik elke stap met dat rechterbeen been voorop en achterop mijn knie zeuren. ‘Zo gewoon mogelijk bewegen’ staat te lezen op internet. Ik doe mijn best met opeengeklemde kaken. Het doet me terugdenken aan de tijd met de gerepareerde heup. Toen deed wandelen ook pijn.

Ik houd mezelf voor dat het goedkomt met de knie, net als met de heup. Het is voorlopig bikkelen.

Maar ik heb genoten van het zitten in de zon vandaag.

Woonkamer make over?

Na een paar keer in het prachtige huis van mijn oudste dochter te zijn geweest valt me ineens op dat mijn schulpje wel heel erg ‘gedateerd’ is. De meubels zijn klassiek en van een kwaliteit die nu niet meer geleverd wordt. Het hout is kunstig vervlochten en vormgegeven op een manier die je nu nergens meer ziet. Ik heb de meubels tweedehands gekocht en het matwerk laten restaureren toen dat kapot was. De kussens van het bankstel heb ik opnieuw laten bekleden. Dat koste me een bom duiten, zodat mijn kinderen daarover opmerkten: ‘Mam, voor dat geld had je een nieuw en comfortabeler bankstel kunnen kopen’. Ze hebben gelijk, maar ik wilde geen afstand doen van meubels die ambachtelijk zo kunstig en met vakmanschap vervaardigd zijn.

Gisteren zat ik weer eens met mijn knie omhoog rond te kijken in mijn woonkamer. Ineens viel het me op hoe saai de muren eigenlijk zijn van kleur. Ik heb al vanaf 1993 een veilige en neutrale beige kleur op die muren zitten. Ik vond dat altijd een rustige kleur. Maar nu ineens zag ik die muren met andere ogen. Ik sprak bij de koffie direct mijn allerbeste vriend Ahmad erop aan. ‘Wat zou je ervan zeggen als alle muren in deze kamer donkergroen waren. De kamer is licht genoeg door het binnenvallende licht om dit aan te kunnen en alles (de schilderijen, de vloer en mijn meubels) zou er ineens heel anders uitzien en beter uitkomen. Ik zag het helemaal voor me, hoe een verfbeurt de hele sfeer in mijn woonkamer zou kunnen veranderen van ‘kneuterige ouwe meuk look’ naar ‘design a la Shabnam’.

Ik moest er alleen niet aan denken dit verven zelf te gaan doen, zeker nu ik nauwelijks kan lopen met mijn zere knie. Het hanteren van de verfkwast zou geen probleem zijn. Geef mij een verfkwast in mijn handen en ik ben zielsgelukkig en vergeet alles om me heen. Soms begin ik er spontaan bij te neuriën. Maar zie ik mezelf ook op een ladder staan? Nee, nu even niet met die labiele en zere knie. En Ahmad de ladder opsturen wil ik ook niet. De man wordt ook een dagje ouder. Hij wordt dit jaar 75 jaar.

Vandaag bij de koffie begint Ahmad te zoeken op zijn telefoon naar kleuren groen. Kennelijk is hij ook enthousiast geworden. Ik wijs hem aan wat ik zoek. Een warme donkere kleur groen, bosgroen genoemd bij Decoverf. Ook Histor lijkt de kleur te hebben die ik zoek. Het kopen van de verf zal geen probleem zijn. Nu nog even wachten op de kracht en de vaardigheid van ons samen om dit karwei te gaan klaren. Met zijn tweeën kunnen we het misschien wel aan. Ik voor het ‘snijwerk’ en Ahmad voor het rollen.

Voorlopig is het toekomstmuziek, want een kleine wandeling naar het zwanenechtpaar en terug kostte me al moeite en pijn. Pfffff.

Pa, blijft nu in de buurt. Wat een liefdevolle zorg ?

Mag ik even zeuren?

Over pijn in mijn knie en beide handen. En in mijn ribbenkastje en bovenarm. Ik voel me een krakkemikkig oud wijfie.

De dokter zei dat ik na het weekend waarschijnlijk alweer goed zou kunnen lopen. Dat is niet zo. Ik loop wel, maar niet als een kievit. De trap op en af neem ik voornamelijk met behulp van beide armen. Fietsen op de hometrainer kan ik voorlopig vergeten. En als kers op de ouwe taart zit ik ook nog met twee artrose handjes. Veel bewegingen met handen doen pijn en dat frustreert, want ik ben een doener.

Vandaag had ik ruzie met de naaimachine van wijlen mijn moeder. Ik wilde twee kussenslopen versmallen, maar de machine weigerde te gehoorzamen aan mijn ook al ongehoorzame handjes.

De oude machine ging terug in de kast en daarna ging ik met mijn been omhoog op een kussen beide slopen met de hand naaien. Terug naar de ouwe tijd. Relaxed maar ook een beetje pijnlijk vanwege de artrose. Brace of geen brace, het is allemaal om het even. Ik moet ermee leven.

Maar niet met die zere knie hoop ik. Het kan wel 6 weken duren voordat het over is, zag ik ergens op internet staan. Maar daarvan moet ik me niks aantrekken.

In 2017 las ik dat oudere mensen die hun heup breken daarvan meestal niet meer goed herstellen en dat de meesten daarna ook binnen enkele jaren helemaal het loodje leggen. Weinig bemoedigend was dat ook. Maar ik herstelde van de gammanail operatie en liep weer als een kievit. Maar nu dus even niet!

Ahmad zegt ook de laatste tijd vaak moe te zijn en ik ben dat ook. Ik heb de meeste praatjes als ik met mijn been omhoog achterover in de kussens lig, zoals nu. Zodra ik ga bewegen of mijn handen laat wapperen voel ik me een stokoud mens. Het is even wennen. Maar hoezo dacht ik dat slijtage en ongemak mij niet zouden treffen? Het hoort bij het ouder worden helaas….

Elke dag een berichtje

Ik weet dat ik dat beloofd heb, maar het komt er nu even niet van want ik zit een groot deel van de dag na te genieten van het verjaardagsfeest op 20 april op de bank met mijn knie omhoog. Het feestje heeft me met een goed gevoel achtergelaten. Mijn moederhart kon niet gelukkiger zijn bij het zien van zoveel liefde tussen mijn kinderen, schoonkinderen en kleinkinderen. Het begint nu een heel hechte groep te worden, die ondanks de drukke agenda’s van alle deelnemers elke gelegenheid wil gaan aangrijpen om bij elkaar te komen.

Als ik even kan, zet ik me aan mijn laptop om de foto’s en filmpjes die ik maakte van het hilarische en innige feest te beoordelen, te bewerken en te verzamelen. Ik wil twee filmpjes maken, waarvan de ene zal bestaan uit stilstaande beelden (precious moments) en de ander uit bewegende beelden (happiness in motion). Er is veel gedanst en ik kon niet blijven zitten ondanks mijn zere knie. De knie neemt nu wraak. Dus rust is nu geboden en dat is ook geen straf. Mijn handjes kunnen nu ook wat rust nemen. De schaarse momentjes die ik nu heb om aan de laptop te zitten gebruik ik nu voor het maken van de filmpjes.

‘I will be back’ ?

Kleding opruimen

Verrassing in de tuin.

Ik ben iemand die te veel bewaart. Altijd denk ik als ik dingen niet meer gebruik of draag: ‘het kan nog wel eens van pas komen’. En werkelijk, als ik iets zoek voor een reparatie of iets anders, dan heb ik meestal ergens iets bruikbaars liggen. Maar je kan het ook te gek maken.

Vanmorgen zag ik mijn niet al te grote kledingplanken vol liggen met allerhande kleding. Het was een rotzooi. Toen ik daar wat uit plukte had ik een tot op de draad versleten shirt in mijn hand. Ik besloot mijn henna-zondag (elke 2 weken) te gebruiken om alles uit die kast te halen en in een zak te stoppen wat ik zeker niet meer zal dragen. Ik heb nog kleding van meer dan 20 jaar terug. Sommige kledingstukken staan nog steeds goed en zijn van goede kwaliteit. Maar ook bewaarde ik hempies en shirtjes die totaal versleten en uitgelubberd zijn. ‘Kan ik nog wel gebruiken om in te slapen,’ dacht ik dan. Maar hoeveel shirtjes heb je daarvoor nodig? En ook te wijde en nu slecht zittende broeken. Door het fanatieke fietsen is mijn lichaam veranderd. Ik dacht een tijd: ‘Misschien wordt ik weer wat dikker en dan kan ik die broeken weer aan’. Maar ik ben al jaren te dun voor die broeken en ik krimp alleen maar verder. Ik had een zak vol en kon de kleding die over was overzichtelijk opbergen.

‘Wat moet er gebeuren met de zak?’ vraagt Ahmad. Er zit niet veel soeps in, het is een mengeling van nog best goede maar gedateerde kledingstukken en oude meuk. Ik twijfel tussen weggooien of in een kledingcontainer. ‘Ze gebruiken de afgedankte kleding ook wel eens om water tegen te houden bij overstromingen,’ zeg ik. Toch maar in de kledingcontainer dan. Gelukkig koop ik weinig kleding en draag ik mijn kleding jaren.

In gedachten zie ik de berg kleding in Chili die ik een keer op TV zag . Het is nog nieuwe kleding die mensen hebben teruggestuurd na een bij nader inzien verkeerde bestelling via internet. Of de kleding wordt na eenmaal gedragen te zijn teruggestuurd. De winkel gebruikt die kleding dan in de regel niet meer voor de verkoop (kan je nagaan hoeveel winst ze maken om dat niet te hoeven). Waarom de berg kleding in Chili terechtgekomen is weet ik niet. Het was een triest gezicht. De kleding met hun kleurstoffen schijnt ook nog slecht te zijn voor het milieu.

Ik wil niet te veel overkomen als een ‘deugmens’, maar ik vind het continu kopen van telkens andere kledingstukken en het veel weggooien van kleding verspilling van de eerste orde. In gedachten zie ik ook de naaisters en naaiers bezig in ateliers in arme landen (maar even goed in Europa, waar ze ook opgesloten zitten te werken voor een stuiver). Ik wil ze niet onnodig nog meer belasten. Van mij wordt de kledingindustrie niet rijk.

Ik ben nog van de oude garde huismoedertjes die kleding verstellen als die kapot gaat. Ik koop niet snel wat, omdat ik kritisch ben in wat ik mooi vind of lekker vind zitten. Maar als ik iets koop, dan draag ik het af tot het totaal versleten is. Sommige kledingstukken zijn zo oud dat ik nog weet dat ik ze kocht met mijn nu 42 jarige oudste dochter die toen nog een puber was. Ik heb nu net een vest aangetrokken uit die tijd. Mijn dochter wist altijd mooie dingen voor mij te vinden. Het vest heeft een mooie kleur paars.

Morgen of een andere dag ga ik verder met het opruimen van andere kasten.

Bladzijde omslaan

Ik begin aan het ontbijt toch weer over ‘het gebeurde’ tegen mijn lief. ‘Hoe lang blijf je nog hierop herkauwen?’ zegt Ahmad. ‘Je moet nu de pagina omslaan en gewoon verder gaan en genieten van je nieuwe vrijheid.’ Ik weet dat hij gelijk heeft, maar weten wat je moet doen en het ook kunnen gaan niet altijd samen. Ik stel me voor hoe de hele familie in rep en roer is, nu ik ben uitgevallen als vliegende kiep, en wat ze tegen elkaar zullen zeggen. Niet doen!

‘En door!’ zoals mijn schoonzoon vaak zegt. En door. Ik heb voor hetere vuren gestaan en moet dit laten voor wat het is.

Koffie drinken in het zonnetje met mijn amor. En genieten. Wandelen in het mooie gebied naast ons helpt me daarbij.

pappa zwaan is altijd in de buurt